ECLI:NL:RBOBR:2020:6162

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
1 december 2020
Publicatiedatum
10 december 2020
Zaaknummer
8885767 \ EJ VERZ 20-514
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Handlichting voor minderjarige verzoekster tot zelfstandig verrichten van rechtshandelingen voor onderneming

In deze beschikking van de Rechtbank Oost-Brabant, uitgesproken op 1 december 2020, is het verzoek van Gwen Martina Catharina Teunissen om handlichting toegewezen. Verzoekster, geboren op 13 september 2004 en wonende te Erp, heeft de leeftijd van zestien jaar bereikt en wenst de bevoegdheden van een meerderjarige te verwerven om een onderneming te exploiteren die opleggers en trucks verhuurt. De ouders van verzoekster hebben hun instemming met het verzoek gegeven door het verzoekschrift mede te ondertekenen.

De procedure begon met het indienen van het verzoekschrift tot handlichting op 20 november 2020, gevolgd door een mondelinge behandeling op 1 december 2020. De kantonrechter heeft vastgesteld dat, gezien de inhoud van het verzoekschrift en artikel 1:235 BW, het verzoek kan worden toegewezen. De kantonrechter heeft echter ook opgemerkt dat de handlichting niet bekwaam maakt tot het beschikken over registergoederen, effecten of door hypotheek gedekte vorderingen.

Wat betreft de publicatieplicht, zoals voorgeschreven in artikel 1:237 BW, heeft de kantonrechter geoordeeld dat publicatie via internet een breder bereik heeft dan de traditionele publicatie in de Staatscourant en twee dagbladen. Daarom is besloten dat publicatie in de Staatscourant achterwege kan blijven en dat de beschikking op de website www.rechtspraak.nl zal worden geplaatst. Tevens dient verzoekster de handlichting bekend te maken in het regionale dagblad "Brabants Dagblad".

De beschikking is gegeven door mr. J.H. Wiggers, kantonrechter, en is in het openbaar uitgesproken op 1 december 2020.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK OOST-BRABANT

Civiel Recht
Zittingsplaats 's-Hertogenbosch
Zaaknummer: 8885767 \ EJ VERZ 20-514
Beschikking van 1 december 2020
in de zaak van:
Gwen Martina Catharina Teunissen,
geboren op 13 september 2004,
wonende te Erp,
verzoekster.

1.De procedure

1.1.
De procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift tot handlichting, ingekomen ter griffie op 20 november 2020;
- de mondelinge behandeling die op 1 december 2020 heeft plaatsgevonden.
1.2.
Ten slotte is uitspraak bepaald.

2.Het verzoek

Verzoekster wenst de bevoegdheden te verwerven van een meerderjarige. De reden hiervoor is dat zij een onderneming wil exploiteren die opleggers en trucks verhuurt. Meer in het bijzonder wenst verzoekster over de navolgende bevoegdheden te beschikken:
- het deelnemen in een vennootschap en het uitoefenen van een beroep of bedrijf;
- het openen en beheren van een zakelijke rekening;
- het ontvangen van inkomen en het beschikken daarover, en
- het sluiten van overeenkomsten tot een bedrag van € 5.000,00.
De beide ouders hebben ten blijke van instemming van het verzoek het verzoekschrift mede ondertekend.

3.De beoordeling

3.1
Verzoekster heeft de leeftijd van zestien jaar bereikt en haar ouders hebben met het verzoek ingestemd. Gelet op de inhoud van het verzoekschrift en hetgeen is bepaald in artikel 1:235 BW is de kantonrechter daarom van oordeel dat het verzoek kan worden toegewezen.
3.2.
De kantonrechter wijst voor de goede orde nog wel op het bepaalde in het derde lid van artikel 1:235 BW, waarin is bepaald dat de minderjarige door de handlichting niet bekwaam wordt tot het beschikken over registergoederen, effecten of door hypotheek gedekte vorderingen.
3.3.
Met betrekking tot de publicatieplicht, zoals voorgeschreven in artikel 1:237 BW, oordeelt de kantonrechter als volgt. In dit artikel is bepaald dat de beschikking waarin de handlichting is verleend, bekend moet worden gemaakt in de Staatscourant en in twee bij de benoeming voorgeschreven nieuwsbladen. De bedoeling van de wetgever daarbij is geweest dat op die manier zo veel mogelijk personen kennis konden nemen van deze handlichting. In de huidige samenleving is echter toegang tot internet voor een ieder beschikbaar en publicatie van de handlichting via internet heeft naar het oordeel van de kantonrechter eenzelfde, zo niet een praktisch gezien, ruimer bereik dan de nog bij wet voorgeschreven wijze van publicatie in de Staatcourant en twee dagbladen. Bovendien is de voorgeschreven wijze van bekendmaking kostbaar en omslachtig. De kantonrechter zal dan ook bepalen dat publicatie in de Staatscourant achterwege kan blijven en bepalen dat de (door de griffie geïnitieerde) publicatie op www.rechtspraak.nl daarvoor in de plaats komt. Verder zal één regionaal dagblad worden aangewezen waarin verzoekster de haar verleende handlichting dient te laten bekendmaken.
3.4.
Verzoekster zal er overigens rekening mee moeten houden dat de verleende handlichting niet eerder geldt dan dat de publicatie een feit is.

4.De beslissing

De kantonrechter:
4.1.
verleent aan Gwen Martina Catharina Teunissen, geboren op 13 september 2004, handlichting tot het zelfstandig verrichten van rechtshandelingen die nodig zijn om haar bedrijf in de verhuur van opleggers en truckers uit te kunnen oefenen, waaronder het openen en beheren van een zakelijke rekening en het aangaan van overeenkomsten tot een bedrag van € 5.000,00;
4.2.
bepaalt dat publicatie van de handlichting in de Staatscourant achterwege kan blijven en dat deze beschikking in plaats daarvan op de website www.rechtspraak.nl zal worden geplaatst;
4.3
bepaalt dat verzoekster de handlichting voor haar eigen rekening bekend dient te maken in het “Brabants Dagblad”.
Deze beschikking is gegeven door mr. J.H. Wiggers, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 1 december 2020.