Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- de dagvaarding van 3 maart 2023 met 4 producties;
- de conclusie van antwoord van de man op 5 april 2023 te 8.40 uur ontvangen, tevens houdende eis in reconventie met 15 producties;
- de producties 5 tot en met 8 van de vrouw op 5 april 2023 te 13.40 uur ontvangen:
- de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling op 6 april 2023 te 9.30 uur;
- de pleitaantekeningen van de vrouw.
2.De feiten
in conventieuitvoerbaar bij voorraad dat de voorzieningenrechter bepaalt dat de vrouw bij uitsluiting gerechtigd is tot het gebruik van de voormalige echtelijke huurwoning aan het adres [adres] te [plaats] , met bevel
in reconventieuitvoerbaar bij voorraad, samengevat weergegeven:
- de vrouw heeft bij wijze van voorlopige voorziening bij beschikking van 25 februari 2022 het recht op het voorlopig uitsluitend gebruik van de echtelijke huurwoning gekregen;
- bij eindbeschikking van 3 november 2022 is het huurrecht aan de man toegekend. Deze beslissing is niet uitvoerbaar bij voorraad verklaard;
- de vrouw heeft hoger beroep ingesteld tegen de beschikking van 3 november 2022 waarin aan de man het huurrecht is toegekend.