Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
heeft bewogen tot de afgifte van enig goed, het verlenen van een dienst, het ter beschikking stellen van gegevens, het aangaan van een schuld en/of het teniet doen van een inschuld, te weten tot het afgeven van diverse geldbedragen, door voornoemde slachtoffers
althans verzinsels en/of kunstgrepen van gelijke aard en/of strekking.
De formele voorvragen.
Bewijs
- de verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 13 februari 2023;
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 1] (p. 15 - 16);
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 2] , mede namens [slachtoffer 3] (p. 25 – 26);
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 4] (p. 48);
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 5] (p. 51 – 52);
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 6] (p. 61 - 64);
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 7] (p. 71 – 73);
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 9] (p. 86 – 87);
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 10] (p. 91 – 92);
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 11] (p. 101 – 102);
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 13] (p. 114 – 115);
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 14] (p. 117);
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 15] (p. 126 – 128); en
- het proces-verbaal van aangifte, gedaan door [slachtoffer 16] (p. 142 – 143).
De bewezenverklaring.
althans verzinsels en/of kunstgrepen van gelijke aard en/of strekking.
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en/of maatregel.
- [slachtoffer 1] een bedrag van 130,00 euro;
- [slachtoffer 2] een bedrag van 150,00 euro;
- [slachtoffer 5] een bedrag van 484,00 euro;
- [slachtoffer 6] een bedrag van 2.000,98 euro;
- [slachtoffer 7] een bedrag van 130,00 euro;
- [slachtoffer 9] een bedrag van 100,00 euro;
- [slachtoffer 10] een bedrag van 100,00 euro;
- [slachtoffer 11] een bedrag van 100,00 euro;
- [slachtoffer 13] een bedrag van 69,99 euro;
- [slachtoffer 15] een bedrag van 120,00 euro; en
- [slachtoffer 16] een bedrag van 110,00 euro.
- [slachtoffer 1] een bedrag van 130,00 euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 mei 2022 tot de dag der algehele voldoening;
- [slachtoffer 2] een bedrag van 150,00 euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 maart 2022 tot de dag der algehele voldoening;
- [slachtoffer 5] een bedrag van 484,00 euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 februari 2022 tot de dag der algehele voldoening;
- [slachtoffer 6] een bedrag van 2.000,98 euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 januari 2022 tot de dag der algehele voldoening;
- [slachtoffer 7] een bedrag van 130,00 euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 februari 2022 tot de dag der algehele voldoening;
- [slachtoffer 9] een bedrag van 100,00 euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 23 februari 2022 tot de dag der algehele voldoening;
- [slachtoffer 10] een bedrag van 100,00 euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 24 augustus 2021 tot de dag der algehele voldoening;
- [slachtoffer 11] een bedrag van 100,00 euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17n oktober 2021 tot de dag der algehele voldoening;
- [slachtoffer 13] een bedrag van 69,99 euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 14 februari 2022 tot de dag der algehele voldoening;
- [slachtoffer 15] een bedrag van 120,00 euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 2 september 2022 tot de dag der algehele voldoening; en
- [slachtoffer 16] een bedrag van 110,00 euro, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 oktober 2022 tot de dag der algehele voldoening.
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 3] .
De vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 12] .
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
oplichting, meermalen gepleegd
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 1], van een bedrag van 130,00 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 2 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 2], van een bedrag van 150,00 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 3 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 5], van een bedrag van 484,00 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 9 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 6], van een bedrag van 2.000,98 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 30 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 7], van een bedrag van 130,00 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 2 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 9], van een bedrag van 100,00 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 2 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 10], van een bedrag van 100,00 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 2 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 11], van een bedrag van 100,00 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 2 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 12], van een bedrag van 986,56 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 19 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 13], van een bedrag van 69,99 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 1 dag. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 15], van een bedrag van 120,00 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 2 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.
verplichting tot betaling aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer 16], van een bedrag van 110,00 euro, bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast van maximaal 2 dagen. De toepassing van deze gijzeling heft de hiervoor opgelegde betalingsverplichting niet op.