Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
3.
hij op 29 december 2023 te Uden, gemeente Maashorst,
De formele voorvragen.
Bewijs.
De bewezenverklaring.
1 subsidiair.
voorhanden heeft gehad.
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en/of maatregel.
De vorderingen van de benadeelde partijen.
Beslag.
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
gevangenisstrafvoor de duur van
30 maandenmet aftrek overeenkomstig artikel 27 Wetboek van Strafrecht waarvan
10 maanden voorwaardelijken een proeftijd van 2 jaren.
[slachtoffer 1], van een bedrag van
€ 3.350,00. Bepaalt dat indien volledig verhaal niet mogelijk blijkt gijzeling kan worden toegepast voor de duur van 43 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op. Voormeld bedrag bestaat uit € 350,00 materiële schade en € 3.000,00 immateriële schade.
[slachtoffer 2]:
niet-ontvankelijkis in de vordering tot schadevergoeding.
[slachtoffer 3]:
niet-ontvankelijkis in de vordering tot schadevergoeding.