In deze zaak heeft de rechtbank Oost-Brabant op 10 april 2024 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van een woningoverval. De verdachte, geboren in 2003 en thans gedetineerd in P.I. Grave, heeft samen met mededaders op 8 december 2022 in Hooge Mierde een woningoverval gepleegd waarbij geweld is gebruikt. De overval vond plaats met het doel om een schuld te innen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte en zijn mededaders de aangever hebben mishandeld en goederen hebben weggenomen, waaronder een iPhone 12 en een Playstation. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren. De rechtbank heeft de verklaringen van de aangever en getuigen als bewijs gebruikt, ondanks dat de verdediging bezwaar maakte tegen het gebruik van deze verklaringen omdat de getuigen niet konden worden gehoord. De rechtbank oordeelde dat er voldoende steunbewijs was voor de verklaringen van de aangever en getuigen, en dat de verdachte betrokken was bij de gewelddadige diefstal. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van enkele onderdelen van de tenlastelegging, waaronder de bedreiging met een vuurwapen, omdat hiervoor onvoldoende bewijs was. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van het feit, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en de impact van de overval op de aangever.