Uitspraak
RECHTBANK Oost-Brabant
1.De procedure
- de akte houdende een bevoegdheids- en aanhoudingsincident van [gedaagde] van 6 maart 2024
- de conclusie van antwoord in incident, tevens houdende aanvullende producties van NewCo van 17 april 2024
2.Het geschil
- terugbetaling betaalde koopsom non-conforme vloeistof € 430.272,-
- transportkosten € 52.917,46
- bestuurlijke boete NVWA € 1.590,-
- gederfde winst € 173.917,96
- handelingskosten € 61.537,35
- vernietigingskosten € 180.342,50
- opslagkosten € 85.142,41
- door derden geleverde diensten € 81.739,33
- vertaalkosten dagvaarding € 3.449,-
3.De beoordeling
dezelfde partijen” en van vorderingen die (2) “
hetzelfde onderwerp” betreffen en op (3) “
dezelfde oorzaak” berusten. Uit de rechtspraak van het Hof van Justitie volgt dat deze begrippen autonoom moeten worden uitgelegd (vgl. onder andere HvJ 8 december 1987, NJ 1989/420 (Gubisch/Palumbo)).
Klage”) aanhangig op het moment van instellen van deze vordering. Het instellen vindt plaats door het indienen (“
Zustellung”) van het proces inleidende stuk (“
Klageschrift”) bij het betreffende gerecht. In dit geval gebeurde dat in ieder geval vóór 23 oktober 2023. Op 20 oktober 2023 is het Klageschrift van [gedaagde] immers door het Landgericht Osnabrück aan NewCo verstrekt. Dit betekent dat de onderhavige zaak later aanhangig is gemaakt, namelijk op 23 oktober 2023 dan de zaak voor het Landgericht Osnabrück.
(1) Iedereen die, met de bedoeling een onwettig financieel voordeel voor zichzelf of een derde te verkrijgen, de bezittingen van een ander schaadt door een fout te creëren of in stand te houden door valse voorwendselen te doen of door ware feiten te verdraaien of te onderdrukken, wordt gestraft met een gevangenisstraf van tot vijf jaar of gestraft met een boete.