Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- de vrouw, bijgestaan door haar advocaat, en
- de man, bijgestaan door zijn advocaat.
2.Waar gaat het over?
- [kind 1](hierna: [kind 1] ), geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats] ;
- [kind 2](hierna: [kind 2] ), geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats] ;
- [kind 3](hierna: [kind 3] ), geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats] , en
- [kind 4](hierna: [kind 4] ), geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats] ,
- [kind 5] ;
- [kind 6] , en
- [kind 7] ,
- [kind 9] (hierna: [kind 9] ), en
- [kind 10] (hierna: [kind 10] ).
3.De beoordeling
rechtens relevante wijziging van omstandigheden?
- [kind 1] , [kind 2] , [kind 3] en [kind 4] : € 537,90 per kind per maand;
- [kind 5] , [kind 7] en [kind 6] : € 343,89 per kind per maand;
- [kind 8] : € 410,36 per maand, en
- [kind 9] : € 283,02 per maand.
in het geding heeft gebracht. Dat lag wel op zijn weg. Des te meer nu de vrouw stelt dat zijn onderneming er dusdanig goed voorstaat dat hij zichzelf feitelijk een substantieel hoger salaris kan toekennen. Hoewel uit de door de vrouw ingebrachte – van de KvK afkomstige – jaarstukken (productie 10) blijkt dat het eigen vermogen van de onderneming van de man in de afgelopen jaren is toegenomen, kan op basis daarvan niet zonder meer de conclusie worden getrokken dat de man zichzelf een te laag inkomen heeft toegekend.
€ 127,69+
€ 95,20 +
€ 91,88 +
€ 157,33 +