ECLI:NL:RBOBR:2024:4164
Rechtbank Oost-Brabant
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening inzake sluiting van een woning op grond van de Opiumwet na aantreffen van een drugslab
In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker tegen het besluit van de burgemeester van Someren. Het bestreden besluit, genomen op 13 juni 2024, houdt in dat de woning van verzoeker voor de duur van 12 maanden gesloten wordt op basis van artikel 13b van de Opiumwet, na het aantreffen van een drugslab en een aanzienlijke hoeveelheid MDMA op het perceel van verzoeker. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 28 augustus 2024 behandeld, waarbij verzoeker en zijn gemachtigde aanwezig waren, evenals de gemachtigden van de burgemeester.
De burgemeester heeft besloten tot sluiting van de woning vanwege de ernstige overtredingen van de Opiumwet, de aanwezigheid van een professioneel ingericht drugslaboratorium en de impact op de openbare orde. Verzoeker betoogt dat hij slachtoffer is van de situatie en vraagt om een kortere sluitingstermijn, maar de voorzieningenrechter oordeelt dat het algemeen belang zwaarder weegt dan de persoonlijke belangen van verzoeker. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af, omdat er geen spoedeisend belang is aangetoond voor het verzochte en de burgemeester terecht heeft gekozen voor een sluiting van de woning.
De voorzieningenrechter concludeert dat het besluit van de burgemeester niet evident onrechtmatig is en dat de belangenafweging in het voordeel van het algemeen belang is uitgevallen. De uitspraak is gedaan op 9 september 2024 en er staat geen hoger beroep open tegen deze beslissing.