Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 13 juli 2023 in de zaak tussen
[eiseres] , uit [plaats] , eiseres
de commissaris van de Koning in de provincie Noord-Brabant, de commissaris
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
verstrekken van informatie achterwege [ blijft ] voor zover het belang daarvan niet opweegt tegen onevenredige benadeling van bij de aangelegenheid betrokken natuurlijke personen of rechtspersonen, dan wel derden. Voor het goed kunnen vervullen van mijn taak als Rijksorgaan, neem ik vertrouwelijkheid in acht. Het is van belang dat personen en functionarissen zo vrijelijk mogelijk kunnen verklaren en mij gevraagd en ongevraagd van informatie kunnen voorzien en niet uit vrees voor openbaarmaking informatie achterhouden. Mijn functioneren als commissaris zou als gevolg van openbaarmaking van die informatie ernstig worden belemmerd”.
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit van 5 december 2022;
- draagt de commissaris op binnen zes weken na de dag van verzending van deze uitspraak een nieuw besluit te nemen op het bezwaar met inachtneming van deze uitspraak;
- bepaalt dat de commissaris het griffierecht van € 184,- aan eiseres moet vergoeden.