AVI exploiteert sinds de jaren ’70 van de vorige eeuw op het industrieterrein
De Rietvelden, perceel [adres] een schrootverwerkingsbedrijf. Op het perceel rust in het bestemmingsplan “Bedrijventerrein De Rietvelden, De Vutter, Het Ertveld” de bestemming ‘Bedrijventerrein’ met functieaanduiding ‘bedrijf tot en met categorie 5.1’.
Het college heeft in 1992 aan AVI een vergunning verleend op basis van de (oude) Afvalstoffenwet. In deze vergunning was een opslagcapaciteit van 5.000 ton schroot vergund. De vergunning had een beperkte looptijd.
AVI heeft binnen deze looptijd een milieuvergunning aangevraagd. Aanvankelijk (in 1996) vroeg AVI een vergunning aan voor een verwerkingscapaciteit van 60.000 ton en een opslagcapaciteit voor schroot (bewerkt/onbewerkt) van 10.000 ton. In de uiteindelijke aanvraag van 27 maart 2001 vroeg AVI een revisievergunning aan voor een verwerkingscapaciteit van 193.000 ton en een opslagcapaciteit voor schroot (bewerkt/onbewerkt) van 1.250 ton.
Het college heeft op 31 juli 2001 aan AVI deze revisievergunning op grond van de Wet milieubeheer (Wm) verleend voor het oprichten en in werking hebben van een bestaande inrichting voor de handel in, op- en overslag van, en het be- en verwerken van ferro- en non-ferrometalen alsmede het shredderen van autowrakken, witgoed en welvaartsschroot, met een totale bewerkingscapaciteit van 193.000 ton per jaar. De vergunning is verleend voor een periode van tien jaar. In de vergunning is bepaald dat de bijbehorende gewaarmerkte aanvraag deel uitmaakt van de vergunning
.Er zijn ook diverse voorschriften en beperkingen aan de vergunning verbonden, waaronder voorschriften over de registratie van afvalstoffen (voorschrift 5.1.1), over opslag en verlading (hoofdstuk 11) en over schroot (hoofdstuk 12). In de voorschriften is geen maximale opslagcapaciteit bepaald. Wel is in voorschrift 11.7.1 bepaald dat de opslag van autowrakken, schroot, metalen en geshredderd schroot niet hoger mag zijn dan maximaal 15 meter boven het niveau van de terreinverharding.
In de vergunning worden bedenkingen van Stichting Rivu over de forse toename van bewerkingscapaciteit behandeld. Het college heeft hierop het volgende geantwoord: “we zijn met reclamant van mening dat er een forse toename is van verwerkingscapaciteit. Deze toename wordt mogelijk gemaakt door het plaatsen van een nieuwe shredderinstallatie. Hierdoor wordt het mogelijk om binnen dezelfde bedrijfsuren met dezelfde geluidsbelasting een grotere hoeveelheid materiaal te verwerken.”.
Na 2001 zijn er diverse wijzigingen van de revisievergunning van 2001 geweest. In besluiten van 22 november 2002 en 16 juli 2004 heeft het college uit eigen beweging (ambtshalve) de milieuvergunning van AVI gewijzigd. Bij besluit van 12 oktober 2006 heeft het college beslist op een melding van AVI (stofhal). Op 1 december 2006 heeft het college een vergunning verleend op grond van de Wet Verontreiniging Oppervlaktewater voor de lozing van bedrijfsafvalwater. De revisievergunning uit 2001 wordt aangemerkt als een omgevingsvergunning na de invoering van de Wabo en geldt sindsdien voor onbepaalde tijd. Tevens zijn veranderingsvergunningen verleend op 30 september 2011 (aanpassing lozingsnormen), 2 november 2012 (opslagbak met sprinkler) en op 29 oktober 2013 (wijziging voorschriften). Op 8 september 2015 is een omgevingsvergunning verleend voor het milieuneutraal veranderen van de inrichting en op 29 maart 2018 zijn de energievoorschriften in de vergunning geactualiseerd. Op 17 januari 2019 is de omgevingsvergunning geactualiseerd aan het geldende landelijke afvalbeheerplan. In geen van deze besluiten zijn de bewerkingscapaciteit of de opslagcapaciteit aangepast.
Op 27 september 2021 heeft de Omgevingsdienst Brabant Noord (Omgevingsdienst) in opdracht van het college een controle bij AVI uitgevoerd en geconstateerd dat AVI meer dan 1.250 ton bewerkt/onbewerkt schroot heeft opgeslagen.
Het college heeft vervolgens in het besluit van 26 november 2021 aan AVI een last onder dwangsom opgelegd, inhoudende dat zij binnen een maand na het in werking treden van dit besluit de overtreding van artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wabo moet beëindigen en beëindigd moet houden. Daartoe dient AVI de opslag van bewerkt en onbewerkt schroot binnen haar inrichting aan de [adres] tot een maximum van 1.250 ton te beperken en beperkt te houden. Indien niet tijdig aan de last is voldaan, is AVI een dwangsom verschuldigd van € 105.000,00 per constatering per week dat artikel 2.1, eerste lid, onder e, van de Wabo niet wordt nageleefd, met een maximum van € 1.050.000,00. Het college heeft op 13 mei 2022 op het hiertegen door AVI gemaakte bezwaar beslist en het bezwaar ongegrond verklaard. Dit besluit is beoordeeld in de uitspraak van 21 november 2022 (SHE 22/1365).
Op 3 januari 2022 heeft een toezichthouder van de Omgevingsdienst een controle uitgevoerd op het terrein aan de [adres] , waarvan de bevindingen zijn neergelegd in het “rapport van bevindingen dwangsomcontroles 3 januari 2022” (het controlerapport). Volgens het college had AVI op dat moment in totaal 1.315,5 ton aan bewerkt en onbewerkt schroot opgeslagen.
Bij brief van 19 april 2022 heeft het college aan AVI medegedeeld dat zij van rechtswege een dwangsom van € 105.000,00 heeft verbeurd, waarover AVI haar zienswijze kenbaar heeft gemaakt. Op 20 juni 2022 heeft het college besloten over te gaan tot invordering van een dwangsom van € 105.000,00 bij AVI, wegens overtreding van de last van 26 november 2021. Omdat AVI deze invordering heeft betwist, heeft de rechtbank ook dit besluit beoordeeld in de uitspraak van 21 november 2022
(SHE 22/2284).
Op 29 september 2021 heeft de Omgevingsdienst ook de massabalans over het jaar 2020, de weegbruggegevens en de door AVI gemelde gegevens bij het Landelijk Meldpunt Afvalstoffen over 2020 gecontroleerd, aan de hand van de administratie van AVI. Daarbij zijn tekortkomingen in de afvalstoffenadministratie geconstateerd. AVI zou een vergunningvoorschrift en artikelen van de Wm en het Besluit melden afvalstoffen en gevaarlijke afvalstoffen niet hebben nageleefd. Op 20 december 2021 heeft het college aan AVI vier lasten onder dwangsom opgelegd om herhaling van deze overtredingen in 2022 te voorkomen. Deze lasten zijn in stand gelaten in het besluit op bezwaar van 1 juli 2021. Daartegen heeft AVI beroep ingesteld bij deze rechtbank
(SHE 22/1809). Dit beroep is gericht tegen de last met betrekking tot niet naleving van het vergunningvoorschrift. Hierop wordt heden afzonderlijk uitspraak gedaan. AVI heeft met betrekking tot de overige lasten beroep ingesteld bij de Afdeling bestuursrecht van de Raad van State (Afdeling). De Afdeling heeft nog geen uitspraak gedaan.
Het college heeft ook nog een andere last onder dwangsom opgelegd aan AVI in verband met de opslag van shredderafval en vervolgens een besluit tot invordering van een verbeurde dwangsom genomen. Het daartegen ingestelde beroep (SHE 21/3249) is op 28 juni 2022 op een zitting van de meervoudige kamer behandeld. Hierin is nog geen uitspraak gedaan.
Naar aanleiding van de grote brand op 9 maart 2021 is in opdracht van AVI door Antea Group een brandveiligheidsrapport opgesteld, waarin maatregelen zijn opgenomen ter voorkoming van brand en beperking van de gevolgen ervan. Het college heeft dit rapport voor advies voorgelegd aan de brandweer. De brandweer heeft in een advies van 22 juli 2021 aangegeven dat het rapport realistische scenario’s bevat en het college geadviseerd om de aanbevolen maatregelen en voorzieningen uit het rapport te laten realiseren door AVI. Daarna is er overleg gevoerd tussen vertegenwoordigers en adviseurs van AVI en vertegenwoordigers van het college en de Omgevingsdienst over de wijze waarop deze maatregelen en voorzieningen in de vergunning van AVI kunnen worden verankerd.
Op 4 augustus 2021 en op 29 september 2021 heeft AVI aanvragen om een omgevingsvergunning voor een milieuneutrale verandering van de inrichting ingediend. Het college heeft deze aanvragen met de besluiten van 28 september 2021 respectievelijk 7 december 2021, op grond van artikel 2.6, tweede lid, van de Wabo, buiten behandeling gelaten. Het college heeft de aanvragen buiten behandeling gelaten omdat er meer activiteiten werden aangevraagd dan alleen de afgesproken brandpreventieve maatregelen en voorzieningen uit het brandveiligheidsrapport. Bovendien heeft het college bepaald dat een nieuwe allesomvattende revisievergunning moet worden aangevraagd. De daartegen door AVI gemaakte bezwaren zijn door het college in besluiten van 20 mei 2022 ongegrond verklaard. Deze besluiten zijn inmiddels onherroepelijk.
Op 7 februari 2022 heeft AVI een (derde) aanvraag om een omgevingsvergunning voor bouwen en een milieuneutrale verandering van de inrichting ingediend. De aanvraag voorziet in:
- het plaatsen van keerwanden voor de opslag van schroot (plaatsen van legioblokken);
- het verduidelijken van de partijen schroot tussen de keerwanden en de clusters op het middenterrein (werkvoorraad);
- het creëren van een bufferruimte/uitrijdlocatie op het terrein;
- het herzien van de afspraken met toeleveranciers en de procedures voor ontvangst en controle in het gewijzigde Acceptatie- en Verwerkingsbeleid (A&V beleid).
In het besluit van 9 maart 2022 heeft het college, op grond van artikel 2.6, tweede lid, van de Wabo, ook de derde aanvraag buiten behandeling gelaten, omdat AVI volgens het college meer heeft aangevraagd (compartimentering en voorzieningen voor een veel grotere opslagcapaciteit) dan enkel de brandpreventieve en repressieve maatregelen uit het brandveiligheidsrapport van Antea Group. AVI heeft hiertegen ook bezwaar gemaakt. Met het bestreden besluit van 18 augustus 2022 is dit bezwaar ongegrond verklaard en is het besluit van 9 maart 2022 in stand gelaten. Dit is het beroep met zaaknummer SHE 22/2306.
Op 25 mei 2022 heeft het college in verband met de brandveiligheid binnen de richting de geldende omgevingsvergunning voor milieu van AVI uit 2001 ambtshalve gewijzigd. De ambtshalve wijziging verplicht AVI - onder meer - om haar acceptatiebeleid te actualiseren en om keerwanden te bouwen voor de opslag van welvaartsschroot en shredder input materiaal, binnen drie maanden na inwerkingtreding van die wijziging. Deze wijziging voorziet in de mogelijkheid voor AVI om de compartimentering te wijzigen na goedkeuring door het college. Dit besluit is inmiddels onherroepelijk.
AVI heeft op 21 juli 2022 het college verzocht om de compartimentering te wijzigen en uit te breiden. Het college heeft hier nog niet op beslist.
Op 30 augustus 2022 heeft AVI een omgevingsvergunning voor het bouwen van de keerwanden aangevraagd. Hierop is nog niet beslist. AVI heeft op 13 oktober 2022 nog wel aanvullende gegevens ingediend.
AVI heeft een concept aanvraag voor een revisievergunning voorgelegd. Hierbij wordt een opslagcapaciteit van 12.500 ton aangevraagd. Vooruitlopend op die aanvraag is op 7 juli 2022 een m.e.r.-aanmeldnotitie ingediend bij het college. Het college heeft hier nog geen beslissing op genomen.