In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 14 december 2021 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij meerdere diefstallen van oliehoudende producten uit een ondergrondse pijpleiding. De verdachte is beschuldigd van twee gekwalificeerde diefstallen en drie pogingen daartoe, evenals van opzettelijke bodemverontreiniging. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte samen met anderen illegale aansluitingen, ook wel 'hot-taps' genoemd, aan de pijpleiding heeft aangebracht, waardoor oliehoudende producten zijn gestolen en de bodem is verontreinigd. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden, met aftrek van voorarrest, en heeft hem verplicht tot het betalen van schadevergoeding aan het slachtoffer, die in totaal € 851.788,07 bedraagt. De rechtbank heeft de ernst van de feiten benadrukt, vooral gezien de mogelijke schade aan mens, dier en milieu door de illegale activiteiten van de verdachte. De rechtbank heeft ook de rol van de verdachte als medepleger van de feiten vastgesteld, waarbij hij opzettelijk middelen heeft verschaft voor de diefstallen en de bodemverontreiniging.