Uitspraak
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
Het standpunt van de officier van justitie.
Het standpunt van de verdediging.
Het oordeel van de rechtbank
opzettelijkkinderpornografisch materiaal heeft verworven en/of in heeft bezit gehad. Verdachte heeft stellig ontkend wetenschap te hebben (gehad) van de inhoud van het filmpje. De rechtbank acht die verklaring niet zonder meer onaannemelijk, nu zij hiervoor heeft vastgesteld dat pas tegen het einde van het (originele) filmpje duidelijk wordt dat daarop een (kennelijk minderjarig) meisje een penis in haar mond neemt en aldus een man oraal bevredigt. Het voorgaande vindt ook steun in het feit dat uit getuigenverklaringen blijkt dat meerdere getuigen, die kennis hebben genomen van het filmpje, ‘niks’ op het filmpje konden zien, en dat zij pas na toelichting van [slachtoffer] wisten dat het (kinder)pornografisch materiaal betrof. Nu voor een bewezenverklaring voor het tenlastegelegde verwerven en bezitten van kinderporno opzet op de inhoud van het materiaal vereist is en gelet op het voorgaande niet kan worden vastgesteld dat verdachte dat opzet had, moet verdachte van dit feit worden vrijgesproken. Daarbij overweegt de rechtbank nog dat uit het dossier noch uit het verhandelde ter zitting kan worden afgeleid dat de penis in het filmpje van verdachte is, zodat ook niet kan worden vastgesteld dat hij wetenschap moet hebben gehad van de inhoud van het filmpje omdat hij degene was die oraal werd bevredigd.