Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
De formele voorvragen.
Bewijs.
20 L Ammonia Solution in Methanol UN3286” en zakken waarop stond vermeld “
Wijnsteenzuur”. Hierdoor kregen de douane ambtenaren het vermoeden dat de chemische stoffen bestemd waren voor de productie van synthetische drugs. Daarna heeft [douane ambtenaar] het witte poeder uit een van de papieren zakken geanalyseerd met een apparaat genaamd “First Defender”. Voor zover deze analyse onrechtmatig heeft plaatsgevonden en daardoor sprake zou zijn van een vormverzuim, is door de verdediging niet aangevoerd waarom sprake is van een uitzonderlijke situatie die tot bewijsuitsluiting zou moeten leiden. In ieder geval is de rechtbank niet gebleken dat verdachte enig nadeel heeft ondervonden. De rechtbank verwerpt dan ook het verweer van de raadsman.
De bewezenverklaring.
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en/of maatregel.
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
gevangenisstrafvoor de duur van
10 maandenmet aftrek overeenkomstig artikel 27 Wetboek van Strafrecht, waarvan
4 maanden voorwaardelijken een
proeftijd van 2 jaren.
164 dagen. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.