ECLI:NL:RBOBR:2021:528

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
18 februari 2021
Publicatiedatum
9 februari 2021
Zaaknummer
8676630
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkeerde rechtspersoon gedagvaard, rectificatie niet toegestaan, afwijzing vordering

In deze civiele zaak, behandeld door de Rechtbank Oost-Brabant, heeft eiser, vertegenwoordigd door mr. E.M.J. Geven, een vordering ingesteld tegen Holland2Stay B.V. De zaak betreft een huurovereenkomst waarbij eiser stelt dat hij teveel huur heeft betaald op basis van een onjuist energielabel. Holland2Stay B.V. heeft echter aangevoerd dat zij niet de verhuurder is, maar dat de huurovereenkomst is aangegaan met een stichting, en dat eiser de verkeerde partij heeft gedagvaard. De rechtbank heeft vastgesteld dat de stichting de juridische verhuurder is en dat Holland2Stay B.V. slechts als beheerder optreedt. Eiser heeft verzocht om rectificatie van de gedagvaarde partij, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat dit niet mogelijk is omdat het hier niet gaat om een eenvoudige vergissing, maar om het vervangen van de ene rechtspersoon door een andere. De vorderingen van eiser zijn afgewezen, en hij is veroordeeld in de proceskosten. De rechtbank heeft geoordeeld dat de verwarring over de verhuurder te wijten is aan de stichting en Holland2Stay B.V., maar dat eiser, bijgestaan door een juridisch geschoolde gemachtigde, had moeten begrijpen dat hij de verkeerde partij had gedagvaard. De beslissing is op 18 februari 2021 openbaar uitgesproken.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Civiel Recht
Zittingsplaats Eindhoven
Zaaknummer: 8676630 / CV EXPL 20-4807
Vonnis van 18 februari 2021
in de zaak van:
[eiser] ,
wonende te [plaats] ,
eiser,
gemachtigde: mr. E.M.J. Geven, advocaat te Eindhoven,
tegen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Holland2Stay B.V.,
gevestigd te Eindhoven
gedaagde,
gemachtigde: mr. T. Delmée, advocaat te Tilburg.
Partijen worden hierna genoemd “ [eiser] ” en “Holland2Stay BV”.

1.Het verloop van het geding

Dit blijkt uit het volgende:
 de dagvaarding met producties 1 tot en met 14, ingekomen ter griffie op 29 juli 2020;
 de conclusie van antwoord met productie 1, ingekomen ter griffie op 22 september 2020;
 de rolbeslissing van 15 oktober 2020 waarbij [eiser] in de gelegenheid is gesteld bij antwoordakte te reageren op het door Holland2Stay BV opgeworpen niet-ontvankelijkheidsverweer;
 de akte van de zijde van [eiser] , ingekomen ter griffie op 28 oktober 2020;
 de antwoordakte van de zijde van Holland2Stay BV, ingekomen ter griffie op 4 december 2020.

2.De feiten

2.1.
[eiser] huurt vanaf 8 februari 2017 de zelfstandige woonruimte gelegen aan het [adres] [plaats] (hierna: het gehuurde) tegen een kale huurprijs van € 554,00, te vermeerderen met een voorschot voor de kosten van bijkomende leveringen en diensten van € 191,00 per maand.

3.Het geschil

3.1.
[eiser] vordert veroordeling van Holland2Stay BV bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
I. tot betaling binnen veertien dagen na dagtekening van het te wijzen vonnis van het bedrag van € 2.505,35, althans een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen bedrag;
II. tot betaling van de wettelijke rente over het onder sub I gevorderde bedrag, primair vanaf de vervaldata van de verschillende huurtermijnen, subsidiair vanaf 25 februari 2020, meer subsidiair vanaf 18 maart 2020 en uiterst subsidiair vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele voldoening;
III. tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten van € 375,54, althans een in goede justitie te bepalen bedrag, te vermeerderen met de wettelijke rente met ingang van de vijftiende dag na betekening van het vonnis tot algehele voldoening;
IV. met veroordeling in de kosten van het geding, waaronder de nakosten met bepaling dat Holland2Stay BV de wettelijke rente over deze kosten verschuldigd is vanaf de vijftiende dag na dagtekening van het vonnis tot aan de dag der algehele voldoening.
3.2.
[eiser] legt aan zijn vorderingen, samengevat, het volgende ten grondslag.
Het gehuurde betreft een niet geliberaliseerde huurwoning zodat de huurprijs wordt bepaald aan de hand van het woningwaarderingsstelsel. Holland2Stay BV heeft vanaf de aanvang van de huurovereenkomst de huurprijs op basis van een te hoog energielabel vastgesteld: zij heeft de huurprijs gebaseerd op energielabel B terwijl [eiser] in januari 2020, na raadpleging van de website van de Huurcommissie, is gebleken dat het gehuurde energielabel C heeft. Als gevolg hiervan heeft [eiser] vanaf 8 februari 2017 tot 1 maart 2020 een bedrag van
€ 2.505,35 teveel aan huur betaald. Holland2Stay BV heeft erkend dat de huurprijs onjuist is vastgesteld en heeft vanaf maart 2020 de huurprijs die geldt bij energielabel C in rekening gebracht. Holland2Stay BV heeft echter geen gehoor gegeven aan het verzoek van [eiser] om de tot maart 2020 teveel betaalde huur terug te betalen. [eiser] heeft bij de totstandkoming van de huurovereenkomst gedwaald. Holland2Stay BV heeft hem onjuiste informatie over het toepasselijke energielabel verstrekt en [eiser] had niet de mogelijkheid om de juistheid van de informatie te kunnen controleren. Als [eiser] bekend was geweest met het geldende energielabel C was hij niet akkoord gegaan met een kale huurprijs van € 554,00 per maand.
3.3.
Holland2Stay BV heeft vóór alle weren geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid van [eiser] dan wel afwijzing van de vorderingen. Zij heeft dat, samengevat, als volgt toegelicht.
Holland2Stay BV is niet de verhuurder van het gehuurde. [eiser] is de huurovereenkomst (evenals de allonge op de huurovereenkomst en de warmteovereenkomst) aangegaan met de stichting [A] (hierna te noemen: "de Stichting"). De Stichting is eigenaar/verhuurder van de onroerende zaak en Holland2Stay BV is slechts (mede)bestuurder van de Stichting en beheerder van het gehuurde; [eiser] heeft dus de verkeerde partij in de procedure betrokken. Deze fout dient voor rekening en risico van [eiser] te komen. Door het instellen van deze procedure maakt [eiser] misbruik van (proces)recht. Aangezien uit de huurovereenkomst duidelijk blijkt dat de Stichting de verhuurder is en niet Holland2Stay BV, heeft [eiser] zijn vordering gebaseerd op feiten en omstandigheden waarvan hij de onjuistheid kende dan wel behoorde te kennen en had hij moeten begrijpen dat de vorderingen geen kans van slagen hadden. Holland2Stay BV heeft daardoor onterecht kosten moeten maken.
Indien het niet-ontvankelijkheidsverweer ongegrond wordt verklaard wenst Holland2Stay BV in de gelegenheid te worden gesteld alsnog inhoudelijk verweer te voeren. Daarbij dient in elk geval de uitvoerbaarheid bij voorraad te worden afgewezen. Voorts bestrijdt Holland2Stay BV dat [eiser] aanspraak heeft op wettelijke rente en vergoeding van buitengerechtelijke incassokosten.

4.De beoordeling

4.1.
[eiser] heeft zijn vordering gebaseerd op de door hem overgelegde schriftelijke huurovereenkomst en later overeengekomen allonge bij de huurovereenkomst (productie 2 en 8 bij de dagvaarding).
Holland2Stay BV heeft hiertegen aangevoerd dat blijkens de huurovereenkomst niet zij de verhuurder van het gehuurde is maar de Stichting. [eiser] kan dus uit hoofde van de huurovereenkomst geen vordering op haar hebben en had de Stichting moeten dagvaarden.
[eiser] op zijn beurt stelt, dat hij mocht menen dat Holland2Stay BV zijn contractuele wederpartij was. Voorzover de kantonrechter oordeelt dat [eiser] de verkeerde partij heeft gedagvaard verzoekt [eiser] om rectificatie/herstel van deze vergissing.
4.2.
Vaststaat dat zowel in de huurovereenkomst als in de op 7 februari 2020 overeengekomen allonge expliciet de Stichting als verhuurder (
"the Landlord") is vermeld. In de huurovereenkomst wordt daarbij verder nog vermeld dat de Stichting wordt vertegenwoordigd door haar bestuurder (
"represented by its Director"): Holland2Stay BV. Ook wordt het nummer vermeld (55252753) waaronder de Stichting in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel is geregistreerd. Holland2Stay BV is onder een ander nummer in het handelsregister ingeschreven (nr. 17131763).
Op grond van de huurovereenkomst en de allonge kan er dus geen enkel misverstand over bestaan wie de verhuurder is.
4.3.
Aan [eiser] kan worden toegegeven, dat de Stichting in het handelsregister als één van haar handelsnamen de naam
"Holland2Stay"heeft ingeschreven en dat Holland2Stay BV als één van haar handelsnamen de naam
" [A] "heeft ingeschreven (zie prod. 15 bij akte van [eiser] ). De Stichting heeft vervolgens voor nog meer verwarring gezorgd door op 16 april 2018 aan [eiser] een e-mail te sturen met als onderwerp
(" [A] is now Holland2Stay"). In die e-mail wordt uitgelegd dat " [A] " verder gaat als "Holland2Stay" en deze verandering is ook op de website van Holland2Stay geplaatst (zie prod. 16 bij akte van [eiser] ). Hiermee is volgens [eiser] zoveel onduidelijkheid in het leven geroepen over wie als verhuurder heeft te gelden dat hij daaruit had mogen begrijpen dat Holland2Stay BV zijn nieuwe contractspartij was. Dat komt mede, doordat ook de correspondentie met [eiser] steeds vanuit Holland2Stay is gevoerd.
4.4.
Dat door dit alles bij [eiser] onduidelijkheid is ontstaan is alleszins begrijpelijk en toe te rekenen aan de Stichting en aan de gedaagde partij in deze procedure: Holland2Stay BV. [eiser] kan zich daarop echter in deze procedure niet beroepen, omdat hij wordt bijgestaan door een juridisch geschoold gemachtigde. Wat er immers van die onduidelijkheid c.q. uitwisselbaarheid in handelsnamen ook zij: het doet er niet aan af dat de Stichting enerzijds en Holland2Stay
BVanderzijds altijd twee verschillende rechtspersonen zijn geweest en ook nu nog steeds zijn en ook onder afzonderlijke nummers in het handelsregister staan ingeschreven. Van een juridisch geschoolde gemachtigde kan worden verwacht dat hij (m.n. bij de Kamer van Koophandel) voldoende onderzoek doet naar de vraag welke rechtspersoon als de contractuele wederpartij van zijn cliënt moet worden aangemerkt.
4.5.
Nu vaststaat dat [eiser] de verkeerde rechtspersoon heeft gedagvaard, is de volgende vraag of een rectificatie kan plaatsvinden in die zin dat alsnog de Stichting in plaats van Holland2Stay BV als gedaagde kan worden aangemerkt. Die vraag moet ontkennend worden beantwoord. Door Holland2Stay BV is terecht aangevoerd, dat het hier niet gaat om de enkele verschrijving of vergissing in de naam van een rechtspersoon, maar om het in de plaats stellen van de ene (gedagvaarde) rechtspersoon door een andere (gedagvaarde) rechtspersoon. Dat gaat het bereik van een rectificatie te buiten.
4.6.
De slotsom is dat de vorderingen van [eiser] moeten worden afgewezen omdat Holland2Stay BV niet zijn contractuele wederpartij bij de huurovereenkomst is. Als de in het ongelijk gestelde partij zal [eiser] in de proceskosten worden veroordeeld. De wettelijke rente over de proceskosten wordt toegewezen vanaf de 15e dag nadat [eiser] schriftelijk tot betaling van deze kosten is aangemaand. De tegenvordering van Holland2Stay BV tot betaling van de
volledigedoor haar gemaakte proceskosten zal worden afgewezen. Uit hetgeen hierboven in randnummer 4.3 is overwogen volgt, dat het mede Holland2Stay BV is geweest, ook in haar hoedanigheid van mede-bestuurder van de Stichting, die voor verwarring heeft gezorgd bij [eiser] en diens gemachtigde. Alleen al om die reden kan niet worden gezegd dat het instellen van de vordering door [eiser] tegen Holland2Stay BV achterwege had moeten blijven vanwege de evidente ongegrondheid daarvan.

5.De beslissing

De kantonrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt [eiser] in de kosten van de procedure, aan de zijde van Holland2Stay BV tot vandaag vastgesteld op € 436,00 als bijdrage in het salaris van de gemachtigde (niet met btw belast), met de wettelijke rente hierover vanaf de 15e dag nadat [eiser] schriftelijk tot betaling van deze kosten is aangemaand;
verklaart dit vonnis, voor zover het de kostenveroordeling betreft, uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.J. Roeterdink, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op donderdag 18 februari 2021.