De rechtbank is op grond van de inhoud van het procesdossier, alsmede op grond van wat de stiefvader, de moeder en [naam adoptant] op de zitting hebben verklaard, van oordeel dat daarvan sprake is.
[naam adoptant] kampte na haar komst in Nederland met diverse problemen, zoals hiervoor omschreven onder 4.13. [naam adoptant] heeft, als gevolg van alle traumatische gebeurtenissen en de personen die uit haar leven zijn verdwenen, verlatingsangst ontwikkeld. Daarbij speelde ook dat [naam adoptant] , hoewel zij de stiefvader als haar echte vader beschouwt en zich altijd veilig en geborgen heeft gevoeld bij hem, altijd het gevoel heeft gehad nergens echt bij de horen: niet bij haar biologische familie, maar ook niet (volwaardig) bij het gezin van de moeder en stiefvader (en haar halfbroertje) waarvan zij feitelijk deel uitmaakt.
Recent heeft [naam adoptant] wederom een traject bij een psycholoog afgerond in verband met haar klachten (paniekaanvallen, automutilatie). Dit was de eerste psycholoog die [naam adoptant] echt heeft geholpen en de eerste hulpverlener die met haar de mogelijkheid van adoptie heeft besproken. [naam adoptant] verwacht dat de paniekaanvallen die zij sinds haar dertiende jaar heeft, zullen verminderen als zij de zekerheid ervaart dat de stiefvader haar niet zal verlaten en haar vaderfiguur zal blijven, ook volgens de wet. [naam adoptant] heeft hierover tijdens de mondelinge behandeling verklaard dat alleen al het bezig zijn met het adoptieverzoek en het vooruitzicht om volledig tot het gezin te behoren waarin zij is opgegroeid, ook in juridische zin, een verbetering in haar mentale gesteldheid teweeg heeft gebracht. Zij heeft minder paniekaanvallen gehad sinds de indiening van het verzoek.
De psycholoog van [naam adoptant] , [naam] , GGz-psycholoog, heeft ook de verwachting dat de adoptie door de stiefvader voor [naam adoptant] positieve gevolgen voor [naam adoptant] zal hebben. Volgens deze psycholoog bevindt [naam adoptant] zich in een proces van identiteitsvorming, het weten wie zij is, wat zij wil, enzovoorts. Hierbij lijkt het voor haar verdere ontwikkeling van belang dat zij officieel erkenning krijgt van diegenen bij wie zij in de basis haar hele leven opgroeide, namelijk haar moeder en stiefvader. Daarom heeft de behandelaar de verwachting dat de adoptie door de stiefvader een positieve bijdrage zal leveren aan haar welzijn en mentale gezondheid op dit moment en haar verdere groei in de toekomst. Met de adoptie kan [naam adoptant] een hoofdstuk van haar leven afsluiten en voelen dat zij, ook juridisch, tot het gezin van moeder en stiefvader behoort. [naam adoptant] is jongmeerderjarig en met de adoptie kan zij een volledige groei naar volwassenheid maken, aldus de psycholoog.