Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 2 oktober 2023 in de zaken tussen
[eiseres] B.V., uit [vestigingsplaats] , eiseres 1,
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Valkenswaard
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
- Eiseres 2 exploiteert aan [adres] in [plaats] een vakantiepark, genaamd [naam] (het vakantiepark). Aan de gronden waarop de chalets en stacaravans staan is op grond van het bestemmingsplan “Ommel [naam] ” (bestemmingsplan) de bestemming “Recreatie” toegekend.
- Op 22 december 2017, 23 maart 2018 en 30 maart 2019 zijn controles op het vakantiepark uitgevoerd waarbij geconstateerd is dat een groot aantal recreatieverblijven in gebruik zijn voor de huisvesting van arbeidsmigranten.
- Op 15 april 2019 is een waarschuwing handhavend optreden gestuurd naar [eiseres] B.V. ter attentie van de directie [naam] , eigenaar van het vakantiepark.
- Op 26 augustus 2019 is een voornemen tot oplegging van een last onder dwangsom toegezonden, omdat er is geconstateerd dat kampeermiddelen gebruikt worden voor de huisvesting van arbeidsmigranten en dat in strijd is met het bestemmingsplan. Eiseres 2 heeft op 9 september 2019 zienswijzen ingediend.
- Op 9 december 2019 is een last onder dwangsom gestuurd naar eiseres 2 waarin is gelast het gebruik van gronden en bouwwerken die een recreatieve bestemming hebben ten behoeve van de huisvesting van arbeidsmigranten, te staken en gestaakt te houden. Eiseres 2 heeft hiertegen bezwaar gemaakt
De praktijk is echter dat vakantieparken nu (deels) een opvangfunctie vervullen voor arbeidsmigranten, waarbij er in elk geval een vorm van beheer aanwezig is. Op dit moment zijn er nog geen alternatieven voor de geclusterde huisvestingsvoorzieningen van arbeidsmigranten. Als uitgangspunt geldt dat vakantieparken er primair zijn voor de toerist. Gelet op de huidige situatie en alternatieven voor de korte termijn, wordt ingezet op het meewerken aan een overgangssituatie. Dat kan door toe te staan dat per vakantiepark tijdelijk (maximaal tot 10 jaar na vaststelling van beleid) en op basis van een vergunning maximaal 10% van het totaal aantal vaste standplaatsen voor o.a. chalets, mobilhomes, stacaravans (geen uitputtende opsomming en niet zijnde plekken voor caravans) wordt benut voor de huisvesting van arbeidsmigranten. Door het aandeel daarbinnen te beperken en er een maximale duur aan te koppelen, wordt geborgd dat vakantieparken een stip op de horizon hebben om toe te werken naar een kwalitatief aantrekkelijk vakantiepark dat over 10 jaar volledig draait op het ontvangen van toeristen.”
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep van eiseres 1 gegrond;
- verklaart het beroep van eiseres 2 ongegrond;
- vernietigt het besluit van 7 december 2022 voor zover dit is gericht aan eiseres 1;
- laat het besluit van 7 december 2022 voor zover dit is gericht aan eiseres 2 in stand;
- draagt het college op het door eiseres 1 betaalde griffierecht van € 365,00 te vergoeden; veroordeelt het college tot betaling van € 1.674,00 aan proceskosten aan eiseres 1.
mr.H.J. van der Meiden, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 2 oktober 2022.