Bewijs.
Het standpunt van de officier van justitie.
De officier van justitie heeft gevorderd de feiten 1 en 2 wettig en overtuigend bewezen te verklaren.
Het standpunt van de verdediging.
De raadsvrouw van verdachte heeft zich – kort en zakelijk weergegeven – op het standpunt gesteld dat verdachte moet worden vrijgesproken omdat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs in het dossier aanwezig is om verdachte als medepleger van de ten laste gelegde feiten te kunnen aanmerken. Verdachte heeft slechts een kleine, faciliterende rol in het geheel gespeeld. Er is geen sprake geweest van een nauwe en bewuste samenwerking.
Het oordeel van de rechtbank.
Bewijsmiddelen ten aanzien van de feiten 1 en 2.
1.
Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 1] d.d. 9 juni 2023, dossierpagina’s 18-22, voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Op zaterdag 3 juni 2023 omstreeks 21.56 uur belde [slachtoffer] naar de politie. De
medewerkster van het Regionaal Service Centrum zette deze melding vervolgens door naar de meldkamer van de politie Het gesprek wordt hierna zoveel mogelijk woordelijk weergegeven.
M: Goedenavond met [slachtoffer] .
P: Goeiedag.
M: Uhm ik ben zojuist overvallen in Mierlo-Hout. Ik ben vastgereden met mijn auto en een meneer met een bivakmuts op die zei dat ik mijn eh al mijn waardevolle spullen moest geven, anders zou hij mij in elkaar slaan. Vervolgens heeft hij mijn rijbewijs meegenomen, mijn pinpas en mijn horloge en een pak sigaretten. En hij heeft mijn telefoon meegenomen, mijn mobiele telefoon waar alles op staat. (…) En toen werd er gezegd dat ik in eerste instantie uit het voertuig moest komen en dat ik al mijn spullen moest geven. (…) Toen werd mij op een gegeven moment gezegd dat ik maar in hun auto moest gaan zitten. En daar is dus uiteindelijk iemand naast mij komen zitten. (…) Uhm ja toen toen is die, zijn ja zijn, is er naast iemand mij, is er iemand naast mij komen zitten. Uhm en toen zijn ze gaan rijden met mij d'r in terwijl ik dus ook nog mijn auto daar had staan.
2.
Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 2] d.d. 7 juni 2023, dossierpagina’s 36-44, voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Op woensdag 7 juni 2023 omstreeks 10.00 uur was ik aanwezig in de regiekamer van het studioverhoor met [slachtoffer] . Eerst heeft [slachtoffer] uit zichzelf verteld wat er is gebeurd op zaterdag 3 juni 2023 om 21.00 uur te Helmond:
Ik ben zaterdag overvallen toen ik in mijn auto zat. Dat was een zeer nare ervaring om mee te maken. Zaterdag had ik om 21.00 uur achter bij de Jumbo in Mierlo, gemeente Helmond een afspraak. Ik had met een vrouw afgesproken via [datingsite] . Met haar heb ik twee of drie dagen mee zitten praten. Ze vroeg om af te spreken. We hadden om 21.00 uur afgesproken Ik kwam daar om 20.58 uur aan maar er was niemand. Ik heb toen een sigaretje gerookt. Toen was het ongeveer 21.10 uur. Toen ben ik weer van die parkeerplek afgereden. Ik wilde naar de hoofdstraat rijden. Nog voor het gebouw van de Jumbo werd ik ingehaald door een zwarte Opel Corsa. Deze ging schuin voor mijn auto staan. Portier werd opengetrokken door een jonge man met bivakmuts of iets anders waardoor ik niet kon zien hoe hij er uit zag. Helemaal zwart gekleed. Daarnaast een blanke man, kort blond haar, vrij breed met oorknopje. Jongen in het zwart zei je moet nu de auto uitkomen, anders slaan we je in elkaar of iets dergelijks. Ik was van de wap af. Ik wist niet hoe ik moest handelen. Ik denk dat ik shock ben geraakt. Ik heb toen nog heel fatsoenlijk gevraagd of ik mijn auto mocht uitzetten en afsluiten. Dat hebben ze me laten doen. Ze hebben mij niet aangeraakt. Ik heb mijn sleutel uit het contact gehaald. Met mijn telefoon, bril en sleutels in mijn hand. Mijn portemonnee heb ik in het middenconsole laten liggen. Ik moest mee de auto in. Dat werd heel dreigend gezegd. Je moet met ons mee. Opschieten zeiden ze. Toen moest ik vervolgens achterin achter de bestuurder zitten. De jongeman in het zwart zat naast mij. De jongeman in het wit op de bijrijder stoel. De persoon op de rijder stoel heb ik eigenlijk niet echt gezien. Toen zeiden ze wat heb je op je bank staan. Ik zei niet veel want val onder bewind voering. Ik dacht 40 euro. Toen zeiden ze dan rijden we naar de bank. Ze vroegen mijn pincode en die heb ik met moeite gegeven. Toen waren we al onderweg naar de dichtstbijzijnde bank, de Rabobank op de Hoogstraat. Toen vroegen ze mijn portemonnee. Ik zei dat hij in de auto lag. Toen vroegen ze mijn spaarrekening. Ik zei dat ik dat niet wist. Ik weet dat eigenlijk wel, maar dat wilde ik ze niet wijs maken. Ze vroegen wat daarop stond. Ik heb gezegd dat ik dat niet weet. Ik moest uitleggen wat bewind voering is want dat wisten ze volgens mij niet. Toen vroegen ze of dat mijn telefoon was. Ik zei ja dat is de mijne. Die wilde ze hebben om dingen te checken, bijvoorbeeld een bankapp. Ik zei dat heb ik niet want val onder bewind. Toen heb ik mijn unlockcode moeten geven. Ik denk dat we toen op de hoogte van de Rabobank zaten. Toen zijn we twee of drie straten verder naar
links gegaan. Toen zijn we stil gaan staan en moest ik mijn autosleutel geven aan de bestuurder van het voertuig. Toen is de bestuurder naar mijn auto gelopen. Hij was toch wel een kwartier tot een half uur weg. In de tussentijd toen hij weg was. Ik had een horloge om en ring om. Ik had die ring af kunnen doen en in mijn sok gestoken. Dat was het meest waardevolle wat ik bij had. Ze wilden alles hebben wat waarde had. Ze wilde mijn
horloge en bril. Bril was denk ik 20 euro. Ze vroegen over mijn Nike schoenen. Die waren vrij nep heb ik gezegd want heb ze op het kamp gekocht. Toen moest ik mijn zakken legen voor waardevolle spullen. Ik had alleen niks op zak. Ondertussen had de bijrijder contact met de chauffeur. Ik heb toen opgevangen dat ze mijn auto helemaal onderste boven hebben moeten halen voor waardevolle spullen. In het handschoenenkastje lag de portemonnee. Daar moest hij mijn pinpas en rijbewijs uit halen. Ze vroegen of er nog meer lag in de auto. Ik zei dat er een pakje sigaretje in de auto lag. Die moest ook meegenomen worden. Ze vroegen of ik contant geld had. Dat had ik niet echt. Misschien 10 euro. Hebben ze niet meegenomen. Ondertussen hebben ze mijn auto terug de parkeerplaats op gezet. Dat heeft de chauffeur van de auto gedaan. Dat heb ik zelf niet kunnen zien omdat we twee drie straten verder stil stonden. Verder is mij persoonlijk niet zo veel gevraagd of gezegd. De persoon naast mij zei: deze jongen hebben we echt niks aan, want hij heeft echt niks van hoge waarde. Toen kwam de chauffeur terug en deed zijn portier open en schoof zijn stoel naar voren. Ik mocht geen aangifte doen. Ze konden mij vinden want ze hebben mijn rijbewijs. Ik dacht daarmee kunnen ze helemaal niks want rijbewijs staat op een andere gemeente van drie jaar geleden. Toen mocht ik uitstappen. Ik werd nog een keer gewezen dat ik geen aangifte mocht doen en ik mocht voorlopig niet meer in Helmond en omgeving komen. Toen heb ik mijn autosleutels teruggekregen. Toen is de persoon ingestapt en zijn ze weggereden.
V: Wat werd er tegen jou gezegd toen ze je hadden klemgereden?
Portier opengetrokken. Meneer uitstappen anders doen we jou iets aan. Dit zei de man die donker gekleed was. Ik denk dat mijn shock werd geactiveerd. Het klinkt alsof je uit je lichaam treedt. Alsof je jezelf ziet zitten maar gewoon aanneemt wat er gebeurt. Die man had een Nederlands/Arabisch accent. Het enige wat ik kon zien was dat hij echt donker van huidskleur was.
V: En de andere jongen?
Witte shirt. Hij trok de deur open. Die stond schuin voor de auto. Wit shirt, vrij breed postuur, denk iets kleiner dan de jongen in het zwart. Huidskleur was blank.
3.
Een proces-verbaal aangifte [vader slachtoffer] , opgemaakt door verbalisant [verbalisant 3] d.d. 6 juni 2023, dossierpagina’s 27-28, voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Mijn zoon is op zaterdagavond 3 juni 2023 in de avond in Helmond overvallen en zelfs gedwongen om bij de daders in de auto te stappen en mee te rijden. Mijn zoon moest zijn horloge en zijn mobiele telefoon afgeven. Uiteindelijk heeft hij ook zijn rijbewijs en zijn bankpas af moeten geven. Kort hierna werd er 30 Euro van zijn rekening opgenomen.
4.
Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 4] d.d. 19 juni 2023, dossierpagina 32, voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Op maandag 19 juni 2023 nam ik contact op met aangever [slachtoffer] . Hij had in zijn aangifte vermeldt dat zijn horloge was afgenomen. Ik heb hem gevraagd naar de specificatie van het horloge en een eventuele afbeelding. Het betreft een herenhorloge met zilverkleurige metalen band. Merk: Lorus. Op de achterzijde staat de volgende inscriptie;
Lorus, Water resistant, VJ 33-VX001, Movement Japan.
5.
Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 5] d.d. 13 juni 2023, dossierpagina’s 62-68, voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Op maandag 12 juni 2023 heb ik de gevorderde camerabeelden bekeken afkomstig van de Jumbo gevestigd aan de [adres 1] gemeente Helmond.
De beelden zijn van zaterdag 3 juni 2023 en in chronologische volgorde verwerkt.
Camera 1
- 21:07:45u;
De zwarte Opel Corsa wordt schuin voor de grijze Skoda gezet waardoor deze geblokkeerd wordt. De bijrijdersportier van de zwarte Opel Corsa gaat open. Er stapt een persoon uit deze auto welke naar de bestuurderskant van de Skoda loopt. Persoon draagt een zwart shirt.
- 21:07:57 u;
Uit de zwarte Opel Corsa stapt een tweede persoon welke ook naar de bestuurderskant van de Skoda loopt. Persoon draagt een wit shirt.
- 21:08:20 u;
Uit de grijze Skoda stapt een persoon met rood shirt om vervolgens achterin de zwarte Opel Corsa te stappen.
- 21:08:31 u;
Persoon met wit shirt stapt in de zwarte Opel Corsa, sluit de portier en de auto rijdt weg.
Camera 1
- 21:13:06 u;
Grijze Skoda rijdt weg.
- 21:19:40 u;
Grijze Skoda komt links het parkeerterrein weer opgereden.
- 21:20:29 u;
Grijze Skoda wordt achteruit in een parkeervak geparkeerd. Persoon met zwart haar en zwartgekleed stapt uit.
- 21:20:35 u;
Persoon loopt naar achterkant van de grijze Skoda en opent de achterklep.
- 21:21:15 u;
Persoon sluit de achterklep van de grijze Skoda en opent het portier van de bestuurderskant.
- 21 21 25 u;
Persoon lijkt iets uit de grijze Skoda te pakken.
21:21:52 u;
Persoon sluit het portier van de grijze Skoda en loopt vervolgens achter de auto langs weg.
Persoon draagt een tasje schuin over zijn rechterschouder.
6.
Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 6] d.d. 7 juni 2023, dossierpagina’s 55-61, voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Camerabeelden zijn van [restaurant] en van Geldmaat ING te Helmond.
De opgevraagde beelden waren van 03-06-2023 tussen 21:40 uur en 21:55 uur.
- 21:49:19 VE loopt naar Geldmaat en rechtsachter staan 2 personen, waarvan een met een wit T-shirt en de ander in het zwart gekleed.
- 21:49:21 VE loopt met pinpas en telefoon in de handen naar de Geldmaat.
- 21:49:23 VE begint met pinpas te plaatsen. Op de achtergrond rechts, staan 2 personen te wachten.
- 21:49:24 VE kijkt op telefoon tijdens pinhandelingen.
- 21:50:00 VE stopt pinpas weer terug in zijn tasje.
- 21:50:03 VE kijkt achterom richting de twee personen.
- 21:50:08 VE pakt iets uit de automaat. Rechtsachter staan de twee personen nog te wachten.
- 21:50:10 VE loopt met geld in de hand weg.
7.
Een proces-verbaal van herkenning persoon door opsporingsambtenaar, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 6] d.d. 9 juni 2023, dossierpagina’s 69-79, voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Uit andere camerabeelden werd het [kenteken] van een Opel Corsa gezien. Dit
kenteken staat op naam van [medeverdachte 1] geboren [2003 2] , wonende aan de [adres 2]
[adres 2] te Gemert. Ik herken [medeverdachte 1] na nadere bestudering van zijn rijbewijs foto, Social Media en foto's van de camerabeelden bij het pinautomaat.
8.
Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 2] d.d. 24 juli 2023, dossierpagina’s 92-95, voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Op de telefoon van [medeverdachte 1] is te zien dat hij af en toe contact heeft met [medeverdachte 2] . Rondom het tijdstip van het delict hadden [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] ook vooraf, tijdens en achteraf contact. Om 21.11 uur stuurt [medeverdachte 2] via [snapchat] naar [medeverdachte 1] . Uit navraag bij [slachtoffer] blijkt dit de pincode te zijn van zijn pinpas.
9.
Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 2] d.d. 31 juli 2023, dossierpagina’s 100-103, voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
In de Iphone XR van [medeverdachte 1] vond ik een foto's van de bankpas en het rijbewijs van [slachtoffer] . Daarnaast zijn de locatiegegevens bekeken en komen deze 100% overheen met de locaties van de plaats delicten (jumbo en pinautomaat) en de verklaring van [medeverdachte 2] .
10.
Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door verbalisanten [verbalisant 7] en [verbalisant 8] d.d. 18 juli 2023, dossierpagina’s 155-156, voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Nadat [medeverdachte 1] reeds was ingesloten bleek dat één van de mobiele telefoons die hij met zich voerde vermoedelijk het toestel van het slachtoffer betrof. Dit bleek voornamelijk uit het feit dat het een toestel van het merk Oppo, type A5 met als achtergrond een “Skoda” logo betrof. Voornoemd signalement kwam overeen met het toestel zoals het slachtoffer dit in zijn aangifte opgaf. Vervolgens bleek dan ook dat middels de [code], de geboortedatum van het slachtoffer, het toestel kon worden ontgrendeld. Wij hoorden [medeverdachte 1] vervolgens zeggen dat het inderdaad de telefoon van het slachtoffer was.
11.
Een aanvullend proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt door verbalisant [verbalisant 2] d.d. 4 oktober 2023, voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Op 18 juli 2023 werd [verdachte] aangehouden. Tijdens zijn aanhouding was [verdachte] in het bezit van een mobiele telefoon van het merk Apple en het type Iphone 7. Opvallend uit de lijst van de zoekgeschiedenis is dat er achter elkaar is gezocht naar:
• Nieuwe mensen leren kennen App;
• Lorus horloge;
• Hoe laat gaat de zon onder;
• Datingapp voor minderjarige;
• Nieuwe mensen leren kennen;
• Nieuwe mensen leren kennen app minderjarige;
• Pedofiel in elkaar geslagen Helmond;
• Ontvoering en afpersing straf;
• Ontvoering en afvoer;
• Ontvoering en afper;
• Pedofiel in elkaar geslagen;
• 112 Helmond;
• Vechtpartij Helmond;
• Pedofiel aangepakt Helmond.
Vermoedelijk heeft [verdachte] bovenstaande zoektermen na het strafbare feit opgezocht aangezien bij het strafbare feit een Lorus horloge van het slachtoffer is afgenomen.
12.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 2], opgemaakt door verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 9] d.d. 18 juli 2023, dossierpagina’s 193-204 voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Er is gevraagd of ik mee wil gaan voor geld, 200 euro. Ze hebben gevraagd of ik meeging om iemand aan te spreken. Degene die mij heeft gevraagd heeft aan de man gevraagd om af te gaan spreken. Waarvoor tegen mij gezegd dat we hem gingen aanspreken omdat het om een minderjarig meisje ging afspreken.
V: Wat is er toen gebeurd?
A: Dat weten jullie denk ik wel.
A: Degene stond achter de Jumbo in Mierlo Hout. Bij de kofferbak. Toen is er een auto gekomen, niet twee, een Opel Corsa. Ik was de bijrijder. Ik ben uitgestapt en diegene die achter mij zat is ook uitgestapt. Diegene die achterin zat heeft het ook verzonnen.
Diegene die dus achterin zat is ook uitgestapt en heeft hem de auto in getrokken. Toen zijn wij ongeveer 30 meter verderop op een parkeerplek gaan staan. Toen is de bestuurder uitgestapt en naar de auto toe gelopen van het slachtoffer. Hij heeft mij opgebeld. Ik
moest vragen waar de spullen lagen van diegene. Enige wat er is gevonden is een pakje sigaretten. Die achterin zat heeft nog met het slachtoffer gesproken. Hij heeft ook zijn zonnebril en horloge afgepakt. En zijn telefoon, ID-kaart en bankpasje als het goed is. Toen is hij nog bedreigd, niet door mij om geen aangifte te doen. Door degene die achterin zat. Die het ook had verzonnen. De man heeft misschien 15 of 10 min in de auto
gezeten. Achteraf is er nog met de telefoon van het slachtoffer geappt. Dat was ik ook niet. Dat was op een dag dat we op stap waren. Degene die toen geappt had, was de bestuurder.
V: Die persoon die achterin zat. Wie was dat?
A: Moet ik een naam noemen?
V: Hoeft niet, mag wel? Is dat [medeverdachte 1] ?
A: Nee die andere is [verdachte].
V: Wanneer liet [verdachte] berichten zien?
A: Van tevoren, via zijn telefoon. Een uur voordat het allemaal ging gebeuren.
V: Wat stond erin?
A: Hij deed zichzelf voor als minderjarige. Diegene was het er niet mee eens. Daarna weer wel. Toen zijn ze af gaan spreken.
V: Wie was die minderjarige?
A: [verdachte]. Hij deed zich voor als 16-jarige.
V: Hoe is die afspraak gegaan?
A: [verdachte] moest een auto hebben, dat vroeg hij. Hij wilde eerst met iemand anders gaan. Hij had nog een vriend van hem maar die had afgezegd. Toen had hij gevraagd aan mij om iemand met een auto te regelen. Toen had ik de bestuurder gevraagd om mee te gaan en [verdachte] op te halen.
V: Er is met zijn bankpas gepind aan de Dorpstraat. Ook hier hebben wij beelden van. Wij zien hierop onder andere dat er twee jongens, vermoedelijk de twee mededaders, een stukje verder op staan. Wat wil je hierover verklaren?
A: De bestuurder is gaan pinnen en ik en [verdachte] stonden aan de andere kant van de zaak. Bij de ijsco zaak als het goed is.
13.
Een proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte], opgemaakt door verbalisanten [verbalisant 2] en [verbalisant 10] d.d. 23 augustus 2023, dossierpagina’s 232-238 voor zover inhoudende zakelijk weergegeven:
Ik zat achter de bestuurder in de auto. We zagen die man, dat zei [medeverdachte 2] . Toen hebben we die man klem gereden. Die man is uit zijn auto gehaald en naast mij achter in de auto geplaatst.
Fysiek is er niets gebeurd, wel heeft hij zijn bankpasje, horloge en sieraden af moeten geven en zijn GSM.
V: Nadat het slachtoffer uit de auto is gelaten, wat is er toen gebeurd?
A: We zijn toen naar een pinautomaat gereden. Bij de pinautomaat heeft de bestuurder toen alles gepind.
V: Weet je hoe veel er gepind is?
A: Ja, 30 Euro.
Vaststelling op grond van de bewijsmiddelen ten aanzien van de feiten 1 en 2.
Gelet op bovenstaande bewijsmiddelen acht de rechtbank wettig en overtuigend bewezen dat verdachte en zijn mededaders zich schuldig hebben gemaakt aan de diefstal onder bedreiging van geweld en de wederrechtelijke vrijheidsberoving van aangever [slachtoffer]
zoals is ten laste gelegd.
Ten aanzien van het betoog van de verdediging dat geen sprake is geweest van een nauwe en bewuste samenwerking en dat verdachte slechts een kleine rol heeft gespeeld bij het delict, overweegt de rechtbank als volgt. Voor medeplegen moet sprake zijn van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen de betrokken personen, gericht op de totstandkoming van het delict. Het accent ligt daarbij op de samenwerking en minder op de vraag wie welke feitelijkheden heeft verricht. De bijdrage aan het delict dient van voldoende intellectueel of materieel gewicht te zijn.
De rechtbank stelt allereerst op basis van de bewijsmiddelen vast dat verdachte [medeverdachte 1] de bestuurder van de auto is geweest, verdachte [verdachte] achterin de auto heeft gezeten naast aangever [slachtoffer] en dat hij een zwart shirt aan had en dat verdachte [medeverdachte 2] op de passagiersstoel naast de bestuurder in de auto zat en een wit shirt aan had.
De rechtbank is van oordeel dat uit het handelen van verdachte die dag een nauwe en bewuste samenwerking tussen verdachte en zijn medeverdachten valt af te leiden. Uit de verklaring van de verdachte [medeverdachte 2] komt naar voren dat zij voorafgaand aan de feiten met elkaar hebben gesproken over “het aanspreken van iemand”. Verdachte [medeverdachte 2] heeft hierover verder verklaard dat zij daar een auto voor nodig hadden. De rechtbank maakt hieruit op dat zij samen een plan hebben gemaakt. Vervolgens hebben de verdachten aangever [slachtoffer] opgewacht en hebben ze zijn auto klemgereden. Verdachte [medeverdachte 2] (de jongen met het witte shirt) en verdachte [verdachte] (de jongen met het zwarte shirt) zijn uit de auto gestapt en hebben aangever [slachtoffer] onder bedreiging, geuit door verdachte [verdachte] (de jongen in het zwarte shirt), gedwongen hun auto in te stappen. Verdachte [medeverdachte 1] , de bestuurder van de auto, heeft vervolgens de auto gestart en de verdachten zijn met aangever [slachtoffer] in de auto gaan rijden omdat hij moest gaan pinnen. Nadat duidelijk werd dat aangever zijn portemonnee niet bij zich had, zijn ze teruggereden en moest hij zijn autosleutels afgeven. Verdachte [medeverdachte 1] is vervolgens naar de auto van aangever gelopen en heeft zijn pinpas, rijbewijs en pakje sigaretten uit de auto gehaald. Verdachte [medeverdachte 2] heeft ondertussen aan aangever zijn pincode gevraagd en doorgegeven aan verdachte [medeverdachte 1] . Nadat aangever zijn waardevolle spullen heeft moeten afgeven is hij vrijgelaten. Hem werd nog duidelijk gemaakt dat hij geen aangifte mocht doen. Vervolgens zijn de drie verdachten naar een pinautomaat gereden en hebben € 30,00 van de bankrekening van aangever [slachtoffer] gepind.
Gelet op dit alles in onderlinge samenhang bezien is de rechtbank van oordeel dat er sprake was van een bewuste en nauwe samenwerking tussen verdachte [medeverdachte 1] , verdachte [verdachte] en verdachte [medeverdachte 2], dat er bij verdachte en diens medeverdachten opzet bestond op die samenwerking en op het plegen van de ten laste gelegde feiten. Nu onmiskenbaar sprake is van medeplegen kunnen verdachte en zijn medeverdachten voor alle in die samenwerking gepleegde handelingen verantwoordelijk worden gehouden. De feiten 1 en 2 zijn daarom wettig en overtuigend bewezen.