Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
De formele voorvragen.
Bewijs
- de hoedanigheid van de goederen moet kennen;
- daadwerkelijk toegang moet hebben tot die goederen;
- moet weten of redelijkerwijs zou moeten weten dat de goederen niet veraccijnsd zijn.
De bewezenverklaring.
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en/of maatregel.
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
De rechtbank:
taakstrafvoor de duur van
100 urensubsidiair 50 dagen hechtenis;
gevangenisstrafvoor de duur van
6 maandenvoorwaardelijkmet een proeftijd van 2 jaren.