Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 24 april 2023 in de zaak tussen
het college van gedeputeerde staten van de provincie Noord Brabant, het college
VOF [naam], te [vestigingsplaats] , vergunninghoudster
Inleiding
De rechtbank oordeelt in deze uitspraak dat er onvoldoende zekerheid bestaat over de werkelijke ammoniakemissie van dit stalsysteem. Daarom mag de emissiefactor uit de bijlage bij de Regeling ammoniak en veehouderij (Rav) voor dit staltype niet meer worden gebruikt.
In bijlage 2 van de Interim omgevingsverordening Noord-Brabant (IOV) staat voor jongvee dat wordt gehouden in ligboxen op een emissiearme stalvloer een emissiefactor die lager is dan de standaard emissiefactor voor jongvee in de bijlage bij de Rav. Provinciale Staten van de provincie Noord-Brabant hebben deze afwijkende factor vastgesteld met toepassing van artikel 2.4 van de Wet natuurbescherming (Wnb). De rechtbank oordeelt in deze uitspraak dat deze afwijkende emissiefactor in dit geval evenmin mag worden gebruikt.
Beoordeling door de rechtbank
De feiten
- het voorschrijven van een bepaalde voersamenstelling;
- het voorschrijven van een bepaalde oppervlakte per dierplaats in afwijking van de stalbeschrijving;
- het voorschrijven van verdergaande stalmanagement-maatregelen dan beschreven in de stalbeschrijving, zoals bijvoorbeeld een hogere mestschuiffrequentie.
Conclusie en gevolgen
De bijstand door een gemachtigde levert 2,5 punten op (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 1 punt voor het verschijnen op de zitting, 0,5 punt voor de reactie op het StAB-advies met een waarde per punt van € 759,00, bij een wegingsfactor 1). Hiervoor wordt € 1.897,50 toegekend.
De kosten van de door eisers ingeschakelde deskundige die verslag aan hen heeft uitgebracht bedragen € 2.329,25. [5] De proceskostenvergoeding bedraagt dus in totaal € 4.226,75.