ECLI:NL:RBOBR:2024:2446

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
10 juni 2024
Publicatiedatum
7 juni 2024
Zaaknummer
01.280428.23
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Poging tot moord door een 16-jarige verdachte op leeftijdsgenoot met vuurwapen

Op 10 juni 2024 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in de zaak tegen een 16-jarige verdachte, die werd beschuldigd van poging tot moord op een leeftijdsgenoot. De verdachte werd veroordeeld tot een jeugddetentie van 24 maanden en een maatregel tot plaatsing in een inrichting voor jeugdigen. De zaak kwam aan het licht na een schietincident op 14 oktober 2023 in Oss, waarbij het slachtoffer, een 15-jarige jongen, door de verdachte werd beschoten. De rechtbank oordeelde dat de verdachte verminderd toerekeningsvatbaar was, maar dat er voldoende bewijs was voor de poging tot moord. De rechtbank baseerde haar oordeel op camerabeelden, getuigenverklaringen en de verklaring van het slachtoffer, die zwaar gewond raakte door de schotwond. De verdachte had voorafgaand aan het schietincident al gesproken over het regelen van een vuurwapen, wat de rechtbank als bewijs voor voorbedachte raad beschouwde. De rechtbank legde de maximale jeugddetentie op, gezien de ernst van het feit en de impact op het slachtoffer, die asiel zocht in Nederland. De rechtbank benadrukte dat het handelen van de verdachte niet het gevolg was van een ogenblikkelijke gemoedsopwelling, maar dat hij met voorbedachte raad had gehandeld. De rechtbank wees ook de vordering van de officier van justitie tot oplegging van een voorwaardelijke veroordeling af, omdat de verdachte reeds een eerdere voorwaardelijke veroordeling had ondergaan.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Locatie 's-Hertogenbosch
Strafrecht
Parketnummer: 01.280428.23
Parketnummer vordering: 10.138816.22
Datum uitspraak: 10 juni 2024
Vonnis van de rechtbank Oost-Brabant, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats 1] op [2006] ,
wonende te [adres 1] ,
thans gedetineerd te: Forensisch Centrum Teylingereind te Sassenheim.
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 30 januari 2024 en 27 mei 2024.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht.

De tenlastelegging.

De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 3 januari 2024.
Nadat de tenlastelegging op de terechtzitting van 30 januari 2024 is gewijzigd is aan verdachte ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 14 oktober 2023 te Oss,ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer]opzettelijk en met voorbedachten radevan het leven te beroven,met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, een vuurwapen heeftgericht op de rug, althans het bovenlichaam van die [slachtoffer]en/of vervolgens (op korte afstand) een kogel op die [slachtoffer]heeft afgevuurd,terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;( art 289 Wetboek van Strafrecht, art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht )
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordelingmocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 14 oktober 2023 te Oss,ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer]opzettelijkvan het leven te beroven,met dat opzet een vuurwapen heeft gericht op de rug, althans hetbovenlichaam van die [slachtoffer] en/of vervolgens (opkorte afstand) een kogel op die [slachtoffer] heeftafgevuurd,terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;( art 287 Wetboek van Strafrecht, art 45 lid 1 Wetboek van Strafrecht )

De vordering na voorwaardelijke veroordeling.

De zaak met parketnummer 10.138816.22 is aangebracht bij vordering van 7 december 2023. Deze vordering heeft betrekking op het vonnis van de Meervoudige Kamer van de rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar van 27 maart 2023.

De formele voorvragen.

Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De rechtbank is bevoegd van het ten laste gelegde kennis te nemen en de officier van justitie kan in de vervolging worden ontvangen. Voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging.

Bewijs.

Het standpunt van de officier van justitie.
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde: poging tot moord.
Het standpunt van de verdediging.
De verdediging heeft ten aanzien van het bewijs geen verweer gevoerd.
Het oordeel van de rechtbank. [1]
Bewijsmiddelen.

Verklaring van aangever [slachtoffer] d.d. 15 oktober 2023, p. 157-162, voor zover relevant:
Ik doe aangifte van poging tot doodslag/moord, gepleegd op zaterdag 14 oktober 2023 te Oss. Doordat de verdachte op mij heeft geschoten, heb ik zwaar lichamelijk letsel. Ik ben geraakt in mijn buik.
Op zaterdagavond 14 oktober 2023 was ik spullen aan het verhuizen vanuit het AZC naar mijn nieuwe woning aan de [adres 2] te Oss. Ik en mijn vriend, [vriend slachtoffer] , waren op de fiets. Ik ben naar de woning gegaan en ik heb de spullen achtergelaten. Ik wilde terug naar het AZC. Toen ik naar buiten liep, zag ik dat de donkere Afrikaanse persoon langs ons fietste. De persoon kwam ons tegemoet fietsen en passeerde ons. Ik had op dat moment geen contact met hem. Geen oogcontact en geen woorden. Ik was toen in gesprek met [vriend slachtoffer] . We wilden net op de fiets stappen.
Ongeveer 30 seconden later kwam de persoon naar ons toe. Hij kwam terug en toen schoot hij één keer. Het was na 21.30 uur toen het gebeurde. Ik hoorde een schot. Ik gooide mijn fiets op de grond en ben richting de Jumbo gegaan. Ik heb de eerste 10 à 15 seconden niets gevoeld. Ik heb het pistool, lijkend op een politiepistool, in de hand van de donkere Afrikaanse persoon gezien. De persoon haalde het pistool uit zijn zakken. Hij had het pistool vast en schoot toen op mij. Ik weet niet waarom ik ben beschoten. De persoon heeft niets gezegd en is gewoon weggegaan. Ik ben rechts in mijn buik geraakt. De kogel kwam mijn rug uit.

Relaas van verbalisant [verbalisant 1] d.d. 23 oktober 2023, p. 198-210, voor zover relevant:
Aanleiding onderzoekOp zaterdag 14 oktober 2023 omstreeks 21:53 uur heeft er een schietpartij plaatsgevonden aan de [adres 2] te Oss ter hoogte van pandnummer [adres 2] . Het slachtoffer van deze schietpartij betrof: [slachtoffer] , geboren op [2008] .
Camerabeelden [adres 3] OssOp grond van artikel 126nda van het Wetboek van Strafvordering zijn camerabeelden gevorderd van twee camera's geplaatst aan de [adres 3] te Oss. Deze beelden zijn verstrekt van 20.00 uur tot en met 24:00 uur.
Tijdstip camerabeeldenOp 20 oktober 2023 is door [brigadier] , brigadier van politie-eenheid Oost-Brabant, de tijdsinstelling van bovengenoemde camera gecontroleerd. Hierbij bleek dat:
Cameratijd: 20.04:16 uur
Daadwerkelijke tijd: 20:04:18 uur
Voor de leesbaarheid van dit proces-verbaal worden in dit proces-verbaal de juiste (omgerekende) tijdstippen weergegeven.
Geluid camera'sBij de camerabeelden is tevens geluid opgenomen.
Beschrijving beeldenOm 21:26:25 uur komen er twee mannen over de stoep aangefietst. Ik zag dat deze mannen voor de woning [adres 2] te Oss stopten, dat ze de fietsen in de voortuin van deze woning neerzetten en dat ze vervolgens de woning binnen gingen. Gezien de verklaringen van [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] , is het aannemelijk dat dit [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] betreffen.
Om 21:49:40 uur komen beide mannen uit de woning [adres 2] te Oss. Ze staan een tijdje bij de fietsen in de voortuin van de woning waarbij te horen is dat ze in gesprek zijn.
Om 21:51:11 uur komt er vanuit de richting Kardinaal de Jongplein een fietser aangereden. Op dit moment staan [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] nog in de voortuin.
Omstreeks 21:51:38 uur komt de fietser, nader te noemen verdachte, over de straat langs [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] gereden. [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] zijn op dat moment in gesprek in een voor mij
onbekende taal. Op het moment dat de verdachte voorbijkomt is een geluid hoorbaar, vermoedelijk van [vriend slachtoffer] of [slachtoffer] , dat klinkt als “Oooj” en dat harder klinkt c.q. beter hoorbaar is dan het gesprek. Tijdens het passeren lijkt de verdachte kort naar [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] te kijken.
Om 21:51:47 uur, kort na het passeren van [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] , fietst de verdachte de stoep op voor de woning [adres 3] te Oss. [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] blijven met elkaar in gesprek.
De verdachte fietst vervolgens langzaam over de stoep voor de woning [adres 3] .
Hij fietst langzaam door waarbij hij de Nieuwe Boonakkerstraat oversteekt. Aan de overzijde van de Nieuwe Boonakkerstraat, aan de Schadewijkstraat, blijft de verdachte kort stilstaan of fietst hij heel langzaam terwijl hij omkijkt, globaal in de richting van [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] . Vervolgens fietst hij direct langzaam verder over de stoep.
Om 21:52:00 uur, terwijl de verdachte omkijkt, staan [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] nog op de stoep voor de woning [adres 2] , waarbij ze de fietsen vast hebben.
Na kort over de stoep gefietst te hebben, fietst verdachte de weg op. Als hij nog een klein stukje langzaam over de weg verder gefietst heeft, draait hij om 21:52:28 uur om.
Om 21:52:28 uur, terwijl de verdachte omdraait, fietsen [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] aan vanaf de
[adres 2] . Ze fietsen in de richting van het Kardinaal de Jongplein.
Na het keren fietst de verdachte terug, globaal in de richting van [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] , in dezelfde richting als [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] . Hierbij is om 21:52:44 uur te zien dat hij zijn linkerhand aan zijn stuur heeft en zijn rechterhand ter hoogte van zijn rechterzijkant, ter hoogte van zijn zak of broeksband. Op deze manier fietst hij verder.
Om 21:52:51 uur is op camera 1 te zien dat de verdachte achter [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] aan fietst
Om 21:53:20 uur is te zien dat [vriend slachtoffer] of [slachtoffer] stopt. Verdachte fietst op dat moment op korte afstand achter hen. Vervolgens is te zien dat verdachte verder fietst in de richting waar [vriend slachtoffer] en/of [slachtoffer] gestopt zijn.
Als de verdachte om 21:53:30 uur ter hoogte van deze personen is, is een harde knal hoorbaar waarna de verdachte verder fietst. Vervolgens is er hard geschreeuw en gegil hoorbaar waarna de personen niet meer te zien zijn.
Signalement verdachteUit bovenstaande camerabeelden blijkt dat de verdachte onderstaand signalement heeft. Vermoedelijk donkergetinte huidskleur.
Normaal tot mager postuur.
Bovenkleding waarvan de bovenste helft lichtgekleurd is (inclusief de bovenste helft van de
mouwen) en de onderste helft donkergekleurd (inclusief de onderste helft van de mouwen).
Dit betreft de voor- en achterzijde van de bovenkleding.
Een lichtkleurige capuchon in dezelfde kleur als de bovenkant van de bovenkleding.
Een donkere broek.
Donkerkleurige schoenen met een lichtkleurige, vermoedelijk witte zool.
Donkerkleurig petje.
Een lichtkleurige, vermoedelijk witte damesfiets. Het gedeelte van het frame tussen het
voorwiel en de kettingkast is opvallend breed.
De kettingkast van de fiets is donkerkleurig. Horizontaal over de kettingkast loopt een
lichtkleurige streep, mogelijk een stang.
Onderzoek naar stopplek [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] op camerabeeldenDoor mij, verbalisant, is een onderzoek gedaan naar de locatie waar te zien is dat [vriend slachtoffer] en/of [slachtoffer] stoppen om 21:53:20 uur, vlak voordat de knal hoorbaar is. Hiervoor heb ik op de camerabeelden gezocht naar referentiepunten die tevens op Google Streetview en Google Maps zichtbaar waren.
Hierbij heb ik drie referentiepunten gevonden:
Een drempel op de Schadewijkstraat ter hoogte van pandnummer [nummer 1] / [nummer 2] .
De zijstraat Kardinaal de Jongplein.
De kruising met de Kardinaal de Jongstraat.
Uit dit referentieonderzoek blijkt dat de plek waarop te zien is dat [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] stoppen bij
benadering betreft:
De Schadewijkstraat ter hoogte van pandnummers [nummer 1] à [nummer 2] à [nummer 3] .

Relaas van verbalisant [verbalisant 1] d.d. 23 oktober 2023, p. 191-197, voor zover relevant:
Camerabeelden [adres 4] OssOp grond van artikel 126NDA van het Wetboek van Strafvordering zijn camerabeelden gevorderd van een camera geplaatst aan de [adres 4] te Oss, dit betreft een videodeurbel. Op deze camerabeelden is het schietincident te zien waarbij tevens geluid is opgenomen. In dit proces-verbaal worden de beelden en het geluid beschreven van bovenstaand fragment.
Tijdstip camerabeeldenOp 20 oktober 2023 is door [brigadier] , brigadier van politie-eenheid Oost-Brabant, de tijdsinstelling van bovengenoemde camera gecontroleerd. Hierbij bleek dat:
Cameratijd: 19:47:09 uur
Daadwerkelijke tijd: 20:47:09 uur
Voor de leesbaarheid van dit proces-verbaal worden in dit proces-verbaal de juiste (omgerekende) tijdstippen weergegeven.
Start opnameHet beeldfragment start om 21:53:25 uur.
Uit de verklaringen van het slachtoffer [slachtoffer] en getuige [vriend slachtoffer] , blijken de volgende personen bij de start van dit fragment zichtbaar te zijn:
1 = Getuige [vriend slachtoffer]
2 = Slachtoffer [slachtoffer]
3 = Verdachte
[vriend slachtoffer] en [slachtoffer] staan stil en hebben beiden de fiets tussen de benen. De verdachte komt aanfietsen waarbij hij met zijn linkerhand het stuur vasthoudt, zijn rechterarm is niet zichtbaar maar hangt vermoedelijk langs zijn lichaam. Verdachte heft zijn rechterarm. Te zien is dat hij een voorwerp in zijn hand heeft dat hij richt in de richting van de rug van [slachtoffer] . [slachtoffer] heeft op dit moment een capuchon over zijn hoofd en lijkt recht vooruit te kijken, in de andere richting dan waar de verdachte is. [vriend slachtoffer] draait op dit moment zijn
hoofd in de richting van verdachte. Vervolgens is, vanaf het voorwerp in de rechterhand van de verdachte, een lichtflits zichtbaar. Tevens is er op dat moment een harde knal hoorbaar. De verdachte is op dit moment nog steeds aan het fietsen. Kort voor de knal is de verdachte afgeremd, tijdens de knal rijdt de verdachte langzaam verder, direct na de knal fietst de verdachte hard weg. De voeten van de verdachte blijven tijdens dit gebeuren op de trappers. Tijdens de knal is de rechterhand van de verdachte op korte afstand van de rug van [slachtoffer] .
Tijdens de knal is te zien dat [vriend slachtoffer] en [slachtoffer] kort in elkaar duiken. Direct na de knal is er luid geschreeuw hoorbaar, vermoedelijk van het slachtoffer [slachtoffer] . Om 21:53:30 uur fietst de verdachte links uit beeld terwijl hij in de richting van de kruising met de Kardinaal de Jongstraat fietst. Na de knal stapt [vriend slachtoffer] van zijn fiets, laat hij deze vallen en loopt hij snel naar [slachtoffer] . Er is een aanhoudend gekrijs/gegil hoorbaar, vermoedelijk afkomstig van [slachtoffer] . Te horen is dat, vermoedelijk [vriend slachtoffer] , meerdere keren iets roept. Dit klinkt als, hij
schiet, hij schiet, hij schiet, dit is echter slecht te verstaan. Om 21:53:33 uur pakt [vriend slachtoffer] [slachtoffer] vast. [slachtoffer] laat zijn fiets vallen en samen lopen ze weg in de richting van het Kardinaal de Jongplein. Tijdens het weglopen is er aanhoudend geschreeuw/gegil hoorbaar.
Signalement verdachteOp de camerabeelden is te zien dat de verdachte bovenkleding draagt waarvan het bovenste
gedeelte lichtgekleurd is. Het onderste gedeelte is donkergekleurd, de overgang van donker naar licht is ongeveer halverwege zijn jas en dit betreft de voor en achterzijde van de jas. Tevens is te zien dat het bovenste gedeelte van de mouwen lichtgekleurd zijn en dat het onderste gedeelte van de mouwen donkergekleurd zijn. Tevens is een lichtkleurige capuchon zichtbaar (die niet gedragen wordt). Vermoedelijk draagt de verdachte een donkerkleurig petje, er lijkt een zwarte cap/klep zichtbaar te zijn.

Relaas van verbalisanten [verbalisant 2] en [persoon 1] d.d. 28 oktober 2023, p. 213-281, voor zover relevant:
Op zaterdag 14 oktober 2023, omstreeks 22.05 uur kwam er een melding binnen bij het
operationeel centrum van de politie Eenheid Oost-Brabant over een schietpartij in de plaats Oss. De politieambtenaren troffen op de Kardinaal de Jongstraat ter hoogte van [nummer 4] een jongen aan. Deze jongen had aan de voorzijde van zijn buik een wond..
Het slachtoffer betreft:
Naam: [slachtoffer]
Geboortedatum/geboorteplaats: [2008] te [geboorteplaats 2] (Saoedi-Arabië)
GBA-adres: [adres 2] te Oss (Nederland)
Het slachtoffer is zwaargewond opgenomen op de Afdeling Intensive Care (IC) van het
Radboudumc ziekenhuis te Nijmegen. Het slachtoffer was ten tijde van het schietincident 15 jaar oud.
Uit de verklaring van het slachtoffer [slachtoffer] en een getuige, een vriendje van het slachtoffer genaamd [vriend slachtoffer] , kwam onder andere naar voren dat de schutter een (zwart/witte) hoodie droeg.
Uit het onderzoek kwam naar voren dat het schietincident op de Schadewijkstraat in Oss had
plaatsgevonden. Uit verklaringen kwam naar voren dat de schutter zich ten tijde van het
schietincident op een fiets bevond. Naar aanleiding van het schietincident zijn meerdere
camerabeelden veiliggesteld.
Naar aanleiding van het schietincident zijn er in de omliggende straten camerabeelden veiliggesteld.
Daar waar de verdachte op zijn fiets passeerde, zijn in die richting steeds verder terug
camerabeelden veiliggesteld. Door het herhalen van deze stappen heeft het onderzoeksteam de verdachte terug kunnen herleiden naar een Albert Heijn supermarkt die gelegen is aan het
[adres 5] in Oss. De verdachte is alvorens het schietincident de supermarkt binnengegaan en is aldaar herkenbaar op beeld vastgelegd. In dit proces-verbaal worden de bevindingen van de camerabeelden op chronologische volgorde weergegeven, de verdachte wordt gevolgd vanaf de Albert Heijn supermarkt naar de locatie van het schietincident.
ALBERT HEIJN - [adres 5] OSS
21:41:33 uur
Om 21:41:33 uur is ter hoogte van de in-/uitgang van de Albert Heijn supermarkt de verdachte op een lichtkleurige fiets te zien. De verdachte verplaatst zich waarna hij uit het zicht van de camera verdwijnt. De bovenkleding van de verdachte is donker- en lichtkleurig. Het onderste gedeelte is donker van kleur, het bovenste gedeelte van de bovenkleding
is licht van kleur.
21:42:10 uur
Om 21:42:10 uur betreedt de verdachte de Albert Heijn supermarkt. De verdachte verplaatst zich door de supermarkt. De indruk wordt gewekt dat er zich in zijn rechterjaszak een voorwerp bevindt. Deze indruk wordt gewekt doordat de verdachte meerdere malen zijn
rechterarm/-hand ter hoogte van deze jaszak houdt. Daarnaast is er op bepaalde momenten een bolling bij de betreffende jaszak waar te nemen.
21:44:18 uur
Omstreeks 21:44:18 uur loopt de verdachte richting de kassa van de betreffende supermarkt.
Verdachte houdt twee producten uit de supermarkt in zijn rechterhand. Verdachte houdt zijn rechterarm/-hand ter hoogte van zijn rechterjaszak.
21:44:21 uur
De verdachte komt aan bij de kassa waarna hij zijn linkerhand naar de onderzijde van bovenkleding brengt en zijn jas(zak) op en neer beweegt.
21:44:27 uur
De verdachte heeft twee producten op de loopband bij de kassa gelegd.
21:44.49 uur
De verdachte staat bij de kassa en loopt in de richting van de camera. In de rechter(trainings)jaszak is een bolling te zien waardoor de indruk wordt gewekt dat zich hierin een (langwerpig) voorwerp bevindt.
21:44:53 uur
De verdachte overhandigt vermoedelijk een bankbiljet aan de kassière van de supermarkt.
Uit gegevens van een kopie van de kassabon van deze transactie blijkt dat er twee producten zijn afgerekend en dat er contant is betaald met € 10,00.
Hieronder worden gegevens van de betreffende kassabon weergegeven:
Datum 14-10-2023
Begin 21:44:49
Eind 21:44:55 uur
Omschrijving
- 1 HARIBO
- 1 ARIZONA
- 1+ STATIE FLES
Contant 10,00
21:44.59 uur
De verdachte bergt één van de producten op in zijn linkerjaszak. Het andere product neemt de verdachte vervolgens mee in zijn hand.
21:45:29 uur
Om 21:45.29 uur verlaat de verdachte de supermarkt.
21:46:07 uur
Om 21:46:07 uur is de verdachte ter hoogte van de in-/uitgang van de Albert Heijn supermarkt op een lichtkleurige fiets te zien. De verdachte verplaatst zich waarna hij uit het zicht van de camera verdwijnt. De bovenkleding van de verdachte is donker- en lichtkleurig. Het onderste gedeelte is donker van kleur, het bovenste gedeelte van de bovenkleding
is licht van kleur.
De verdachte fietst in de richting van de Eikenboomgaard in Oss. De cameralocaties ‘ [bedrijf 1] - [adres 6] Oss’ en ‘ [bedrijf 2] - [adres 7] Oss’ hebben camera's die zicht geven op de Eikenboomgaard.
(...)
Signalement verdachte
Uit bovenstaande camerabeelden blijkt dat de verdachte onderstaand signalement heeft:
- Vermoedelijk donkergetinte huidskleur.
- Normaal tot mager postuur.
- Bovenkleding waarvan de bovenste helft lichtgekleurd is (inclusief de bovenste helft van de mouwen) en de onderste helft donkergekleurd (inclusief de onderste helft van de mouwen). Dit betreft de voor- en achterzijde van de bovenkleding.
- Een lichtkleurige capuchon in dezelfde kleur als de bovenkant van de bovenkleding.
- Een donkere broek.
- Donkerkleurige schoenen met een lichtkleurige, vermoedelijk witte zool.
- Donkerkleurig petje.
- Een lichtkleurige, vermoedelijk witte damesfiets. Het gedeelte van het frame tussen het voorwiel en de kettingkast is opvallend breed.
- De kettingkast van de fiets is donkerkleurig. Horizontaal over de kettingkast loopt een lichtkleurige streep, mogelijk een stang.
(...)
OVEREENKOMSTEN TUSSEN PERSOON IN ALBERT HEIJN EN PERSOON OP DE FIETS
Persoon in de Albert Heijn – [adres 5] te Oss
Op de camerabeelden van de Albert Heijn is een persoon te zien.
Op deze screenshots is te zien dat deze persoon een donkerkleurige huidskleur heeft. Deze
persoon draagt:
o een donkerkleurige pet waarop het logo van het merk ‘Nike’ is te zien.
o een (trainings)jas waarop het logo van het merk ‘Under Armour’ is te zien. De bovenste helft is lichtgekleurd (inclusief de bovenste helft van de mouwen) en de onderste helft
donkergekleurd (inclusief de onderste helft van de mouwen).
o een donker(grijs)kleurige (trainings)broek.
o schoenen waarbij het overgrote deel van de schoenen wit en zwart van kleur is. Het
bovenste gedeelte van de schoenen is zwart van kleur en het onderste gedeelte is wit van
kleur. Ter hoogte van/onder het witkleurige gedeelte is nog een klein deel te zien dat een
andere kleur heeft, vermoedelijk is dit rood van kleur.
(...)
[adres 2] Oss
Op de camerabeelden, afkomstig van de [adres 3] in Oss, is een persoon op de fiets te zien.
Donkere huidskleur
De fietser heeft vermoedelijk een donkere huidskleur.
Bovenkleding
In het screenshot is te zien dat de bovenkleding van de fietser gedeeltelijk donker en gedeeltelijk licht van kleur is. Het onderste gedeelte van de bovenkleding is donker van kleur, het bovenste gedeelte van de bovenkleding is licht van kleur.
Donkere pet
Door het zwarte uitstekende gedeelte boven het hoofd van de fietser, bestaat het vermoeden dat de fietser een pet draagt.
Schoeisel
In het screenshot is te zien dat het schoeisel van de fietser gedeeltelijk licht en gedeeltelijk donker van kleur is. Het bovenste gedeelte van het schoeisel is donker van kleur. Het onderste gedeelte van het schoeisel is lichtkleurig.
Er zijn meerdere overeenkomsten te zien tussen de persoon in de Albert Heijn supermarkt en de persoon op de fiets op de camerabeelden van de [adres 3] in Oss.
Samenvatting
Er zijn meerdere overeenkomsten te zien tussen de persoon die is te zien in de Albert Heijn
supermarkt en de persoon die is te zien op de camerabeelden van [bedrijf 2] , [bedrijf 3] en de [adres 3] .

Relaas van verbalisanten [verbalisant 2] , [verbalisant 4] en [verbalisant 5] d.d. 21 november 2023, p. 428-430, voor zover relevant:
InleidingOp dinsdag 24 oktober 2023 heeft er een uitzending van het televisieprogramma ‘Opsporing
Verzocht’ plaatsgevonden. In deze uitzending werd het schietincident behandeld. In de uitzending werden camerabeelden getoond. Er werden onder andere camerabeelden, afkomstig van de Albert Heijn supermarkt, getoond waarop de verdachte herkenbaar in beeld was.
Uitwerking van telefonisch gesprek - Opsporing VerzochtOp dinsdag 24 oktober 2023 om 21:04 uur werd er telefonisch contact opgenomen met de
opsporingstiplijn van het televisieprogramma ‘Opsporing Verzocht’. Er volgde een gesprek, dit gesprek is opgenomen. Dit opgenomen gesprek is door mij, verbalisant [verbalisant 2] , op woensdag 15 november 2023 woordelijk uitgewerkt. Hieronder wordt de uitwerking weergegeven.
Medewerkster OV = medewerkster van de opsporingstiplijn (Opsporing Verzocht)
[ouder verdachte] = [ouder verdachte] , geboren op [1985] .
Medewerkster OV: Goedenavond, opsporingstiplijn, over welke zaak heeft u informatie?
[ouder verdachte] : Uh, ik bel eigenlijk voor de zaak, wat voor dinges is het?
Opmerking verbalisant: Op de achtergrond zegt iemand: ‘die 15-jarige van Oss’[ouder verdachte] : Die 15-jarige van Oss.
Medewerkster OV: Ja. Welke informatie heeft u?
Opmerking verbalisant: [ouder verdachte] begint te praten ten tijde van het stellen van bovenstaande vraag.[ouder verdachte] : Ja, het is mijn zoontje. Ik herken mijn zoon, dus ik ga hem nu naar het
politiebureau brengen. Willen jullie de foto eraf halen?
Opmerking verbalisant: [ouder verdachte] klinkt emotioneel ten tijde van bovenstaande uitspraak.Medewerkster OV: Ow. Oke.
[ouder verdachte] : NTV.
Medewerkster OV: Ja, u gaat nu zelf naar het bureau toe?
[ouder verdachte] : Ja, ik ga zelf.
Opmerking verbalisant: Op de achtergrond zegt iemand: ‘In Heerhugowaard’.[ouder verdachte] : In Heerhugowaard.
Medewerkster OV: Oke, uhm, als u een heel klein momentje heeft, uhm.
[ouder verdachte] : Ja.
Medewerkster OV: Ga ik heel eventjes kijken wat wij hier mee kunnen.
[ouder verdachte] : Ja.
Medewerkster OV: Uhm, eventjes kijken hoor, want u gaat hem zelf aangeven zegt u. Ik ga u heel even in de wacht zetten, blijft u heel even wachten, klein momentje.
[ouder verdachte] : Ja hoor.
Opmerking verbalisant: Er is een korte piep te horen.Medewerkster OV: Goedenavond mevrouw, bent u er nog?
[ouder verdachte] : Ja, ik ben er nog.
Medewerkster OV: Be, bedankt voor het wachten. Ik heb uw nummer genoteerd, [telefoonnummer 1] .
[ouder verdachte] : Ja.
Medewerkster OV: Klopt dat?
[ouder verdachte] : Ja.
Medewerkster OV: Heel goed. Ik ga dat nummer nu doorgeven en u wordt zo meteen gelijk
teruggebeld.
[ouder verdachte] : Ja, is goed.
Medewerkster OV: Ja, harstikke bedankt voor het bellen en heel veel sterkte mevrouw.
[ouder verdachte] : Ja, dankjewel.
Medewerkster OV: Oke, dag.
[ouder verdachte] : Dag.
Telefoonnummer [telefoonnummer 1]In het gesprek wordt het volgende gezegd: ‘Ik heb uw nummer genoteerd, [telefoonnummer 1] ’. Uit een CIOT-bevraging blijkt dat het telefoonnummer [telefoonnummer 1] op naam staat van [ouder verdachte] , [adres 8] .
[adres 8] te HeerhugowaardVolgens de GBA (Gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens) staat onder andere
de volgende persoon ingeschreven op het adres ‘ [adres 8] te Heerhugowaard’:
Naam: [ouder verdachte] ( [ouder verdachte] )
Geboortedatum en geboorteplaats: [1985] te [geboorteplaats 3] (Nederlandse Antillen)
StemvergelijkingIn onderzoek Oceans / OB1R023132 wordt de (tele)communicatie opgenomen van het
telefoonnummer [telefoonnummer 1] . Wij, verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 4] , hebben meerdere opgenomen gesprekken van telefoonnummer [telefoonnummer 1] beluisterd. Uit deze opgenomen (tele)communicatie blijkt dat [ouder verdachte] , geboren op [1985] , de gebruikster is van dit telefoonnummer.
Op woensdag 15 november 2023 hebben wij de opname met de opsporingstiplijn beluisterd. Wij kunnen stellen dat de stem in het gesprek met de opsporingstiplijn overeenkomt met de stem van [ouder verdachte] .

Relaas van verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 6] d.d. 25 oktober 2023, p. 296-302, voor zover relevant:
Naar aanleiding van het televisieprogramma ‘Opsporing Verzocht’ werd er een tip doorgegeven door:
Betrokkene:
Naam: [ouder verdachte]
Voornamen: [ouder verdachte]
Geboortedatum: [1985]
Woonadres: [adres 8]
Postcode: [adres 8]
Woonplaats: Heerhugowaard
Geslacht: Vrouw
Genoemde betrokkene gaf aan dat zij haar zoon herkende als zijnde de schutter in Oss welke
eerder getoond was in het televisieprogramma ‘Opsporing Verzocht’.
Naar aanleiding hiervan werd er door mij, tweede verbalisant, op 24 oktober om 21:34 uur telefonisch contact op genomen met bovenstaande betrokkene. Er werd contact opgenomen met telefoonnummer [telefoonnummer 1] .
Het gesprek is hieronder weergegeven.
[verbalisant 6] : [verbalisant 6]
[ouder verdachte] : mevr. [ouder verdachte]
: Ja, hallo.
[verbalisant 6] : Hallo mevrouw. U spreekt met [verbalisant 6] van de recherche Oost-Brabant.
: Hallo.
[verbalisant 6] : U had ons zojuist gebeld?
: Ja, klopt.
[verbalisant 6] : Oké, kunt U mij eens vertellen wat u wellicht zojuist ook al verteld heeft.
: Ik heb mijn zoontje herkend op TV.
[verbalisant 6] : Oké, dat zal schrikken zijn denk ik.
: Ja (huilend).
[verbalisant 6] : Bent U op dit moment alleen of is er iemand bij U?
: Nee, mijn dochter is bij mij.
[verbalisant 6] : Oké, dus die kan U wel ondersteunen?
: Ja hoor, zo meteen komen er andere mensen aan.
[verbalisant 6] : Mag ik U een paar vragen stellen mevrouw?
: Ja hoor, dat mag.
[verbalisant 6] : Wat is uw achternaam?
: [ouder verdachte] .
[verbalisant 6] : Hoe schrijf ik dat?
: (Mevrouw spelt haar naam).
[verbalisant 6] : En uw voornaam?
: [ouder verdachte] .
[verbalisant 6] : Waar woont u mevrouw, [ouder verdachte] ?
: In Heerhugowaard.
[verbalisant 6] : En het adres?
: [adres 9] , nee sorry mijn moeder... [adres 8] .
[verbalisant 6] : U zegt U heeft uw zoon herkend als de persoon die op de fiets die jongen neerschiet.
: Nee, op TV alleen.
[verbalisant 6] : Wat ziet U uw zoon doen, op welke beelden heeft U hem herkend?
: Ik heb hem alleen in de Albert Heijn gezien.
[verbalisant 6] : Oké. En waar is uw zoon nu?
: Ja, iemand is hem onderweg hierheen brengen zodat ik hem naar het politiebureau kan brengen.
[verbalisant 6] : En welk politiebureau gaat U hem brengen?
: Hier in Heerhugowaard.
[verbalisant 6] : En wie brengt hem nu naar moeder?
: Wat ze... Een vriend.
[verbalisant 6] : Van hem of van U?
: Nee van hem, eigenlijk een kennis, laat ik zo maar zeggen.
[verbalisant 6] : En weet U waar uw zoon nu is?
: Nee, ik weet niet waar hij is, hij is hier ergens, Schagen ofzo.
[verbalisant 6] : Verblijft hij nog wel bij U?
: Ja, hij woont gewoon bij mij he, anders bel ik jullie niet. Ik zou hem anders gelijk zelf brengen.
[verbalisant 6] : Dat begrijp ik.
: Godverdomme (huilend).
[verbalisant 6] : Gaat het mevrouw, pak gewoon even uw rust, ik begrijp dat ik veel vragen stel.
: Weet je wat het is, mijn kind was vermist. Ik denk dat mensen hem gebruiken weet je, ik voel me gewoon klote.
[verbalisant 6] : Ja dat ik me heel goed voorstellen. En heeft U telefoonnummer van uw zoon?
: Hij heeft geen telefoon, zijn telefoon is stuk.
[verbalisant 6] : Hoe heet uw zoon mevrouw?
: [verdachte]
[verbalisant 6] : En hoe schrijf ik dat ?
: (spelt de naam van haar zoon).
[verbalisant 6] : Wat is zijn geboortedatum?
: [2006] .
[verbalisant 6] : Oké en de kleding die uw zoon droeg, liggen die nog bij U in de woning?
: Nee, hij heeft die kleding hier niet volgens mij, ik zie niet, ik moet kijken.
[verbalisant 6] : Denkt U dat hij die nog aan heeft dit moment?
: Wat zegt U?
[verbalisant 6] : Heeft uw zoon die kleding op dit moment nog aan of wat denkt U?
: Nee aan, dat hij het nu aan heeft bedoel je?
[verbalisant 6] : Ja.
: Nee.
[verbalisant 6] : Zou er dan een andere plek zijn waar hij dan toch ook kleding heeft liggen of soms verblijft?
: Ik weet het niet meneer, mijn kind was twee weken vermist, we hadden nog wel gewoon contact met hem.
[verbalisant 6] : Oké, dus in die twee weken…
: Voor de rest weet ik eigenlijk niks.
[verbalisant 6] : Dus in die twee weken verbleef hij elders?
: Ja.
[verbalisant 6] : En weet U waar?
: Ik weet niet waar, ik heb zelfs politie opgegeven als vermist.
[verbalisant 6] : Ehm, Heerhugowaard. En die kennis gaat hem nu meteen naar het politiebureau brengen of gaat [verdachte] eerst bij U komen?
: Nee, ik ben zijn moeder toch, ik moet hem brengen.
[verbalisant 6] : Ik zou het volgende willen afspreken, dat U mij even belt als [verdachte] er is. En dan zorgen we gewoon dat het soepel geregeld wordt, dat U niet aan een dichte deur staat en dat soort zaken, zullen we dat afspreken?
: Ja, dat is goed, als hij gelijk hier komt, dan bel ik U meteen.
[verbalisant 6] : We gaan het gewoon soepel regelen.
: Wilt U het nummer van zijn advocaat?
[verbalisant 6] : Dat hoef ik nog niet te hebben hoor. Laten we eerst even wachten tot hij thuis is, dat U even op dit nummer belt, heeft U hem in uw scherm of niet?
: Ik heb uw nummer, U had met nummer gebeld.
[verbalisant 6] : Perfect, ik ben van het onderzoeksteam. U kunt direct met mij zaken doen, het komt helemaal goed.
: Ja, is goed ik bel U gelijk hij hier is en leg ik contact, zodat die beelden ervan af kunnen
[verbalisant 6] : Als hij zich heeft gemeld, gaan we dat direct doen.
: Oké.
[verbalisant 6] : Kan zijn dat ik U dadelijk nog een keer bel met een aantal vragen.
: Hoeft niet toch, ik heb als moeder toch gebeld, dan kan hij toch bij mij zitten?
[verbalisant 6] : Dat is ook zo.
: Hij is minderjarig en ik snap ook niet waarom hij eerst niet herkend wordt dat hij dan weet je... Ik vind het echt klote.
[verbalisant 6] : Maar dat is het ook volledig. Laten we afspreken dat we even wachten tot hij bij U is dan gaan wij hier vast alles voorbereiden dat de beelden ervan af kunnen.
: Is goed.
[verbalisant 6] : Oké, we spreken elkaar zo, doei.
: Doeg

Tapgesprek sessienummer 9 beller [telefoonnummer 1] [ouder verdachte] gebelde [telefoonnummer 2] [persoon 1] d.d. 24 oktober 2023, 22.17 uur, p. 574-576 (bijlage 1) voor zover relevant:
Dit gesprek in het Papiamento is op 24 oktober 2023 vertaald naar het Nederlandse taal.[ouder verdachte] = [ouder verdachte]
[persoon 1] = [persoon 1]
Tijdens het verbinden roept [ouder verdachte] :
[ouder verdachte] : Wat de godverdomme ‘jij hebt het niet gedaan’, jij hebt het wel gedaan...
[ouder verdachte] : want iedereen belt steeds maar over [verdachte] (fon.) dit en dat... ik word er gek van, mijn hoofd is moe.
[persoon 1] : Bellen veel mensen met jou?
[ouder verdachte] : Ja joh .. [persoon 1] , iedereen kende hem toch?
[persoon 1] : Preken, we blijven bidden... zodat alles goed uitkomt.
[ouder verdachte] : Ja, euh... weet je [persoon 1] , hij moet nu maar voelen, dit heeft hij zelf gedaan. En euh ja, hij heeft geluk dat hij maar 16 jaar is.
[ouder verdachte] : Maar euh, maar feit is dat hij in de gevangenis terechtkomt.
[ouder verdachte] : Hij moet praten [persoon 1] , hij moet zeggen wie hem gestuurd heeft. Want je kent die gast niet, dus dan heeft iemand jou erheen gestuurd.
[ouder verdachte] : Ja iemand heeft jou gestuurd, want euh… mijn kind doet zulke dingen niet
[ouder verdachte] : Wat zijn dit voor vreemde dingen zeg… Je doet dat.. En daarna ga je gewoon bij de AH dingen kopen.. Dan ben je gewoon een hufter.
[ouder verdachte] : Tja ja [persoon 1] hij heeft zichzelf hierbij euh. Euh... betrokken en dan zeggen dat hij het niet is. Hij is het! Je ziet hem. Mensen hebben gefilmd. Alles staat op video...
[ouder verdachte] : Dus je kan wel gaan liegen en zeggen dat jij het niet bent, maar jij bent het!
Overal, werkelijk overal ben je gefilmd... alle deurbellen en alles wat er waren, hebben ze jou op gezien!
[persoon 1] : En ook helemaal in Oss, van Heerhugowaard helemaal in Oss. Het moet iemand zijn.
[ouder verdachte] : Maar natuurlijk.. dat moet wel [persoon 1] , iemand heeft hem gestuurd [persoon 1] .
[ouder verdachte] : Hij heeft daar geen familie, niets! En hij was ook al twee weken vermist hè,
hij wilde niet vertellen waar hij verbleef. Nee! Iemand heeft hem gestuurd. En dank God dat ik euh… dinges heb gedaan dat als hij dit heeft gedaan, dat hij door iemand gestuurd is!
[ouder verdachte] : Hij moet de waarheid vertellen [persoon 1] , gewoon de waarheid
[ouder verdachte] : Ze moeten maar snel doen, hem brengen zodat hij kan gaan dinges...

Tapgesprek sessienummer 26 beller [telefoonnummer 3] [persoon 3] gebelde [telefoonnummer 1] [persoon 2] d.d. 24 oktober 2023, 22.43 uur, p. 575-576 (bijlage 2) voor zover relevant:
[persoon 2] met de telefoon van [ouder verdachte]
[persoon 2] = [persoon 2]
[persoon 3] = [persoon 3]
[persoon 2] : En dan gaat hij lopen liegen: ‘ik heb er niets mee te maken’. Je ziet duidelijk dat hij het is. Je ziet duidelijk dat ze je hebben gevolgd met die camera en het domste wat je kon doen is naar de Albert Heijn gaan. Want anders zou je niet eens herkend zijn.
: Ja precies. What the fuck ga je naar Albert Heijn?
[persoon 2] : Daarom, niemand weet dat hij het is. Letterlijk je gaat naar de Albert Heijn,
ga je rustig een drankje ophalen, nadat je zoiets ergs hebt gedaan.
: Oh man... Jezus man. Want weet je, en euh ... Nel, hij gaat gewoon viraal. Overal he?
: Al die, nieuws ... overal staat-ie.
[persoon 2] : Daarom, hij gaat ook viraal, dat is echt heel erg
: Je moet eerst gaan kijken, NTV, eerst gaan kijken. Want ja, je bent moeder en je blijft moeder. Die dingen doen je pijn. Je moet niet eens gaan kijken.
[persoon 2] : Ja, mijn moeder zei ook, ze gaat ook niet kijken.
[persoon 2] : Ja, het is sowieso klote. Want het is een zwarte en hij heeft heel erg gedaan.
Zou ook wel klote dingen schrijven. What the fuck. Sta je nog wel iemand aangedaan die je niet eens kent.
: Ja precies, maar iedereen schrijft, een actie of en dan reactie, nou ja heel veel klote dingen.
[persoon 2] : Daarom. Echt schande.
: Maar weet je wat het is? Hij kan verder niks meer doen.
: Weet je kijk, Als-ie niet naar Albert Heijn was geweest, kon die gewoon, dan was er niks met hem gebeurd, snap je?
[persoon 2] : Daarom NTV. Weet je wat erg is. Hij blijft maar ontkennen. Ik ben het niet, ik ben het niet, ik ben het niet. Maar je ziet dat jij het bent, dus dat is het probleem.
[persoon 2] : Daarom en sowieso. Hij euh ... iedereen weet dat hij het is. Klaar.
Er is geen twijfel, kijk, weet je hoe het is, ik zeg tegen m'n moeder, het is niet een zaak dat je kan denken: oww misschien is hij getuige of wat dan ook. Nee, hij is gewoon de verdachte. Je ziet gewoon dat hij op die fiets gaat, hij doet het, hij rijdt op die fiets, gaat nog langs rotonde, hij het domste wat je doet is naar de fucking Albert Heijn.
: Een stomme Arizona flesje kopen.
[persoon 2] : Een Arizona flesje halen, terwijl, als je dat niet hebt gedaan, dan... wisten ze niet wie hij was.
: Maar hij heeft ook een groot hart, zeg maar ... want ik zou zo bang zijn,
dat je nog denkt om drinken te gaan halen
[persoon 2] : Daarom, dat zeg ik ook. Hoe ga je rustig drinken halen, dan ben je echt gek in je hoofd. Dan spoor je niet helemaal hoor. Als je nog rustig drinken gaat halen.
: Ja, maar weet je wat ik nog het meest zit, weet je. Klinkt hard, maar ik heb liever dat hij vastzit dan dat er nog iets anders nog gebeurt. Want de mensen weten nu ook dat hij het is. Snap je.
[persoon 2] : Ja daarom daarom zei ik dat al tegen. Daarom zei ik het ook tegen ... mijn moeder ook al. Ik zei, ik heb dat ook, ik heb liever dat-ie eh, in de cel zit, dat, want nu weten
alle familie van die mensen ook gewoon dat hij het is. Je weet niet eens wie die jongen is.
[persoon 2] : Ja daarom. Ik had zoveel stress. Mijn oma ging ook helemaal huilen en zo. Het is echt gewoon niet normaal dit.

Tapgesprek sessienummer 2386 beller [telefoonnummer 4] [persoon 4] gebelde [telefoonnummer 5] [persoon 5] d.d. 26 oktober 2023, 18.51 uur, p. 577-579 (bijlage 3), voor zover relevant:
[persoon 4] = [persoon 4]
[persoon 5] = [persoon 5]
: Ja, tuurlijk, weet je wat hem boven zijn hoofd hangt?
[persoon 4] : Ja, hij is nog wel minderjarig dus... maar desondanks ik zie wel hoe het
eindigt. Ik zei gewoon tegen hem: hou je hoofd rustig en als er iets is uhh, je weet mijn nummer te vinden
: Ja nou, volgens mij mag hij wel bezoek krijgen hoor, zo meteen als hij zijn
straf heeft gehad.
(...)
[persoon 4] : Discutabel, maar uhh ja ik weet niet wat de achter liggende gedachte is maar
uhhh want dit dinges, dit is, even kijken, wanneer is het gebeurd?
: vorige week zaterdag.
[persoon 4] : 2 weken geleden.
: 15e toch?
[persoon 4] : Even kijken, nee het is nu de 25e toch?
: De 14e is het gebeurd.
[persoon 4] : Aaaww, aankomende zaterdag 2 weken geleden, okay.
: Ja.
[persoon 4] : Ik wist toen al dat het was gebeurd.
: Wist je het niet?
[persoon 4] : Tuurlijk wel.
: Ja.
[persoon 4] : Want misschien dat het al zo vroeg op dinges gekomen is, van... ntv... oké cool. Maar waarschijnlijk vanwege de AH camerabeelden en die van iemand zijn deurcam.
: Ja, klopt ja
[persoon 4] : So be it. Maar uhh, hij geeft zijn onschuld aan enne ja…
: Nou ja, onschuld, ontkennen heeft geen zin hè.
[persoon 4] : Tuurlijk wel.
: Tuurlijk niet, heb je die beelden wel gezien?
[persoon 4] : Toegeven.... ja, dat “hij” naar AH loopt, maar ja.
: Nee, je ziet.... [persoon 4] ontkennen heeft niet zoveel zin, je ziet dat “hij” gewoon uhh, je ziet het heel duidelijk.
[persoon 4] : Als ik hem was zou ik ook ontkennen.
: Nou dat heeft helemaal geen zin.
(...)
: Maar wat doet die gap helemaal in Oss?
[persoon 4] : Lang verhaal, te lang verhaal.
: En ook gewoon en fiets daar hebben en... alsof-ie daar woont.
[persoon 4] : Zoals ik al zei een lang verhaal.
: Okay.

Tapgesprek sessienummer 1124 beller [telefoonnummer 6] [persoon 6] gebelde [telefoonnummer 5] [persoon 5] d.d. 27 oktober 2023, 09.35 uur, p. 580-582 (bijlage 4), voor zover relevant:
[persoon 5] : Hij heeft echt iets heel stoms heeft gedaan
[persoon 6] : Natuurlijk het is echt heel stom
[persoon 5] : Ik vind het echt heel heftig, ik heb het filmpje gezien, ik vond het echt heel heftig.
[persoon 6] : Ja is het ook, is het ook.
[persoon 5] : Het is ook heel heftig dat ze die beelden zo ongeblurd verspreiden, sommige hadden geblurd moeten worden.
[persoon 6] : Ja, ze hebben echt overdreven gedaan
[persoon 5] : Ik zag gelijk dat hij het was.
[persoon 6] : Het is echt niet goed wat hij heeft gedaan, ik zeg je eerlijk die jongen
Gewoon, weet je het gaat niet goed met hem, hij heeft alles onderschat heb ik gezien, toen we daar kwamen, het was gewoon zielig om te zien.

Telio-tapgesprek sessienummer 127 [telefoonnummer 7] [persoon 7] gebelde [telefoonnummer 8] [persoon 8] d.d. 18 september 2023, 14.37 uur, p. 661-662, voor zover relevant:
[persoon 7] : He heb je die snap van [naam 1] ?
[persoon 8] : Van wie?
[persoon 7] : Van [naam 1] .
[persoon 8] : [naam 1] ?
[persoon 7] : Ja.
[persoon 8] : Ehhh, wie is [naam 1] ? Welke [naam 1] ?
[persoon 7] : Broer, er is maar één [naam 1] , je weet wel die... verkoopt toch?
[persoon 7] : Voor die ijzers (straattaal voor vuurwapen) toch...
[persoon 8] : Hmmm, ik ken hem niet...
[persoon 8] : Ja die man zei: “morgen is die jongen terug”.
[persoon 7] : Okay... vraag of hij aan ding kan komen.
[persoon 8] : Aan wat?
[persoon 7] : Aan ijzer.
[persoon 8] : Ja, is goed.
[persoon 7] : Ja?
[persoon 8] : Ja.

Telio-tapgesprek sessienummer 139 [telefoonnummer 7] [persoon 7] gebelde [telefoonnummer 8] [persoon 8] d.d. 24 oktober 2023, 15.50 uur, p. 682, voor zover relevant:
[persoon 7] : Joh, facka.
[persoon 8] : Facka, hoor je me?
[persoon 7] : Ja, hoe gaat het met je?
[persoon 8] : Broer, hele gezeik gebeurd broer, wholla broer.
[persoon 7] : Ja, wat dan?
[persoon 8] : Nee, ik ben nog gewoon met die boys goed, maar ik moet even wachten en dan kan ik weer door gaan werken daar, er was iets gebeurd daar... maar ik kan niet zeggen via tellie (straattaal voor telefoon).
[persoon 7] : Maar waar ben je nu?
[persoon 8] : Ik ben nu in Rotta (Roffa wordt gezegd, straattaal voor Rotterdam) gewoon
[persoon 7] : Bij wie?
[persoon 8] : Bij mijn mattie, gewoon bij [naam 2] .
[persoon 7] : Okay, maar wat is dan gebeurd?
[persoon 8] : Ik kan wellu (straattaal voor niet) uitleggen, want het is echt heet man yusu (straattaal voor serieus) heet.
[persoon 7]
: Wat... gevochten ofzo?
[persoon 8] : Bro, denk je... meer bra…
[persoon 7] : HEH?
[persoon 8] : Bro yusu,
meer dingenbra.
[persoon 7] : Wat met boys waren zo...
[persoon 8] : HEH?
[persoon 7] :
Ahhh…Jumbo?
[persoon 8] : Weet wat bro...ja bro say bro say bro
[persoon 7] : Jumbo?
[persoon 8] :
Ja bro, maar niet zo takkie(straattaal voor praten). Ik ga zo nog bij de Jumbo langs, snap je?
[persoon 7] : Ja... (stilte enkele seconden) ...nee joh serieus?
[persoon 8] : Ja man.
[persoon 7] : Hoe dan?
[persoon 8] : Bro kanker moer bra, ik kan niet nu gaan takkie, daarom bra.
[persoon 7] : Hmmmmm… okay. Maar daar is heet dus voor jou?
[persoon 8] : Ja man, ik ben nu even hier zo gewoon... ik ga binnenkort osso (straattaal voor huis) gewoon en dan rustig en dan wachten en dan werken daar zo.
[persoon 7] : Ja
[persoon 8] : Ik moet zo eerst even iets fixen en daarna ga ik dingese... ga ik weer die kant op met een paar boys gewoon.
[persoon 7] : Met paar boys, welke boys?
[persoon 8] : Broer... gewoon boellies van mij, broer.
[persoon 7] : hmmmm okay...
[persoon 8] : Je weet toch.
[persoon 7] : Maar wat... dat ding dat daar is gebeurd... toch?
[persoon 8] : Ja.
[persoon 7] : Is dat op ding geweest? Je weet wel wat.
[persoon 8] : Jaaa bro, ik ga niet meer takkie kanker yusu broer, ik ga niet meer takkie.

Telio-tapgesprek sessienummer 353 [telefoonnummer 7] [persoon 7] gebelde [telefoonnummer 9] [persoon 9] d.d. 25 oktober 2023, 10.45 uur, p. 683, voor zover relevant:
[persoon 9] :
Ik heb het al gezien, Opsporing Verzocht.
[persoon 7] : Wat dan?
[persoon 9] : Watte?
[persoon 7] : Wat heb je bij opsporing verzocht gezien?
[persoon 9] : Heb je niet gekeken?
[persoon 7] : Ja... wat dan?
[persoon 9] : Watte?
[persoon 7] : Over wie praat je nou? Over mij of…?
[persoon 9] : Nee, niet over jou.
[persoon 7] : Over wie dan?
[persoon 9] : Nou dan heb je niet goed gekeken.
[persoon 7] : ...ntv... ja wat moet ik doen?
[persoon 9] : …ntv… wist je?
[persoon 7] :
Hij vertelde het gister.
stilte

Een geneeskundige verklaring betreffende [slachtoffer] , opgemaakt en ondertekend door M.E.B. Morsink (SEH-arts Radboud UMC) d.d. 17 oktober 2023, voor zover relevant:
Datum onderzoek: 14-10-2023
Wond re bovenbuik
Wond rug
Scheur in lever met 850cc bloed in de buikholte

Een geneeskundige verklaring van Radboudumc Amalia kinderziekenhuis, opgemaakt door S. de Kater (co-assistent kindergeneeskunde) H.E. Daniels (kinderchirurg), drs. T. Geurds (aios kindergeneeskunde) e.a. d.d. 23 oktober 2023, p. 777-780, voor zover relevant:
Patiënt, [slachtoffer] , geboren op [2008] , was van 14-10-2023 t/m
20-10-2023 opgenomen op de afdeling kinderchirurgie van het Amalia kinderziekenhuis Radboudumc.
Reden van opname:
Schotwond letsel van de lever waarvoor laparotomie.
Samenvatting bij overplaatsing picu naar afdeling.
[slachtoffer] is op 14-10-2023 rond 22:00 in de buurt van zijn huis door een onbekend iemand beschoten. Hierbij heeft hij een schotwond opgelopen in de rechterbovenbuik. ABCD stabiel. In en exit wond rechter dorsele naar ventrale bovenbuik, weinig bloedverlies. Echo fast liet vrij vocht zien waarvoor een acute mediane bovenbuikslaparotomie werd verricht. Hierbij werden 850 ml bloed/vocht verwijderd. Daarnaast perforatie en traject kogel van ongeveer 10 cm door de lever. Geen actieve bloeding meer. Andere structuren (milt,
nier, darm, galblaas) intact. Postoperatief werd hij een nacht ter observatie op de PICU opgenomen.
Overplaatsing naar kinderafdeling op 15-10-2023.
Operatie:
14-10-2023 proeflaparotomie:
• Schotverwonding lever segment 6-7, verwijderen van vrij vocht/bloed (+/-850 ml). Achterlaten flowseal
en tachosil.
• Inspectie milt, galblaas, maag, colon ascendens/transversum en dunne darm intact. Geen
bloeding/zwelling retroperitoneaal.
Conclusie:
[slachtoffer] is een jongen van 15 jaar en 3 maanden oud, bij ons opgenomen in verband met schotwond in abdomen waarvoor laparotomie op 14-10. Daarbij werd leverletsel geconstateerd waarvoor achterlaten flowseal en tachosil. Ongecompliceerd beloop.
Daderschap.
Op grond van de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen is de rechtbank van oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte de schutter is. Er zijn zeer duidelijke beelden van het moment dat de schutter op de fiets komt aangereden en op zeer korte afstand schiet op het slachtoffer. De schutter heeft een opvallende jas aan. Aan de hand van diverse camera’s kan de route van de schutter worden teruggeleid naar de Albert Heijn waar de schutter voorafgaand aan dit schietincident iets heeft gekocht. Als de beelden van de schutter uit de Albert Heijn worden getoond in het televisieprogramma Opsporing Verzocht, belt zijn moeder nog tijdens de uitzending hevig geëmotioneerd de tiplijn van Opsporing Verzocht. Zij meldt dan dat zij haar zoon heeft herkend. Uit verschillende tapgesprekken blijkt dat ook andere familieleden en vrienden verdachte zonder enige twijfel herkennen van de beelden van de Albert Heijn/Opsporing Verzocht. Bovendien blijkt uit telio-gesprekken dat verdachte op enig moment bezig is met het regelen van ’een ijzer’, straattaal voor een vuurwapen, en dat hij tegenover een vriend in bedekte termen praat over dit schietincident.
Voorbedachte raad?
De rechtbank stelt op grond van de bewijsmiddelen vast dat verdachte op 14 oktober 2023 te Oss heeft gepoogd [slachtoffer] van het leven te beroven door een kogel op zijn lichaam af te vuren. De vraag die de rechtbank vervolgens moet beantwoorden is of verdachte dat met voorbedachte raad heeft gedaan.
Voor een bewezenverklaring van het bestanddeel ‘voorbedachte raad’ moet komen vast te
staan dat verdachte zich gedurende enige tijd heeft kunnen beraden op het te nemen of het genomen besluit en dat hij niet heeft gehandeld in een ogenblikkelijke gemoedsopwelling, zodat hij de gelegenheid heeft gehad na te denken over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap heeft gegeven. Bij de vraag of sprake is van voorbedachte raad gaat het bij uitstek om een weging en waardering van de omstandigheden van het concrete geval, waarbij de rechtbank het gewicht moet bepalen van de aanwijzingen die voor of tegen het bewezen verklaren van voorbedachte raad pleiten. De vaststelling dat verdachte voldoende tijd had om zich te beraden op het te nemen of het genomen besluit vormt weliswaar een belangrijke objectieve aanwijzing dat met voorbedachte raad is gehandeld, maar behoeft de rechtbank niet ervan te weerhouden aan contra-indicaties een zwaarder gewicht toe te kennen.
Uit het dossier blijkt dat verdachte voorafgaand aan zijn handelen voldoende tijd heeft gehad om zich te beraden op het genomen besluit het slachtoffer te beschieten. Eerder, op 18 september 2023, sprak verdachte al over het regelen van een vuurwapen. Hij heeft gelegenheid gehad om na te denken over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad en zich daar rekenschap van gegeven.
De rechtbank stelt vast dat verdachte die avond rondfietste in Oss met een doorgeladen, schietklaar wapen. Immers, verdachte heeft vanaf het moment van passeren tot het moment van vluchten, zijn voeten op de trappers gehad en is dus niet in de gelegenheid geweest tussentijds de slede naar achteren te trekken om het afvuurmechanisme te spannen. Nadat verdachte het slachtoffer zag, is hij over de stoep verder gefietst, heeft hij een aantal keer omgekeken en is hij omgedraaid toen hij zag dat het slachtoffer wegfietste. Hij is versneld achter het slachtoffer aan gereden.
Toen hij het slachtoffer naderde, heeft hij het vuurwapen uit zijn jaszak gepakt, het wapen op de rug van het slachtoffer gericht en de trekker overgehaald. De kogel heeft vervolgens de lever van het slachtoffer geperforeerd.
Uit de beschreven camerabeelden van de avond van 14 oktober 2023, is op te maken dat het tijdsverloop tussen het eerste moment van passeren, het omkijken en het omkeren van verdachte en het neerschieten van het slachtoffer 1 minuut en 52 seconden is.
Van contra-indicaties voor voorbedachte raad is niet gebleken. Er is geen enkele aanwijzing dat verdachte, die zich consequent op zijn zwijgrecht heeft beroepen, heeft gehandeld in een ogenblikkelijke gemoedsopwelling, dit ook nu er geen motief bekend is geworden, slachtoffer en verdachte elkaar niet kenden, verdachte voor of tijdens het schietincident niets zegt tegen het slachtoffer en er evenmin een ruzie of andere confrontatie tussen hen aan vooraf is gegaan.
Gelet op voornoemde omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat het handelen van verdachte niet het gevolg is geweest van een ogenblikkelijke gemoedsopwelling, maar dat hij met voorbedachte raad heeft gehandeld en acht poging tot moord bewezen.

De bewezenverklaring.

Op grond van de feiten en omstandigheden die zijn vervat in de hierboven uitgewerkte bewijsmiddelen, in onderling verband en samenhang bezien, komt de rechtbank tot het oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte:
(primair)
op 14 oktober 2023 te Oss, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om [slachtoffer] opzettelijk en met voorbedachten rade van het leven te beroven,met dat opzet en na kalm beraad en rustig overleg, een vuurwapen heeft gericht op de rug van die [slachtoffer] en vervolgens (op korte afstand) een kogel op die [slachtoffer] heeft afgevuurd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.

De strafbaarheid van het feit.

Het bewezen verklaarde levert op het in de uitspraak vermelde strafbare feit.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.

De strafbaarheid van verdachte.

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. Verdachte is daarom strafbaar voor hetgeen bewezen is verklaard.

Oplegging van straf en/of maatregel.

De eis van de officier van justitie.
De officier van justitie heeft gevorderd aan verdachte op te leggen een jeugddetentie van 24 maanden, met aftrek van voorarrest en de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (PIJ-maatregel).
Een kopie van de vordering van de officier van justitie is aan dit vonnis gehecht.
Het standpunt van de verdediging.
De raadsman heeft verzocht af te zien van oplegging van een onvoorwaardelijke
PIJ-maatregel en aan verdachte een minder ingrijpende maatregel op te leggen zoals een GBM of een voorwaardelijke PIJ-maatregel en in dat kader (alsnog) de alternatieven te laten onderzoeken.
Daarnaast heeft hij verzocht, gezien de verminderde toerekeningsvatbaarheid van verdachte en gezien het feit dat het slachtoffer niet dood is, de op te leggen jeugddetentie te matigen.
Het oordeel van de rechtbank.
Motivering van de op te leggen jeugddetentie.
Bij de beslissing over de straf die aan verdachte dient te worden opgelegd, heeft de rechtbank gelet op de aard en de ernst van het bewezen verklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan. Bij de beoordeling van de ernst van het door verdachte gepleegde strafbare feit, betrekt de rechtbank het wettelijke strafmaximum voor jeugdigen en de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd. Daarnaast houdt de rechtbank bij de strafbepaling rekening met de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de minderjarige verdachte.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft geprobeerd een 15-jarige jongen, een leeftijdsgenoot, van het leven te beroven. Hij heeft het slachtoffer zonder enige aanleiding op straat in koelen bloede neergeschoten. Deze jongen, die asiel zocht in Nederland en zich hier veilig waande, heeft de aanslag ternauwernood overleefd. Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een van de zwaarste misdrijven die ons Wetboek van Strafrecht kent. Verdachte heeft geen enkel inzicht gegeven in zijn laffe en gewetenloze daad. De rechtbank neemt hem deze houding zeer kwalijk.
Gelet op het zeer ernstige karakter van het feit, zal de rechtbank verdachte veroordelen tot de maximale jeugddetentie, te weten 24 maanden. De rechtbank is van oordeel dat uit het oogpunt van vergelding slechts de maximale aan verdachte op te leggen jeugddetentie passend is. Inherent aan toepassing van het jeugdstrafrecht is dat er in voldoende mate rekening wordt gehouden met de persoon van verdachte en de daarmee samenhangende verminderde toerekeningsvatbaarheid. Een kortere jeugddetentie, zoals door de raadsman verzocht, acht de rechtbank niet in verhouding staan met de aard en ernst van het gepleegde feit. Het is aan medisch ingrijpen te danken dat het slachtoffer het handelen van verdachte heeft overleefd. Verdachte zelf heeft zich na zijn optreden direct uit de voeten gemaakt. Zonder het kordate optreden van omstanders zou het slachtoffer zijn overleden.
Oplegging van de PIJ-maatregel.
Daarnaast vindt de rechtbank oplegging van een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel noodzakelijk.
De rechtbank heeft kennisgenomen van het
pro Justitia-rapport Klinisch Multidisciplinair onderzoekvan Forensisch Centrum Teylingereind van 12 april 2024, opgesteld door drs. M.H. Bakkes (GZ-psycholoog) en drs. M.D. van Ekeren (psychiater). In dit rapport staat – kort en zakelijk weergegeven – beschreven dat verdachte slechts in beperkte mate informatie heeft verschaft over zichzelf en zijn belevingswereld. Daarnaast bleek hij sterk geneigd om op vragen te reageren met algemene en/of sociaal wenselijk gekleurde antwoorden, met als gevolg een probleemloze zelfpresentatie. Zijn overlevingsmechanisme vormt tevens een aanwijzing voor een lege binnenwereld en gebrekkige identiteit, waarbij negatieve emoties en gevoelens sterk worden afgeweerd. Verdachte heeft de neiging negativiteit en problemen te verdringen, bagatelliseren, ontkennen, loochenen en/of te externaliseren.
Er is sprake van ADHD, een normoverschrijdende gedragsstoornis, zwakbegaafdheid en een ernstig bedreigde persoonlijkheidsontwikkeling met antisociale- en narcistische trekken in de richting van een antisociale persoonlijkheidsstoornis. Verdachte lijkt een hang te hebben naar geld, status en – bij een tekort daaraan in zijn verleden – erkenning. Met geld, status en erkenning – naar het zich laat aanzien in een criminele wereld – lijkt hij zich identiteit te willen verschaffen. Tijdens het onderzoek zijn er geen aanwijzingen naar voren gekomen dat verdachte verhoogd beïnvloedbaar is, hij komt eerder zelfbepalend en assertief over, wat aansluit bij de narcistische component van de bedreigde persoonlijkheidsontwikkeling. Van deze stoornissen was ook sprake ten tijde van het plegen van het ten laste gelegde en hebben de gedragingen en gedragskeuzes van verdachte beïnvloed.
Op basis van de ontwikkeling en psychopathologie van verdachte, is de weg naar het ten laste gelegde en de reden waarom verdachte in een criminele wereld begeeft, verklaarbaar.
De camerabeelden weerspreken dat er sprake is van een impulsieve en ondoordachte actie, wel kan worden gesteld dat de keuzevrijheid die verdachte had om zich in de criminele wereld te begeven en de wil daarvan deel uit te maken, samenhangt met zijn psychopathologie. De onderzoekers achten het passend om te spreken van een
gelede doorwerking,zodat geadviseerd wordt het ten laste gelegde in verminderde mate toe te rekenen.
Klinisch gezien wordt de kans op herhaling, op grond van de beschreven dynamiek, hoog geacht. Verdachte is vanuit zijn psychopathologie prikkelzoekend en er is geen sprake van probleembesef. Daarnaast liet verdachte zich niet afremmen door de nog lopende proeftijd waarin hij ten tijde van het ten laste gelegde zat. Om het recidivegevaar af te wenden en een zo gunstig mogelijke ontwikkeling te bevorderen, wordt intensieve klinische behandeling van verdachte noodzakelijk geacht. Een gestructureerde, duidelijke, betrouwbare en voorspelbare behandelomgeving is voor verdachte noodzakelijk om zich veilig te kunnen voelen en een gezonde ontwikkeling zoveel mogelijk te bevorderen. Verdachte dient in eerste instantie moreel besef te worden bijgebracht. Gezien het hoge recidiverisico lijkt een hoog beveiligingsniveau noodzakelijk. Vanwege de noodzaak tot externe regulatie en het ontbreken van intrinsieke structuur, wordt behandeling in het kader van welke voorwaarden dan ook niet mogelijk geacht, zoals in het verleden ook al is gebleken. Op basis van de ernst van de psychopathologie, de doorwerking daarvan in het ten laste gelegde, het ernstige recidiverisico en de ervaring dat verdachte ambulant niet in staat is zich aan voorwaarden te houden, wordt het noodzakelijk geacht dat de klinische behandeling wordt opgelegd in het kader van een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel.
De rechtbank heeft eveneens kennisgenomen van het
advies van de Raad voor de Kinderbeschermingvan 21 mei 2024, opgesteld door de onderzoekers R. Kleefsman (raadsonderzoeker) en B. Ruijssenaars (gedragsdeskundige). Dit advies houdt onder meer – zakelijk weergegeven – het volgende in:
Verdachte heeft tijdens zijn eerdere reclasseringstoezicht nauwelijks meegewerkt en er is geen duidelijk beeld van hem naar voren gekomen. Alle tot dusver ingezette interventies hebben onvoldoende resultaat gehad. De Raad voor de Kinderbescherming conformeert zich (mede daardoor) aan het advies dat vanuit de Pro Justitia-rapportage is gegeven. De Raad voor de Kinderbescherming is (eveneens) van mening dat, vanwege de noodzaak tot externe regulatie en het ontbreken van intrinsieke structuur vanuit de thuissituatie, behandeling in een ambulant kader met voorwaarden, niet mogelijk is. Op basis van onder andere de ernst van de psychopathologie, de doorwerking daarvan in het ten laste gelegde, het ernstige recidiverisico en de ervaring dat verdachte zich (vanuit de thuissituatie) niet in staat is zich aan voorwaarden te houden, acht de Raad voor Kinderbescherming het noodzakelijk dat de klinische behandeling wordt opgelegd in het kader van een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel.
De rechtbank neemt de bovenstaande adviezen en conclusies over.
De deskundigen hebben de zeven verschillende criteria voor plaatsing van verdachte in een inrichting voor jeugdigen afgewogen. Zij komen tot de conclusie dat een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel het best passende kader is om behandeling vorm te geven en om verdachte nog bij te sturen in zijn ontwikkeling.
De rechtbank stelt vast dat aan alle formele vereisten voor oplegging van de PIJ-maatregel is voldaan. Bij verdachte bestond ten tijde van het begaan van het bewezen verklaarde feit een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens. Het misdrijf waarvoor verdachte wordt veroordeeld, betreft een misdrijf als bedoeld in artikel 77s, eerste lid onder a, van het Wetboek van Strafrecht. Vervolgens ligt de vraag ter beantwoording voor of – ter bescherming van de algemene veiligheid van personen of goederen – een PIJ-maatregel aangewezen is. De rechtbank beantwoordt die vraag bevestigend. De rechtbank concludeert op basis van de aard en ernst van het feit, de inhoud van het dossier en de rapportages dat een oplegging van een onvoorwaardelijke PIJ-maatregel noodzakelijk is voor een zo gunstige mogelijke verdere ontwikkeling van verdachte, de aanpak van zijn ernstige (persoonlijkheids-)problematiek en het voorkomen van recidive.

Motivering van de beslissing na voorwaardelijke veroordeling 10.138816.22.

Uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de straf die aan verdachte voorwaardelijk is opgelegd, reeds ten uitvoer is gelegd bij beslissing van de kinderrechter Noord-Holland van 6 december 2023. De rechtbank zal de vordering dan ook afwijzen.

Toepasselijke wetsartikelen.

De beslissing is gegrond op de artikelen: 45, 77a, 77g, 77i, 77s en 289 van het Wetboek van Strafrecht.

DE UITSPRAAK

De rechtbank:
- verklaart het primair ten laste gelegde bewezen zoals hiervoor is omschreven;
- verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op het misdrijf:
poging tot moord
- verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
- legt op de volgende straf en maatregel.
  • een
  • een
Beslissing na voorwaardelijke veroordeling:
Wijst af de vordering met parketnummer 10.138816.22 van de officier van justitie d.d. 7 december 2023.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. H.M. Hettinga, voorzitter, tevens kinderrechter,
mr. J.J.A. Donkersloot, kinderrechter, lid en mr. M.M.J. Nuyten, lid,
in tegenwoordigheid van mr. N.J.S. Doornbosch, griffier,
en is uitgesproken op 10 juni 2024.
De jongste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt – tenzij anders vermeld – bedoeld een proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. Waar wordt verwezen naar bijlagen betreffen dit de bijlagen bij het (eind)proces-verbaal van de politie Eenheid Oost-Brabant, onderzoeksnummer OB1R023132 (TGO Oceans), afgesloten op 24 januari 2024, aantal doorgenummerde pagina's: 830 en bestaande uit: