ECLI:NL:RBOBR:2023:1348

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
22 maart 2023
Publicatiedatum
23 maart 2023
Zaaknummer
C:/389078 / FA RK 23-72
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Doorverwijzing van een verzoek van een minderjarige naar een andere rechtbank wegens belangenconflict

In deze zaak heeft een minderjarige, verder aangeduid als [minderjarige], een brief geschreven aan de rechter, welke op 5 januari 2023 bij de rechtbank is binnengekomen. De rechter heeft op 28 februari 2023 een gesprek gehad met [minderjarige] over deze brief, waarbij [minderjarige] ook een andere brief heeft overhandigd. Vervolgens zijn de ouders van [minderjarige] uitgenodigd voor een gesprek op 13 april 2023.

Tijdens de procedure is op 16 maart 2023 aan het licht gekomen dat een medewerker van de rechtbank een persoonlijke relatie heeft met een van de ouders van [minderjarige]. Dit creëert een belangenconflict, waardoor de rechtbank niet bevoegd is om een beslissing te nemen over het verzoek van [minderjarige].

De rechtbank heeft daarom besloten om het verzoek door te verwijzen naar de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda, die de zaak verder zal behandelen. De beschikking is gegeven door mr. J.W. Brunt, rechter en kinderrechter, en is op 22 maart 2023 in het openbaar uitgesproken. Tegen deze beschikking kan binnen drie maanden hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof ’s-Hertogenbosch.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK OOST-BRABANT
Familie- en Jeugdrecht
Zaaknummer : C/01/389078 / FA RK 23-72
Uitspraak : 22 maart 2023
Doorverwijzing van het verzoek van

[naam minderjarige]geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats] ,

wonende in [woonplaats] ,
verder te noemen: [minderjarige] .
De rechtbank merkt als belanghebbenden aan:

[naam moeder] ,

wonende in [woonplaats] ,
verder te noemen: de moeder,
en

[naam vader] ,

wonende in [woonplaats] ,
verder te noemen: de vader.
Wat gaat er gebeuren?
[minderjarige] heeft een brief geschreven aan de rechter. Die brief is bij de rechtbank op 5 januari 2023 binnengekomen.
De rechter heeft op 28 februari 2023 met [minderjarige] over haar brief gepraat. [minderjarige] heeft tijdens dat gesprek ook een andere brief aan de rechter gegeven.
De rechter heeft daarna de ouders van [minderjarige] uitgenodigd voor een gesprek op 13 april 2023.
Op 16 maart 2023 is de rechter er achter gekomen dat er iemand bij deze rechtbank werkt die één van de ouders van [minderjarige] (goed) kent. Dat betekent dat deze rechtbank dan geen beslissing mag nemen over het verzoek van [minderjarige] . Dat moet een andere rechtbank doen.
De rechtbank verwijst het verzoek van [minderjarige] daarom naar de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda. Zij zullen het verzoek van [minderjarige] verder oppakken.
Beslissing
De rechtbank:
verwijst de zaak in de stand waarin deze zich bevindt naar de rechtbank Zeeland-West-Brabant, locatie Breda.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.W. Brunt, rechter, tevens kinderrechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier op 22 maart 2023.
Conc: SvH
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof ’s-Hertogenbosch:
a. namens de minderjarige door zijn wettelijk vertegenwoordiger of de bijzondere curator, door tussenkomst van een advocaat: binnen 3 maanden na de dag van de uitspraak;
b. door de minderjarige zelf als zijn verzoek ziet op de benoeming van een bijzondere curator: binnen 3 maanden na de dag van de uitspraak;
c. door de anderen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden door tussenkomt van een advocaat: binnen 3 maanden na de dag van de uitspraak;
d. door andere belanghebbenden door tussenkomst van een advocaat: binnen 3 maanden na de betekening van de beschikking of nadat de beschikking hun op een andere manier bekend is geworden.