Uitspraak
1.[eiser sub 1 in HA ZA 22-114] ,
2.
[eiser sub 2 in HA ZA 22-114],
[bedrijfsnaam gedaagde sub 1 in HA ZA 22-114 en eiser sub 1 in HA ZA 22-585],
[bedrijfsnaam gedaagde sub 1 in HA ZA 22-114 en eiser sub 1 in HA ZA 22-585],
1.De kern van de zaken
2.De procedure
3.De feiten in conventie en reconventie
2.Isolatie
3.Afkitten
Op verschillende plaatsen in de badkamer(s) / fontein entree ontbreekt het kitwerk.
4.Dak buiten
5.Stucwerk
Het stucwerk is in ieder geval - maar niet limitatief - nog niet aangebracht of hersteld op de volgende plaatsen: dagkanten, dakdoorvoeren, meterkast, berging en muur naast de voordeur (bij de tijdelijke deur van de kleine kamer op de bg), stopcontacten, ventilatoren.
6.Schilderwerk
7.Vensterbanken
Bij het uitvoeren van uw werkzaamheden is cement en verf op de vensterbanken gekomen. Deze vervuiling dient verwijderd te worden. Indien herstel niet mogelijk is - wat cliënten op dit moment vrezen - dan is sprake van blijvende schade en waardevermindering van de vensterbanken.”
4.Het geschil
5.De beoordeling in de hoofdzaak
op voorwaardedat steenwol eenzelfde isolatiewaarde zou hebben als de PIR platen. [bedrijfsnaam gedaagde sub 1 in HA ZA 22-114 en eiser sub 1 in HA ZA 22-585] heeft betwist dat [A] deze voorwaarde heeft gesteld. [A] heeft haar stelling op dit punt niet nader onderbouwd. De rechtbank is dan ook van oordeel dat niet vaststaat dat partijen die voorwaarde zijn overeengekomen. Dat betekent dat de rechtbank van oordeel is dat partijen een wijziging van de overeenkomst zijn overeengekomen, namelijk om steenwol in plaats van PIR platen als dakisolatie te gebruiken. [bedrijfsnaam gedaagde sub 1 in HA ZA 22-114 en eiser sub 1 in HA ZA 22-585] is niet tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst door steenwol in plaats van PIR platen te gebruiken als dakisolatie.
6.De beoordeling in de vrijwaringszaak
7.De beslissing
woensdag 22 mei 2024uit te laten over het bepaalde in r.o. 5.40,
woensdag 19 juni 2024bij akte te reageren op de in r.o. 7.1 weergegeven akte,