Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
beroep tegen crisismaatregel) en
verzoek schadevergoeding)
[naam betrokkene] ,
de (burgemeester van de) gemeente [naam gemeente] ,
[naam zorgaanbieder] ,
Het procesverloop
- het verzoekschrift met bijlagen, ingekomen ter griffie op 11 januari 2024;
- het verweerschrift van de zorgaanbieder, ingekomen ter griffie op 23 januari 2024;
- de brief van mr. A.J.C.W. Scholte-van de Ven van 29 januari 2024;
- een aanvullend verweer van de zorgaanbieder van 9 februari 2024.
De feiten
“Geïnformeerd hoe ze tegenover ontslag staat en hoe ouders het vinden. Heeft ouders niet gesproken over hoe het is dat ze met ontslag gaat, zowel voor ouders niet als voor haar zelf.”
Het verzoek en het verweer
- de crisismaatregel van 3 januari 2024 als onrechtmatig te beoordelen;
- de gemeente [naam gemeente] te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 450,- aan betrokkene, vanwege de onrechtmatige beslissing tot afgifte van de crisismaatregel en de zes dagen van spanningen et cetera die dit voor betrokkene met zich heeft gebracht, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van indiening van het verzoekschrift, dan wel tot enig bedrag dat de rechtbank in goede justitie behoort te nemen;
- [naam zorgaanbieder] te veroordelen tot betaling van een bedrag van € 450,- aan betrokkene, vanwege verleende verplichte zorg zonder opname en € 100,- vanwege verplichte zorg met opname, derhalve totaal € 550,- te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van indiening van het verzoekschrift, dan wel tot enig bedrag dat de rechtbank in geode justitie behoort te nemen.
De beoordeling
Cliënte was in maart 2023 kortdurend in behandeling bij [naam zorgaanbieder] en is toen mede gezien door ondergetekende. Op 3 januari 2024 was ondergetekende de dagpsychiater en waren er helaas geen andere mogelijkheden voor beoordeling op korte termijn door een onafhankelijke psychiater”.