Uitspraak
uitspraak van de meervoudige kamer van 29 mei 2024 in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
€ 1.256,08 exclusief/€ 1.322,18 inclusief vakantiegeld.
Beoordeling door de rechtbank
Omdat eiser op de peildatum een Ziektewetuitkering ontvangt na een eerdere Werkloosheidsuitkering is op hem artikel 12 “Aanspraak op vakantietoeslag voor personen jonger dan de pensioengerechtigde leeftijd, bedoeld in artikel 7a, eerste lid, van de Algemene Ouderdomswet met inkomen uit vroegere arbeid” van toepassing. Eisers netto inkomen, zonder vakantietoeslag valt in de klasse: gelijk aan of meer dan € 649,24 en minder dan € 1.275,81. Voor deze klasse geldt dat de aanspraak op vakantietoeslag 8% maal het inkomen minus € 19,25 bedraagt.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit van 27 juli 2023 en draagt het dagelijks bestuur op om opnieuw op het bezwaar te beslissen met inachtneming van deze uitspraak;
- veroordeelt het dagelijks bestuur in de proceskosten van eiser, begroot op € 1.750,-;
- bepaalt dat het dagelijks bestuur het griffierecht van € 50,- aan eiser vergoedt.