Bewijs
Het standpunt van de officier van justitie.
De officier van justitie heeft gerekwireerd tot bewezenverklaring van feit 1, de onder feit 2 impliciet ten laste gelegde poging tot zware mishandeling en feit 3.
Het standpunt van de verdediging.
De verdediging heeft vrijspraak bepleit ten aanzien van feit 1 en heeft zich gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank ten aanzien van de onder feit 2 impliciet ten laste gelegde poging tot zware mishandeling en feit 3.
Het oordeel van de rechtbank.
Bewijsmiddelen.
1. Een geschrift als bedoeld in art. 344, eerste lid, aanhef en onder 2, Sv, te weten een proces-verbaal van aangifte door [slachtoffer] , met nummer PL2100-2022128052-10, opgemaakt en ondertekend door verbalisant [naam 2] op 18 juni 2022, voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende:
p. 11: Aangever: [slachtoffer] ,
Ik doe aangifte van zware mishandeling gepleegd door mijn ex-partner [verdachte] bij mij in de woning in [gemeente] .
p. 12: Op 11 juni 2022 heeft hij [de rechtbank begrijpt: [verdachte] ] mij bedreigd via WhatsApp. Hij zei dat hij mijn gezicht zou gaan opensnijden en ik als Scarface door het leven zou gaan. 5 printscreens van dit gesprek zal ik bijvoegen.
Op 17 juni 2022 omstreeks 24:00 uur zat ik in de voortuin. [verdachte] kwam aanrijden, stapte uit en kwam naar mij toelopen. Ik hoorde dat [verdachte] zei: "Nu naar binnen!" Hij zei dit op boze toon. Ik zag dat hij opgefokt was. Ik ben met hem de woning in gelopen. Ik zag dat [verdachte] helemaal doordraaide en een mes in zijn rechterhand beet had. Ik zag dat dit een zilverkleurig keukenmes was waarmee je groente en/of vlees kan snijden. Ik herkende het niet als een mes uit mijn woning. Ik zag dat [verdachte] het mes op mijn keel zette en tegen mij begon te schreeuwen. Op een gegeven moment lag ik op de grond. Ik zag en voelde dat hij mij hard begon te trappen. Ik weet niet hoe vaak hij mij heeft geschopt, maar dit is wel vaak geweest. Ik voelde dat hij mij op mijn lijf en hoofd trapte. Na enige tijd zag ik dat [verdachte] mijn woning verliet. Ik zag dat mijn kleren en keuken onder het bloed zaten. Toen ik in de spiegel keek zag ik dat er een grote snee op mijn voorhoofd zat. Volgens de dokter is deze snee veroorzaakt door een snijwond. Op mijn achterhoofd zat ook een snee die is gehecht. Ik heb ook diverse blauwe plekken opgelopen in mijn gezicht. Ook op de rest van mijn lijf heb ik diverse blauwe plekken opgelopen.
2. Een geschrift als bedoeld in art. 344, eerste lid, aanhef en onder 5, Sv, te weten een printscreen van een WhatsApp-gesprek d.d. 11 juni 2022, bijlage bij de aangifte door [slachtoffer] , voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende:
p. 18: Als de tijd rijp is pak ik één voor één jouw kankerfamilie onthoud dat goed!
p. 19: Binnenkort stamp ik jouw nog eenmaal goed in mekaar maar deze keer echt goed als definitief afscheid! Jouw kop ga ik helemaal verbouwen vieze kanker duivel. ik ga graag een half jaar zitten voor de mishandeling die ik jouw als laatste ga geven. Deze mishandeling zal alles overtreffen. Jouw hoofd ga ik dusdanig beschadigen dat je er voor altijd last van zal hebben! ik geef er niks meer om maar jouw pak ik. Hoerenkind! lk ga jullie allemaal pakken. lk weet dat ik dat ga doen! Ik pak jullie allemaal een voor een!!! [kind 1] en [kind 2] ook. Maar ik begin met jouw!!! Jij bent de eerste. ik ga heel jouw gezicht opensnijden! Zo ernstig dat je jezelf op den duur van kant gaat maken . Niet dodelijk maar extreem verminkt! Ik ga wel paar jaar zitten geen probleem. Zeg dat die kinderen naar huis moeten komen! Kankerduivel! Een mes in beide ogen ga ik bij jouw doen. De ultieme straf!!! 100 procent blindheid dat verdien jij!! Heel snel zul je weten wat ik met jouw ga doen. ik weet dat woorden jouw geen pijn doen maar straks als het zover is wil ik dat je nu vast weet 'hij zei het nog' ik ga ervoor zorgen dat jouw jij en je moeder en oma voor de rest van hun leven gestrest zijn door hetgeen wat ik jouw aan ga doen! Ik zal lachen in de gevangenis want zo ben ik. Heel [gemeente] noemt jouw straks 'scareface'. Of ik maak jouw gewoon dood. Ik heb scheit.
3. Een geschrift als bedoeld in art. 344, eerste lid, aanhef en onder 5, Sv, te weten een letselrapportage forensische geneeskunde GGD Brabant Zuidoost d.d. 24 juni 2022, betreffende [slachtoffer] , ondertekend door [verbalisant 2] , bijlage bij het proces-verbaal aanvulling einddossier, voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende:p. 8: letsels:
Lichaamsdeel: hoofd
beschrijving: Dwars op het voorhoofd is een snijwond zichtbaar, met wijkende wondranden (foto uit het ziekenhuis aangeleverd door de politie). De wond heeft een lengte van ongeveer 6 cm. op de foto uit het ziekenhuis is het gelaat met bloed bedekt.
soort: snijwond
gemelde toedracht: met een mes op het voorhoofd gesneden
past gemelde toedracht bij letsel: zeer goed.
p. 9: lichaamsdeel: rug
Beschrijving: Links op de rug, deel over het schouderblad links, is een grote geelbruine huidverkleuring zichtbaar, ruwweg ovaal met een gedeeltelijke centrale uitsparing. Binnen in deze huidverkleuring is een wond zichtbaar, met gestold bloed, een barstwond.
soort: bloeduitstorting
gemelde toedracht bij letsel: mw heeft klappen en schoppen tegen haar lichaam gekregen
past gemelde toedracht bij letsel: zeer goed.
p. 11: lichaamsdeel: rug
beschrijving: Op de rug, bij het schoudergewricht cq kop van de rechterarm, zien we een ovale roodbruine huidverkleuring van ongeveer 6 x 8 cm. Binnen deze huidverkleuring zien we een horizontaal lopende, streepvormige gedeeltelijk genezen wond met een lengte van ongeveer 4 cm. Op foto's van het ziekenhuis zien we dat de wond nog open is, waarschijnlijk een schaafwond.
soort: bloeduitstorting
gemelde toedracht bij letsel: mw heeft klappen en schoppen tegen haar lichaam gekregen
past gemelde toedracht bij letsel: zeer goed.
P. 15: bloeduitstortingen linkerarm. Doen denken aan 'fingertip bruising', zie ook p. 16 en 17. Vergelijkbare blauwe plekken op rechterarm.
p. 19: lichaamsdeel: hoofd
beschrijving: Net boven het linkeroog, binnen de oogkas, een paarse ovale huidverkleuring, geel omzoomd, ongeveer 1 x 0,5 cm.
soort: bloeduitstorting
gemelde toedracht: mw heeft klappen en trappen op het lichaam gekregen
past gemelde toedracht bij letsel: zeer goed
4. Een geschrift als bedoeld in art. 344, eerste lid, aanhef en onder 5, Sv, te weten een letselrapportage forensische geneeskunde GGD Brabant Zuidoost d.d. 1 februari 2023, betreffende [slachtoffer] , ondertekend door [verbalisant 2] , voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende:p. 16: lichaamsdeel: hoofd
beschrijving: gehechte wond op de behaarde hoofdhuid op de behaarde hoofdhuid,
aan de achterzijde van het hoofd, is een verwonding zichtbaar, die
met een enkele hechting is gehecht.
5. Een geschrift als bedoeld in art. 344, eerste lid, aanhef en onder 2, Sv, te weten een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL2100-2022128052-21, opgemaakt en ondertekend door verbalisant [naam 6] op 19 juni 2022, voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende:
p. 53: Op 18 juni 2022 was ik in de woning aan de [adres] te [gemeente] vanwege een doorzoeking met de rechter-commissaris. Nadat de zoeking was geopend trof ik in een hoge witte kast in de hal van de woning een zilverkleurig mes. Dit mes was ongeveer 30 cm lang en had een smal lang lemmet. Het handvat was eveneens zilverkleurig. Het mes leek niet op zijn plaats in deze kast in de hal van de woning. Dit mes is door collega [verbalisant] veiliggesteld: sinnummer AAOL1983NL
6. Een geschrift als bedoeld in art. 344, eerste lid, aanhef en onder 2, Sv, te weten een proces-verbaal vooronderzoek lab met nummer PL2100-2022128052-45, opgemaakt en ondertekend door verbalisanten [naam 7] en [naam 8] op 1 september 2022, bijlage bij het proces-verbaal aanvulling einddossier, bijlage bij het proces-verbaal aanvulling einddossier, voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende:
p. 23: In verband met een onderzoek naar zware mishandeling werd op verzoek van de Eenheid Oost-Brabant door ons, verbalisanten, forensisch onderzoek verricht naar biologische sporen aan onderstaande sporendrager:
Goednummer PL2100-2022128052-1945565,
SIN AAOL1983NL
Object: Mes
Kleur: zilverkleurig.
p. 25: Veiliggestelde sporen:
SIN AAOM6511NL
relatie met SIN AAOL1983NL
plaats veiligstellen: op bloed gelijkend achterkant heft
SIN AAOM6509NL
relatie met SIN AAOL1983NL
plaats veiligstellen: bloed op heft, links, 3 cm vanaf lemmet en 1 cm bovenrand
7. Een geschrift als bedoeld in art. 344, eerste lid, aanhef en onder 5, Sv, te weten een rapport DNA-onderzoek naar aanleiding van een geweldsincident in [gemeente] op 18 juni 2022 d.d. 18 oktober 2022, bijlage bij het proces-verbaal aanvulling einddossier, voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende:
p. 31: Politie Eenheid Oost-Brabant heeft verzocht de vijf door hen aangeleverde bemonsteringen te onderwerpen aan een DNA-onderzoek. Tevens is verzocht om de DNA-profielen van slachtoffer [slachtoffer] en verdachte [verdachte] te betrekken bij het vergelijkend DNA-onderzoek. Het doel van dit onderzoek is om vast te stellen of de bemonsteringen DNA bevatten en, zo ja, van wie dat DNA afkomstig kan zijn.
p. 32: AAOM6509NL#01: bloed op heft - DNA kan afkomstig zijn van 1 vrouw, [slachtoffer] . Bewijskracht meer dan 1 miljard.
AAOM6511NL#01: op bloed gelijkend achterkant heft - DNA kan afkomstig zijn van 1 vrouw, [slachtoffer] . Bewijskracht meer dan 1 miljard.
8. Een geschrift als bedoeld in art. 344, eerste lid, aanhef en onder 2, Sv, te weten een proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] , met nummer PL2100-2022128052-11, opgemaakt en ondertekend door verbalisant [naam 9] op 18 juni 2022, voor zover - zakelijk weergegeven - inhoudende:
p. 141: Ik zat thuis. Het was ongeveer half 12 kwart voor 12 in de avond.
p. 142: Ik ben naar [slachtoffer] toe gegaan. We zijn naar binnen gegaan. Ik heb geslagen. Ik heb een paar keer uitgehaald. Geduwd en getrapt. Ik was echt boos. Er knapte iets bij mij. Ze viel. Ik heb een paar keer getrapt.
10. De verklaring van verdachte afgelegd ter terechtzitting d.d. 16 februari 2023, voor zover – zakelijk weergegeven – inhoudende:
De voorzitter houdt mij de WhatsApp-berichten voor die ik op 11 juni 2022 naar [slachtoffer] heb gestuurd en vraagt mij om een reactie. Het klopt dat ik die berichten heb gestuurd.
De betrouwbaarheid van de verklaringen van [slachtoffer] .
De verdediging heeft aangevoerd dat zij twijfels heeft over de betrouwbaarheid van de verklaringen van aangeefster, nu zij niet consistent en tegenstrijdig heeft verklaard op verschillende punten. De rechtbank overweegt daaromtrent dat de verklaringen die [slachtoffer] bij de politie en bij de rechter-commissaris heeft afgelegd juist consistent zijn wat betreft het letsel en de wijze van het toebrengen daarvan door verdachte. Ook vinden deze verklaringen steun in de overige bewijsmiddelen, zoals het letselrapport van de forensisch geneeskundige. De rechtbank zal de verklaringen van [slachtoffer] daarom als bewijs bezigen.
Ten aanzien van de onder feit 1 ten laste gelegde zware mishandeling met voorbedachten rade.
De rechtbank dient te beoordelen of verdachte [slachtoffer] zwaar lichamelijk letsel heeft toegebracht door met een mes over haar voorhoofd te snijden en of verdachte daarbij met voorbedachten rade heeft gehandeld. De rechtbank stelt het volgende vast ten aanzien van de feiten en omstandigheden.
[slachtoffer] heeft verklaard dat verdachte een mes bij zich had tijdens het incident op 18 juni 2022 dat zij niet herkende als een mes uit haar keuken, dat verdachte haar met het mes heeft bedreigd en dat haar kleren en keuken onder het bloed zaten op het moment dat verdachte wegging. [slachtoffer] heeft over het mes verklaard dat het om een zilverkleurig keukenmes ging, welk mes later bij de doorzoeking van de woning van verdachte ook is aangetroffen. Uit DNA-onderzoek is gebleken dat er bloed van [slachtoffer] op het mes is aangetroffen. Verder blijkt uit de letselbeschrijving van de forensisch geneeskundige dat [slachtoffer] een snijwond van ongeveer 6 centimeter dwars over haar voorhoofd heeft opgelopen, waarvan de gemelde toedracht is dat er met een mes over haar voorhoofd is gesneden, hetgeen zeer goed bij het letsel past.
Gezien het voorgaande stelt de rechtbank vast dat verdachte [slachtoffer] met een mes over het hoofd heeft gesneden. Dat verdachte deze gedraging ontkent en dat [slachtoffer] niet over de daadwerkelijke toedracht van de snijwond op haar voorhoofd verklaard, doet daar niet aan af. Uit de bewijsmiddelen en de hiervoor uiteengezette constateringen volgt genoegzaam dat de snijwond door verdachte is toegebracht. De rechtbank stelt voorts vast dat de verwonding zal leiden tot een blijvend en ontsierend litteken in het gelaat van [slachtoffer] , hetgeen kan worden aangemerkt als zwaar lichamelijk letsel. Ten aanzien van de vraag of verdachte met voorbedachte raad heeft gehandeld, overweegt de rechtbank het volgende.
Voor het bewijzen van voorbedachte raad is voldoende wanneer komt vast te staan dat verdachte tijd had zich te beraden op het nemen of het genomen besluit, zodat hij de gelegenheid had na te denken over de betekenis en de gevolgen van zijn voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap kan geven. De voorbedachte raad hoeft niet te zien op de tijd en plaats van de voorgenomen daad.
De rechtbank is van oordeel dat verdachte zich bewust is geweest van de betekenis en de gevolgen van zijn daad, immers blijkt uit de WhatsApp-berichten van 11 juni 2022 dat hij zich had voorgenomen [slachtoffer] ernstig ontsierend letsel toe te brengen en dat hij wist wat dergelijk letsel teweeg zou kunnen brengen. Verdachte heeft ook de tijd gehad om zich te beraden. Tussen het voornemen en de daad zit een tijdsspanne van maar liefst zeven dagen. Niet relevant is of verdachte zich had voorgenomen om de daad op 18 juni 2022 ten uitvoer te brengen, nu de voorbedachte raad niet op de tijd en plaats hoeft te zien. Het verweer van de verdediging dat verdachte niet met voorbedachte raad heeft gehandeld, nu hij heeft gehandeld uit een ogenblikkelijke gemoedsopwelling op 18 juni 2022 die werd veroorzaakt door het kennisnemen van de berichten tussen [slachtoffer] en haar (ex-)zwager [kind 2] (verder: [kind 2] ), gaat naar het oordeel van de rechtbank niet op. Verdachte heeft naar het oordeel van de rechtbank niet gehandeld in een ogenblikkelijke gemoedsopwelling waarin geen tijd was om zich te kunnen beraden op het besluit. Uit de WhatsApp-berichten blijkt immers ontegenzeggelijk dat verdachte zich al op 11 juni 2022, zeven dagen voor het ten laste gelegde, had voorgenomen om [slachtoffer] ontsierend letsel toe te brengen. Daarnaast is verdachte na het zien van de berichten in de auto gestapt en naar [slachtoffer] toegereden, uitgestapt en naar de woning gelopen en samen met haar de woning ingegaan, terwijl hij een mes uit zijn woning had meegenomen. Op elk van deze momenten had verdachte zich kunnen beraden over het genomen besluit. Zeker gezien de omstandigheid dat verdachte kennelijk al besefte wat de betekenis en de gevolgen van zijn handelen zouden zijn.
Het plan van verdachte, om [slachtoffer] dergelijk letsel te gaan toebrengen, heeft hij naar het oordeel van de rechtbank dus uitgevoerd, na het zien van de berichten tussen [slachtoffer] en [kind 2] .
Gezien het voorgaande acht de rechtbank het onder feit 1 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen.
Ten aanzien van de onder feit 2 impliciet ten laste gelegde poging zware mishandeling.
Bij de beoordeling van de onder feit 2 impliciet ten laste gelegde poging zware mishandeling betrekt de rechtbank de vaststellingen die zij heeft gedaan onder het kopje ‘Vrijspraak ten aanzien van de onder feit 2 impliciet ten laste gelegde poging doodslag.’ De rechtbank gaat ervan uit dat verdachte [slachtoffer] meermalen met de voet en met kracht tegen het hoofd heeft geschopt terwijl zij op de grond lag. De rechtbank dient te beoordelen of deze gedraging strafrechtelijk kan worden aangemerkt als een poging zware mishandeling.
De rechtbank overweegt dat het met kracht schoppen door verdachte tegen het hoofd van [slachtoffer] kan worden aangemerkt als een poging zware mishandeling. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verdachte opzet gehad op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel, nu hij [slachtoffer] heeft geschopt terwijl zij weerloos op de grond lag. Het is een feit van algemene bekendheid dat het meermalen met kracht schoppen tegen een kwetsbaar en vitaal lichaamsdeel als het hoofd zwaar lichamelijk letsel teweeg kan brengen. Dat dit letsel zich niet daadwerkelijk heeft voorgedaan en dat het daarom bij een poging is gebleven, doet daar niet aan af.
Ten aanzien van de onder feit 3 ten laste gelegde bedreigingen.
De rechtbank overweegt dat de WhatsApp-berichten die verdachte op 11 juni 2022 heeft verstuurd, kunnen worden aangemerkt als bedreigingen met enig misdrijf tegen het leven gericht en met zware mishandeling, zodat de rechtbank het onder feit 3 ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen acht.