6.1.beveelt een onderzoek door een verkeersongevallenanalist voor de beantwoording van de volgende vragen:
1. Bent u bekend met in het dossier voorkomende personen? Zo ja, acht u zich in staat om tot een objectieve beoordeling van deze zaak te komen? Kunt u dit toelichten?
2. Kunt u - kort en voor zover relevant voor deze zaak - informatie over uzelf opnemen, zoals uw professionele ervaring, uw voormalige en huidige werkgever(s) en uw voormalige en huidige nevenfunctie(s)?
3. Beschikt u over voldoende gegevens om in deze kwestie een gemotiveerd oordeel te kunnen vormen en de hierna volgende vragen te beantwoorden? Zo nee, wilt u dan aangeven welke gegevens u graag zou ontvangen alvorens te rapporteren?
Het staat u vrij om op ieder moment in het dossier betrokken personen, maar ook anderen, te horen, aanvullend onderzoek te verrichten en/of nadere gegevens op te vragen indien u dat wenselijk acht voor de beantwoording van de gestelde vragen (zie ook hierna r.o. 6.8.).
4. Wilt u in voorkomend geval in uw rapport beschrijven welke personen u heeft
gehoord en wat met hen is besproken, welk aanvullend onderzoek u heeft verricht
en/of een afschrift van de opgevraagde gegevens als bijlage voegen bij uw rapport?
Kunt u bij de beantwoording van de hierna volgende vragen 5 t/m 11 telkens zo uitgebreid mogelijk toelichten hoe u tot de beantwoording van de betreffende vraag bent gekomen?
5. Kunt u een beschrijving geven van het ongeval van [datum] 2018?
6. Kunt u zo nauwkeurig mogelijk aangeven wat op het moment van de botsing de snelheid van de auto (merk [naam] ) is geweest? Kunt u bij de beantwoording ook aangeven wat naar uw opvatting de minimale en de maximale snelheid van de auto is geweest?
7. Kunt u zo nauwkeurig mogelijk aangeven wat op het moment van de botsing de snelheid van de bromfiets is geweest? Kunt u bij de beantwoording ook aangeven wat naar uw opvatting de minimale en de maximale snelheid van de bromfiets is geweest?
8. Kunt u toelichten hoeveel tijd er was gelegen tussen het (vanuit de bromfiets gezien) linksaf slaan door de bromfiets en het moment van de botsing?
Kunt u bij de beantwoording van vraag 8 zo volledig mogelijk zijn, dat wil zeggen, dat u daarbij steeds aangeeft wat de tijdspanne is geweest bij alle snelheden die in theorie door de beide voertuigen kunnen zijn gereden? Met andere woorden: als u tot de conclusie komt dat de meest waarschijnlijke snelheid 40 kilometer per uur is, maar dat er minimaal 35 kilometer per uur en maximaal 45 kilometer per uur is gereden, dan wordt u verzocht om aan te geven wat de tijd tussen het afslaan en de botsing is geweest, in alle scenario’s dus bij 35 kilometer per uur, 36 kilometer per uur, 37 kilometer per uur, etc.
9. Heeft de bestuurder van de auto voorafgaand aan de botsing gereageerd op de verkeershandeling (het vanuit de bromfiets gezien linksaf slaan) van de bestuurder van de bromfiets?
10. Is er naar uw mening een (theoretische) mogelijkheid geweest voor de bestuurder van de auto om voorafgaand aan de botsing te reageren op de verkeershandeling (het vanuit de bromfiets gezien linksaf slaan) van de bestuurder van de bromfiets? Indien u deze vraag bevestigend beantwoordt, kunt u dan voorts aangeven of er een (theoretische) mogelijkheid is geweest voor de bestuurder van de auto om het ongeval te voorkomen?
11. Heeft de (laagstaande) zon naar uw opvatting een rol gespeeld bij het ontstaan van het ongeval?
12. Heeft u nog overige opmerkingen op uw vakgebied, die van belang kunnen zijn bij de beoordeling van deze zaak?