ECLI:NL:RBOBR:2024:397
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Fraude met indienen zorgnota's en gevolgen voor zorgverzekeringsovereenkomst
In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Oost-Brabant, heeft eiser, vertegenwoordigd door advocaat mr. A. Alkir, een vordering ingediend tegen de Centrale Zorgverzekeraars Groep Zorgverzekeraar UA (CZ), vertegenwoordigd door advocaat mr. J.A. Buur. De zaak betreft de vraag of eiser recht heeft op vergoeding van zorgnota's en de gevolgen van vermeende fraude bij het indienen van deze nota's. Op 2 augustus 2023 werd een tussenvonnis gewezen waarin CZ een bewijsopdracht kreeg. Eiser had geen reactie gegeven op de aanvullende producties van CZ. In het vonnis van 7 februari 2024 heeft de rechtbank geoordeeld dat CZ voldoende bewijs heeft geleverd dat eiser frauduleus heeft gehandeld door zorgnota's in te dienen voor behandelingen die niet hebben plaatsgevonden. De rechtbank heeft vastgesteld dat eiser zijn verplichtingen niet is nagekomen en dat CZ gerechtigd was om de zorgverzekeringsovereenkomst op te zeggen. Eiser's vorderingen tot vergoeding van zorgnota's, herstel van de zorgverzekering en verwijdering van gegevens uit frauderegisters zijn afgewezen. Eiser is in het ongelijk gesteld en moet de proceskosten betalen, die zijn begroot op € 4.057,00.