ECLI:NL:RBOBR:2024:2140
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Verkeersongeval door fietser onder invloed van alcohol met zwaar lichamelijk letsel als gevolg
Op 22 mei 2024 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die als fietser onder invloed van alcohol een verkeersongeval heeft veroorzaakt. De verdachte, geboren in 1988 en wonende in 's-Hertogenbosch, fietste op 3 juli 2023 tegen het verkeer in op een smal fietspad. Tijdens het passeren van een bromfietser, die hem tegemoet kwam, vond er een aanrijding plaats omdat de verdachte niet in staat was om voldoende rechts te houden. Het slachtoffer, een bromfietser, liep als gevolg van de aanrijding zwaar lichamelijk letsel op, namelijk een gebroken pols. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 140 uren.
De rechtbank oordeelde dat er sprake was van een causaal verband tussen de gedragingen van de verdachte en het ongeval, maar sprak de verdachte vrij van roekeloosheid. De rechtbank kwalificeerde het verkeersgedrag van de verdachte als zeer onvoorzichtig en onoplettend. De rechtbank heeft de ernst van het letsel van het slachtoffer in overweging genomen, evenals de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder het feit dat hij nooit eerder in aanraking is gekomen met de politie voor verkeersdelicten.
De rechtbank legde een taakstraf op in plaats van een gevangenisstraf of rijontzegging, omdat de verdachte als fietser minder risico's met zich meebracht dan een gemotoriseerde verkeersdeelnemer. De uitspraak is gedaan op basis van de artikelen 9, 22c en 22d van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 6 en 175 van de Wegenverkeerswet 1994.