Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.Inleiding en korte samenvatting
2.De procedure
3.De feiten
5. Verplichtingen van cliënt
9.Facturering en betaling
- een factuur met nummer NL2020R0002597 van 17 februari 2020 van € 42.315,30;
- een factuur met nummer NL2020R0002921 van 2 maart 2020 van € 17.567,35;
- een factuur met nummer NL2020R0003925 van 16 maart 2020 van € 42.078,96;
- een factuur met nummer NL2020R0005103 van 1 april 2020 van € 15,73;
- een factuur met nummer NL2020R0006136 van 1 mei 2020 van € 129,47;
- een factuur met nummer NL2020R0007414 van 2 juni 2020 van € 102,85;
- een factuur met nummer NL2020R0007780 van 15 juni 2020 van € 733,24;
- een factuur met nummer NL2020R0008107 van 1 juli 2020 van € 519,40;
- een factuur met nummer NL2020R0009013 van 15 juli 2020 van € 172,57;
- een factuur met nummer NL2020R0010583 van 1 september 2020 van € 466,65.
4.De vordering en het verweer
5.De beoordeling
Wat hebben partijen afgesproken?
toegevoegdaan de Voorwaarden die onderdeel uitmaken van het contract tussen Tradetracker en Prijsvrij. De stelling van Prijsvrij dat met het ondertekenen van het Addendum alleen de bepaling over de privacybescherming onderdeel is gaan uitmaken van de overeenkomst wordt niet gevolgd. Naar het oordeel van de rechtbank getuigt het ondertekenen van het Addendum ervan dat beide partijen uitgingen van de toepasselijkheid van de Voorwaarden. Als dat anders zou zijn geweest, dan had het voor de hand gelegen dat Prijsvrij tegen de inhoud van het Addendum had geprotesteerd, zeker omdat [naam] als bestuurder van Hamos al op de hoogte was van de inhoud daarvan. Dat heeft zij echter niet gedaan. Ten slotte is van belang dat partijen kennelijk met elkaar hebben afgerekend conform de hiervoor onder 3.5. aangehaalde bepalingen, zoals hierna zal blijken.