Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
Beschikking van 30 januari 2020
[verzoekster] ,
Stichting OOK Begeleiding,
Het procesverloop
De feiten
Het verzoek
Het verweer
De beoordeling
deze contractverlenging zou er dan een van 5 maanden zijn, waarvan [voornaam verzoekster] een groot deel in haar zwangerschaps- en bevallingsverlof zit. Mede dit maakt dat de organisatie besloten heeft om het niet verlengen van het contract eerder te benoemen dan wettelijk noodzakelijk is.”
ookis gelegen in de zwangerschap van [verzoekster] . Indien [verzoekster] namelijk niet zwanger was geweest, dan had zij aansluitend aan de contractverlenging nog vijf maanden de tijd gehad om het gestelde disfunctioneren te verbeteren. Uit het verslag volgt overigens niet dat [verzoekster] geen contractverlenging wegens vermeend disfunctioneren heeft gekregen.
welhet volgende opgenomen: “
De beslissing rondom het contract van [voornaam verzoekster] was geen gemakkelijke beslissing. De organisatie krijgt positieve feedback terug van cliënten en ouders wat een belangrijke taak is binnen de werkzaamheden van [voornaam verzoekster].”
New Hairstyle). Het stelsel van de WWZ verzet zich er niet tegen dat met de gevolgen van het ontslag voor [verzoekster] rekening wordt gehouden bij het bepalen van de omvang van de billijke vergoeding, voor zover die gevolgen zijn toe te rekenen aan het aan Ook Begeleiding te maken ernstig verwijt. Voor de billijke vergoeding is bovendien in algemene zin niet te zeggen dat deze een specifiek punitief karakter heeft. Het is daarom van belang dat de billijke vergoeding aansluit bij het geleden nadeel van [verzoekster] , met inachtneming van de ernst van het verwijt dat Ook Begeleiding te maken valt.