Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
De formele voorvragen.
De bewijsmiddelen en de beoordeling daarvan.
Relaas van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] d.d. 16 april 2024, p. 48, voor zover relevant:
Verklaring van verdachte bij de politie d.d. 17 april 2024, p. 32, voor zover relevant:
Het proces-verbaal inhoudende de verklaring van [getuige 1] bij de rechter-commissaris d.d. 10 juli 2024, voor zover relevant:
getuige maakt een zwaaiende beweging(…) Verdachte reed weg en toen trok de vader zijn shirt omhoog dat hij gestoken was.
Het proces-verbaal inhoudende de verklaring van [getuige 2] bij de rechter-commissaris d.d. 10 juli 2024, voor zover relevant:
De getuige maakt een stekende beweging.
Verklaring van getuige [slachtoffer 1] d.d. 25 april 2024, p. 134 en 136, voor zover relevant:
Een schriftelijke bescheid inhoudende een medische verklaring van een arts, opgemaakt door J. van der Niet (trauma- en longchirurg) d.d. 4 mei 2024, p. 143, voor zover relevant:
Het proces-verbaal van bevindingen opgemaakt door [verbalisant 3] d.d. 17 juli 2024, ongenummerd, inhoudende twee foto’s van een mes.
- Verklaring van verdachte ter terechtzitting van 22 juli 2024;
- Relaas van verbalisant [verbalisant 6] d.d. 14 april 2024, p. 13-14;
- Relaas van verbalisant [verbalisant 7] d.d. 14 april 2024, p. 15-16;
- Relaas van verbalisant [verbalisant 8] d.d. 14 april 2024, p. 17-19;
- Relaas van verbalisanten [verbalisant 10] en [verbalisant 9] d.d. 14 april 2024, p. 20-22;
- Relaas van verbalisanten [verbalisant 4] en [verbalisant 5] d.d. 14 april 2024, p. 54-55.
De bewezenverklaring.
De strafbaarheid van de feiten en de strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en/of maatregel.
De vordering van de benadeelde partij [verbalisant 5] .
Namens de benadeelde partij is door Slachtofferhulp Nederland een vordering ingediend ter vergoeding van immaterieel geleden schade ter hoogte van € 125,00.
De vordering van de benadeelde partij [verbalisant 9] .
Namens de benadeelde partij is door zijn gemachtigde een vordering ingediend ter vergoeding van immaterieel geleden schade ter hoogte van € 260,00.
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
gevangenisstrafvoor de duur van
26 maandenmet aftrek overeenkomstig artikel 27 van het Wetboek van Strafrecht, waarvan
24 maanden voorwaardelijken een
proeftijd van 2 jaren.
verplichting tot betaling aan de Staatten behoeve van [verbalisant 5] , van een bedrag van
125,00 euro.