ECLI:NL:RBOBR:2024:2512

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
23 april 2024
Publicatiedatum
12 juni 2024
Zaaknummer
C/01/401000 / FA RK 24-337
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot wijziging van hoofdverblijf, zorgregeling en gezag voor minderjarige

In deze zaak heeft een minderjarige, aangeduid als [A], een verzoek ingediend bij de Rechtbank Oost-Brabant om haar hoofdverblijf bij haar vader te vestigen, de zorgregeling te wijzigen en eenhoofdig gezag voor de vader te verkrijgen. De ouders van [A] zijn gescheiden en hebben gezamenlijk gezag over haar. De minderjarige heeft aangegeven dat zij zich niet veilig voelt bij haar moeder en dat haar contact met haar moeder minimaal is. De rechtbank heeft op 23 april 2024 een beschikking gegeven waarin zij de ouders aanmoedigt om mediation te overwegen om de onderlinge communicatie te verbeteren en om afspraken te maken over de zorg voor [A]. De rechtbank heeft de beslissing over de verzoeken van [A] pro forma aangehouden, in afwachting van de uitkomst van de mediation. De ouders zijn bereid om met een mediator te werken en de rechtbank zal na afloop van het mediationtraject opnieuw naar de zaak kijken. De beschikking is in kindvriendelijke taal geschreven en bevat een brief aan [A] waarin de rechter de situatie uitlegt en de stappen die genomen zullen worden. De rechtbank heeft de ouders verzocht om hen op de hoogte te houden van de voortgang van de gesprekken en de gemaakte afspraken.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK OOST-BRABANT
Familie- en Jeugdrecht
Zaaknummer : C/01/401000 / FA RK 24-337
Uitspraak : 23 april 2024
Beschikking op het verzoek van

[naam] ,geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats] ,

verder te noemen: [A] .
De rechtbank merkt als belanghebbenden aan:

[naam] ,

wonende in Veghel,
verder te noemen: de moeder,
en

[naam] ,

wonende in Veghel,
verder te noemen: de vader.
De procedure
[A] heeft een brief geschreven aan de rechter. De rechter heeft die brief op 17 januari 2024 gekregen.
De rechter heeft op 7 maart 2024 met [A] over haar brief gesproken.
Op 5 april 2024 heeft de rechter met de ouders van [A] en iemand van de raad voor de kinderbescherming gesproken.
De feiten
De ouders van [A] zijn gescheiden. Zij hebben samen het gezag over [A] . Dat betekent dat zij samen beslissingen over haar moeten nemen.
[A] woont bij haar vader. Tussen [A] en haar moeder vindt sinds ongeveer een jaar weinig contact plaats.
[A] heeft ook nog twee zussen: [B] en [C] .
Wat is het verzoek van [A] ?
[A] wil dat de rechter bepaalt dat zij bij haar vader blijft wonen, dat zij niet verplicht naar haar moeder hoeft en dat haar vader voortaan alle beslissingen over haar alleen mag nemen.
Wat heeft [A] aan de rechter verteld?
[A] heeft in het gesprek met de rechter verteld dat het beter met haar gaat sinds zij minder bij haar moeder is. Ze gaat nu alleen nog voor verjaardagen of speciale gelegenheden naar haar moeder. Inmiddels zijn haar paniekaanvallen gestopt en voelt zij zich minder depressief. Ze is daarom ook gestopt met haar therapie.
[A] heeft verder verteld dat zij zich bij haar moeder niet veilig voelt. Als [A] een paniekaanval krijgt, dan schreeuwt haar moeder tegen haar of krijgt zij straf. [A] heeft het gevoel dat ze het voor haar moeder nooit goed kan doen.
Tot slot heeft [A] verteld dat het gezin verschillende therapieën heeft gevolgd. Niets heeft geholpen. [A] wil het contact met haar moeder nog wel een kans geven, als haar moeder eerst met zichzelf aan de slag gaat. [A] heeft er geen vertrouwen in dat haar moeder dat wil doen.
Wat is de beslissing van de rechter?
De rechter heeft met de ouders en de raad voor de kinderbescherming over de verzoeken van [A] gesproken. Iedereen maakt zich zorgen over de situatie waarin [A] zit. [A] ziet haar moeder al langere tijd heel weinig. Daarnaast voelt [A] zich niet fijn wanneer zij bij haar moeder is geweest.
Tijdens het gesprek met de rechter hebben de ouders verteld dat zij het belangrijk vinden dat het goed gaat met hun kinderen. Ook hebben zij verteld dat zij de problemen in het gezin met elkaar willen oplossen. Dat zouden de kinderen niet hoeven te doen. De ouders gaan daarom met elkaar praten om een oplossing te vinden voor de problemen in het gezin en te bekijken hoe [A] het fijn kan hebben bij haar moeder. Bij deze gesprekken zal ook een mediator zijn. De mediator kan ook met [A] praten als dat nodig is of als [A] dat wil.
De gesprekken tussen de ouders bij de mediator kunnen een paar maanden duren. De rechter wil de uitkomst van die gesprekken afwachten. De rechter stelt daarom de beslissing over de verzoeken van [A] een paar maanden uit. Dat heet met juridische woorden: “de beslissing pro forma aanhouden”.
Na afloop van het mediationtraject laten de ouders aan de rechter weten of het hen is gelukt om afspraken met elkaar te maken. Daarna zal de rechter beslissen over de vragen die [A] aan de rechter heeft gesteld.
Over een paar maanden krijgt [A] vanzelf weer bericht van de rechtbank. Het kan zijn dat de rechter dan nog een keer een gesprek wil met [A] en haar ouders. Als er goede afspraken zijn gemaakt, kan het ook zijn dat de rechter meteen een beslissing neemt. [A] krijgt daarover dan een brief waarin de uitspraak wordt uitgelegd.
Brief aan [A]
De rechter heeft deze beslissing ook uitgelegd in een brief aan [A] . In deze brief heeft de rechter het volgende geschreven.
Beste [A] ,
Wij hebben elkaar een tijdje geleden gesproken. Jij hebt me toen verteld dat je graag wil dat de rechter bepaalt dat je niet verplicht naar jouw moeder hoeft. Ook heb je verteld dat je bij jouw vader wil wonen en dat je wil dat hij alleen beslissingen over jou kan nemen.
In deze brief leg ik uit wat er na ons gesprek is gebeurd en wat ik heb beslist.
Op vrijdag 5 april 2024 heb ik met jouw ouders gesproken. Er was daar ook iemand bij van de raad voor de kinderbescherming.
Tijdens dat gesprek hebben jouw ouders verteld dat zij het belangrijk vinden dat het goed met jou en jouw zussen gaat. Jullie hebben al veel meegemaakt. Zo ben jij als jong kind ernstig ziek geweest en had je een tijd geleden last van depressies. Ook met [B] is het een tijdje niet goed gegaan. Verder ga je al ongeveer een jaar weinig naar jouw moeder toe.
Jouw ouders hebben verteld dat zij de problemen in het gezin graag samen willen oplossen. Zij willen niet dat jullie je daar zorgen over hoeven te maken. Jouw ouders hebben daarom met elkaar afgesproken dat zij de komende periode met elkaar gaan praten, met een mediator erbij. Een mediator is iemand die geen partij kiest. Een mediator kan jouw ouders helpen om goed met elkaar te praten en nieuwe afspraken te maken.
Het zou fijn zijn als jouw ouders met de hulp van de mediator goede afspraken over jou en jouw zussen kunnen maken. Ik wil dat graag afwachten. Daarom neem ik nog geen beslissing op de vragen die je aan mij hebt gesteld.
Je krijgt over een tijd weer een brief van de rechtbank. Dat zal waarschijnlijk ongeveer vijf maanden duren.
De beslissing
De rechtbank:
houdt de beslissing op de verzoeken
pro formaaan tot
3 september 2024en verwijst de ouders via de mediationfunctionaris van deze rechtbank naar mediation om te proberen via bemiddelingsgesprekken hun onderlinge communicatie te verbeteren en het eens te worden over de verzoeken van [A] ;
verzoekt de moeder en de vader om de rechtbank uiterlijk op
13 augustus 2024per e-mail of brief te laten weten hoe de gesprekken zijn verlopen, of het is gelukt om de communicatie te verbeteren en of er en zo ja, welke nieuwe afspraken zijn gemaakt over het contact tussen [A] en haar moeder;
wijst de ouders erop dat aan de mediation kosten verbonden kunnen zijn en dat daarvoor in sommige gevallen gefinancierde rechtsbijstand (een ‘toevoeging’) kan worden aangevraagd;
na ontvangst van de berichten van de ouders zal de rechtbank [A] en de ouders laten weten of er een nieuwe zitting komt of dat er meteen een beslissing zal worden genomen.
Deze beschikking is gegeven door mr. G. Aarts, rechter, tevens kinderrechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier op 23 april 2024.
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING SECRETARIS!
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR HANDTEKENING RECHTER!
Conc: RHe
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof ’s-Hertogenbosch:
a. namens de minderjarige door zijn wettelijk vertegenwoordiger of de bijzondere curator, door tussenkomst van een advocaat: binnen 3 maanden na de dag van de uitspraak;
b. door de minderjarige zelf als zijn verzoek ziet op de benoeming van een bijzondere curator: binnen 3 maanden na de dag van de uitspraak;
c. door de anderen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden door tussenkomt van een advocaat: binnen 3 maanden na de dag van de uitspraak;
d. door andere belanghebbenden door tussenkomst van een advocaat: binnen 3 maanden na de betekening van de beschikking of nadat de beschikking hun op een andere manier bekend is geworden.
!NIET VERWIJDEREN, PLAATS VOOR STEMPELS!