Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[minderjarige],
Scouting Sint Odulphus Oirschot,
[gedaagde sub 2],
Rechtbank Oost-Brabant
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Oost-Brabant op 18 juli 2024, staat de weigering van een vereniging, Scouting Sint Odulphus Oirschot, om een minderjarige als lid toe te laten centraal. De eiser, in hoedanigheid van wettelijk vertegenwoordiger van zijn minderjarige kind, heeft de vereniging aangeklaagd op basis van onrechtmatige daad, stellende dat de afwijzing onterecht was. De rechtbank overweegt dat het grondwettelijke recht van vrijheid van vereniging inhoudt dat een vereniging in beginsel niet verplicht kan worden om leden toe te laten, tenzij er sprake is van onrechtmatigheid bij de weigering. In dit geval is er geen bewijs van onrechtmatigheid geleverd door de eiser.
De procedure begon met een mondelinge behandeling op 3 april 2024, waarbij de eiser en zijn minderjarige zoon aanwezig waren, evenals vertegenwoordigers van de gedaagden. Tijdens deze zitting zijn standpunten toegelicht en vragen beantwoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat de vereniging vrij is in haar besluitvorming omtrent lidmaatschap, en dat de afwijzing van de aanmelding van de minderjarige niet onrechtmatig was. De eiser had erkend dat de vereniging het recht heeft om leden naar eigen inzicht te selecteren, en de rechtbank concludeert dat de belangenafweging die de eiser voorstelde niet opgaat.
De rechtbank wijst de vordering van de eiser af en oordeelt dat er geen onrechtmatige daad is gepleegd door de vereniging of de gedaagde. Tevens wordt de eiser veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van de vereniging en de gedaagde op nihil worden vastgesteld, aangezien zij zonder gemachtigde procederen. Het vonnis is uitgesproken door kantonrechter J.M.J. Godrie en is uitvoerbaar bij voorraad.