ECLI:NL:RBOBR:2023:6031

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
22 december 2023
Publicatiedatum
22 december 2023
Zaaknummer
SHE 23/3451 PV
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Omgevingsrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorlopige voorziening inzake omgevingsvergunning voor opvang asielzoekers in hotel Van der Valk te Uden

Op 22 december 2023 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening tegen de omgevingsvergunning van de gemeente Maashorst voor het tijdelijk opvangen van 300 asielzoekers in hotel Van der Valk te Uden. De voorzieningenrechter oordeelt dat de gemeente bij het verlenen van de vergunning te kort door de bocht is gegaan, maar dat dit in de bezwaarfase kan worden opgelost. Vanwege de gebreken in de besluitvorming vindt de rechter het risico te groot om het COA de vergunning volledig te laten gebruiken. Daarom wordt voorlopig toegestaan dat maximaal 200 asielzoekers in het hotel worden gehuisvest, onder bepaalde voorwaarden.

De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de gemeente snel heeft gehandeld, maar dat er duidelijke onderbouwing moet zijn over de afwijkingen van het bestemmingsplan. De zorgen van de verzoekers over sociale veiligheid zijn ook meegenomen in de overwegingen. De voorzieningenrechter benadrukt het belang van overleg tussen het COA, de gemeente en de omwonenden om de sociale veiligheid te waarborgen. De voorzieningenrechter heeft de vergunning voor het huisvesten van meer dan 200 asielzoekers geschorst en voorwaarden verbonden aan het gebruik van het gebouw.

De uitspraak houdt in dat het COA en de gemeente moeten toezien op de naleving van de voorwaarden en dat er wekelijks overleg moet plaatsvinden met de bewoners. De voorzieningenrechter heeft ook bepaald dat het college het griffierecht en proceskosten aan de verzoekers moet vergoeden. De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK OOST-BRABANT
Zittingsplaats 's-Hertogenbosch
Bestuursrecht
zaaknummer: SHE 23/3451 PV
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van 22 december 2023 op het verzoek om voorlopige voorziening in de zaak tussen

[verzoekers] ., uit [plaatsnaam] , verzoekers

(gemachtigden: mr. D.I.J. Snijders en mr. A. Posset),
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maashorst, het college
(gemachtigden: mr. D.S.P. Roelands-Fransen, mr. A.P.J. Timmermans en ir. S. Berkers).
Als derde-partij neemt aan de zaak deel: Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) uit Den Haag (vergunninghoudster)
(gemachtigden: mr. F. Sepmeijer, mr. R. van Duffelen en dhr. Van Ooijen).

Inleiding

1. In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoekster tegen de omgevingsvergunning van het college van
19 december 2023 voor het tijdelijk opvangen van 300 asielzoekers in hotel Van der Valk aan de Rondweg 2 in Uden (de omgevingsvergunning). Het betreft een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder a en c, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).
1.1.
Verzoekers hebben tegen het bestreden besluit op 20 december 2023 bezwaar gemaakt bij het college. Zij hebben de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
1.2.
De voorzieningenrechter heeft op 20 december 2023 zonder zitting uitspraak gedaan, waarbij hij de omgevingsvergunning van 19 december 2023 heeft geschorst. Ook heeft hij bepaald dat partijen worden opgeroepen om op een nader te bepalen datum en tijdstip ter zitting te verschijnen om te beoordelen of toepassing moet worden gegeven aan artikel 8:87, eerste lid, van de Awb.
1.3.
De voorzieningenrechter heeft de zaak op 22 december 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: verzoeker [verzoeker] , de gemachtigden van verzoekers, de gemachtigden van het college en de gemachtigden van vergunninghoudster.
1.4.
Na afloop van de zitting heeft de voorzieningenrechter mondeling uitspraak gedaan.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. Het bestreden besluit strekt tot het tijdelijk, tot en met 30 september 2026, opvangen van 300 asielzoekers in hotel Van der Valk aan de Rondweg 2 in Uden. Het COA en het Van der Valk Hotel dienden op 30 juni 2023 een formeel verzoek in bij het college. In dat verzoek vragen zij het college om medewerking te verlenen aan het realiseren van de (nood)opvang van asielzoekers in het Van der Valk Hotel Uden-Veghel. Op 29 september 2023 is de formele aanvraag voor het tijdelijk opvangen van 300 asielzoekers tot en met 30 september 2026 ingediend. Op 8 december 2023 heeft de voorzieningenrechter in een civiel rechterlijk vonnis verboden dat de asielzoekers al mogen worden gehuisvest in het hotel, tot twee weken nadat de beslissing over het verlenen van de door het COA aangevraagde omgevingsvergunning bekend is gemaakt en, indien binnen die twee weken bezwaar is gemaakt tegen dit besluit en binnen diezelfde termijn een verzoek om een voorlopige voorziening is ingediend bij de rechtbank (bestuursrechter), totdat de bestuursrechter heeft beslist op het ingediende verzoek om een voorlopige voorziening. Op 18 december 2023 heeft het Gerechtshof van ‘s-Hertogenbosch de opvang verboden tot het moment dat hiervoor een voor bezwaar vatbaar besluit door het college was genomen.
3. Nederland kampt met een opvangcrisis. Een crisis die er vorig jaar was en waar je van kon zien aankomen dat die nog heviger zou worden. Een crisis waar iedereen mee heeft te kampen: de mensen die in Nederland asiel zoeken, het COA, de gemeenten waar het COA onder hoge tijdsdruk en met veel spoed moet aankloppen en vervolgens ook de mensen die in de buurt van een AZC wonen. Die tijdsdruk, hoge nood en spoed zijn zelden goed en leiden tot geschillen. Geschillen zoals deze. Geschillen waarbij de zorgvuldigheid van de besluitvorming, maar ook de omgang tussen de gemeenten en de burgers, onder druk komen te staan. Het is bijzonder jammer dat tot op heden de landelijke politiek er niet in is geslaagd om dit op te lossen. Daardoor ontstaan dit soort geschillen en zitten we hier vandaag.
4. In deze zaak is uiteindelijk een besluit genomen waar bezwaar tegen is gemaakt en een verzoek om voorlopige voorziening is ingediend. Dat verzoek is inhoudelijk behandeld op de zitting van vandaag en daarover oordeelt de voorzieningenrechter als volgt.
5. Het college heeft het besluit snel genomen. In het besluit moet duidelijk worden aangegeven of en hoe het gebruik afwijkt van het bestemmingsplan. Het opvangen van asielzoekers in een AZC is in strijd met de bestemming en het college kan dus alleen vergunning verlenen als het gebruik niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Dit zal het college moeten onderbouwen. Hierbij mag het college wel rekening houden met de hotelbestemming die er gewoon ligt (waar mensen ook logies kunnen hebben). De gevolgen van het gebruik van het parkeerterrein en de voetbalkooi verdienen extra aandacht, omdat die functies dicht bij woonbestemmingen liggen. Het verwijzen naar de richtafstand is niet genoeg: het college moet ook aangeven of en zo ja met welke voorschriften de impact hiervan voor de omgeving tot een aanvaardbaar niveau kan worden beperkt. Denk hierbij aan voorschriften over de tijdstippen van het gebruik, hoorbare muziek en dergelijke. Het college kan dit echter doen in de bezwaarfase.
6. Verzoekers maken zich zorgen over de sociale veiligheid. Zij hebben niets aan het veiligheidsplan, want zij kunnen niet verzoeken om handhaving hiervan. De gemeente had naleving van dit veiligheidsplan als voorschrift moeten opnemen in het bestreden besluit. Het is moeilijk om van tevoren te voorspellen of de sociale veiligheid van omwonenden en van de asielzoekers zelf in het gedrang komt. Daarvoor is in ieder geval veel contact nodig tussen omwonenden en het COA, zodat het COA weet wat er speelt en omwonenden weten wat ze aan het COA hebben. Overleggen waar ook het college aan mee doet, omdat het COA geen zeggenschap heeft in de openbare ruimte. Daarvoor zijn bewonersoverleggen belangrijk. Die overleggen moeten plaatsvinden met een representatieve afspiegeling van de omgeving (ook de wijken achter het ziekenhuis, de muziekbuurt en de appelbuurt) en verzoekers moeten hier onbeperkt aan kunnen deelnemen (ongeacht of ze belanghebbende zijn of niet). Die overleggen had het college verplicht moeten stellen in het bestreden besluit. De voorzieningenrechter kan niet beoordelen of de huidige overleggen voldoende representatief zijn. Met elkaar praten is beter dan tegen elkaar procederen. Al deze randvoorwaarden moeten wel worden opgenomen. Ook dit kan het college herstellen in de bezwaarfase. Er zijn bovendien twee belangrijke risicofactoren: de directe nabijheid van het Food Court en het gedeelde gebruik van de fietstunnel. Beide aspecten moeten meer aandacht krijgen in de bezwaarfase.
7. Gelet op deze gebreken is de voorzieningenrechter van oordeel dat het een te groot risico is om het COA onbeperkt gebruik te laten maken van de volledige vergunning. Ook al is de nood bij het COA super hoog, het belang van de omwonenden en de behoefte aan sociale veiligheid weegt ook zwaar.
8. De voorzieningenrechter keurt een AZC op deze plek niet zonder meer af en ook niet onverkort goed. De voorzieningenrechter acht het aangewezen en aanvaardbaar om de proef op de som te nemen en een gedeeltelijk gebruik van het hotel voorlopig toe te laten. Hierbij kunnen partijen en overige betrokkenen kijken en ervaren hoe het gaat. Het COA en de omwonenden (inclusief verzoekers) zullen dit met elkaar moeten bespreken. Het is aanvaardbaar om de proef op de som te nemen, nu het de voorzieningenrechter bekend is dat bij veel AZC’s vergelijkbare maatregelen wel werken.

Conclusie en gevolgen

9. De voorzieningenrechter treft daarom een voorlopige voorziening waarbij het gebruik van het gebouw voor het huisvesten van asielzoekers wordt toegestaan tot een aantal van 200 personen. De voorzieningenrechter schorst dus de vergunning voor het huisvesten van meer dan 200 asielzoekers. Hieraan verbindt de voorzieningenrechter voorwaarden voor het COA en de gemeente aan dit gebruik ten behoeve van de veiligheid en in kader van een goede ruimtelijke ordening.
 Het COA moet het veiligheidsplan naleven. Dat wil zeggen 24 uur per dag een toezichthouder ter plaatse en 24 uur per dag telefonisch bereikbaar. Ook moet het COA strak toezien op naleving van de COA-huisregels;
 Het COA moet wekelijks representatieve bewonersoverleggen organiseren met bewoners uit alle wijken en buurten waar verzoekers ook aan deel kunnen nemen. Verzoekers kunnen zelf onderling uitmaken wie er bij kan zijn;
 De gemeente moet handhaving/de politie intensief toezicht laten houden op de veiligheid in de tunnel en op het Food Court door cameratoezicht en het patrouilleren;
 De gemeente moet direct handhavend optreden als er meer dan 200 personen worden gehuisvest;
10. Er kunnen de komende tijd twee dingen gebeuren: het gaat goed, of het gaat niet goed. Als het goed gaat, kunnen het college of het COA verzoeken om wijziging van de voorziening en verhoging van het aantal personen, waarbij de overige voorwaarden blijven gelden. Als het niet goed gaat of de voorwaarden in deze voorlopige voorziening worden niet nageleefd, dan kunnen verzoekers vragen om aanscherping van de getroffen voorziening. De voorzieningenrechter heeft partijen geadviseerd om de voorziening een kans te geven en een eventueel wijzigingsverzoek pas na een maand in te dienen.
11. Partijen zijn over elkaar heen gebuiteld in de procedures voorafgaand aan deze zitting. Dat heeft geleid tot veel onvrede en veel verwijten en een verzoek om een dwangsom te verbinden aan de uitspraak. De voorzieningenrechter heeft op de zitting het college en het COA uitdrukkelijk gevraagd of zij de voorziening zullen naleven en niet méér dan 200 personen zullen huisvesten. Het college en het COA hebben volmondig beloofd om dit te doen. De voorzieningenrechter gaat er daarom van uit dat de voorziening wordt nageleefd en ziet geen aanleiding een dwangsom te verbinden aan deze uitspraak strekkende tot naleving daarvan.
12. Omdat de voorzieningenrechter het verzoek toewijst moet het college het griffierecht aan verzoekers vergoeden en krijgen verzoekers ook een vergoeding van hun proceskosten.
Het college moet deze vergoeding betalen. De vergoeding is met toepassing van het Besluit proceskosten bestuursrecht als volgt berekend. Voor de rechtsbijstand door een gemachtigde krijgt verzoekster een vast bedrag per proceshandeling. De gemachtigde heeft het verzoekschrift ingediend en heeft aan de zitting van de voorzieningenrechter deelgenomen. De gemachtigde heeft een beroepschrift ingediend en heeft aan de zitting van de rechtbank deelgenomen. De vergoeding bedraagt dan in totaal € 1.674,-. Voor toekenning van een hogere vergoeding dan de vergoeding op basis van het Besluit proceskosten bestuursrecht ziet de voorzieningenrechter geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek toe en wijzigt de voorlopige voorziening van 20 december jl. als volgt:
De voorzieningenrechter:
 laat het gebruik van het gebouw voor het huisvesten van asielzoekers toe tot een aantal van 200 personen en schorst de vergunning voor het huisvesten van meer asielzoekers;
 verbindt aan deze voorziening de volgende voorwaarden:
o Het COA moet het veiligheidsplan naleven. Dat wil zeggen 24 uur per dag een toezichthouder ter plaatse en 24 uur per dag telefonisch bereikbaar. Ook moet het COA strak toezien op naleving van de COA-huisregels;
o Het COA moet wekelijks representatieve bewonersoverleggen organiseren met bewoners uit alle wijken en buurten waar verzoekers ook aan deel kunnen nemen. Verzoekers kunnen zelf onderling uitmaken wie er bij kan zijn;
o De gemeente moet handhaving/de politie intensief toezicht laten houden op de veiligheid in de tunnel en op het Food Court door cameratoezicht en het patrouilleren;
o De gemeente moet direct handhavend optreden als er meer dan 200 personen worden gehuisvest;
 bepaalt dat deze voorziening vervalt twee weken na de beslissing op bezwaar;
 bepaalt dat het college het door verzoekers betaalde griffierecht van € 184,- aan verzoekers vergoedt;
 veroordeelt het college tot betaling van € 1.674,- aan kosten van door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand aan verzoekers;
 wijst het verzoek voor het overige af.
Deze uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 22 december 2023 door mr. M.J.H.M. Verhoeven, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. M.J.A.B. Elsman, griffier.
griffier
voorzieningenrechter
Een afschrift van dit proces-verbaal is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.