ECLI:NL:RBOBR:2020:657
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen de vaststelling van de Legger oppervlaktewaterlichamen 2018 en de aanwijzing van een profiel van vrije ruimte
In deze zaak heeft de Rechtbank Oost-Brabant op 10 februari 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen het Dagelijks Bestuur van het Waterschap De Dommel en eisers die een melkveehouderij exploiteren. De eisers hebben beroep ingesteld tegen het besluit van 22 januari 2019, waarbij de Legger oppervlaktewaterlichamen 2018 is vastgesteld en de eerdere Legger is ingetrokken. De rechtbank heeft vastgesteld dat de aanwijzing van een profiel van vrije ruimte, zoals vastgelegd in de Legger, geen waterbergingsgebied of beschermingszone betreft, en dat derhalve op grond van de Bevoegdheidsregeling bestuursrechtspraak geen beroep openstaat tegen deze aanwijzing. De rechtbank overweegt dat de reeds bestaande bepalingen in de Keur geen verdere beperking van het gebruik van de gronden door de aanwijzing van het profiel van vrije ruimte met zich meebrengen. Eisers hebben aangevoerd dat de aanwijzing hen in hun gebruiksmogelijkheden beperkt en vrezen voor een waardedaling van hun grond. De rechtbank concludeert echter dat de beperking van het beroepsrecht niet in strijd is met het Eerste Protocol bij het EVRM, omdat de gebruiksmogelijkheden niet verder worden beperkt dan reeds het geval was. Het beroep van eisers is derhalve niet-ontvankelijk verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.