Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
Parketnummer vordering: 01.139160.18
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
welk geweld bestond uit het meermalen, althans eenmaal, slaan (met gebalde vuist) en/of schoppen (met geschoeide voet);
De vordering na voorwaardelijke veroordeling.
De formele voorvragen.
Vrijspraak ten aanzien van feit 1 primair.
De bewezenverklaring.
welk geweld bestond uit het meermalen slaan met gebalde vuist en schoppen met geschoeide voet.
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en/of maatregel.
De eis van de officier van justitie.
- Een jeugddetentie van 100 dagen, waarvan 65 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren, met aftrek van het voorarrest en met de door de Raad voor de Kinderbescherming geadviseerde voorwaarden en de dadelijke uitvoerbaarheid van die voorwaarden.
- Een GBM van 12 maanden, subsidiair 12 maanden jeugddetentie, zoals geadviseerd door de deskundigen en de dadelijke uitvoerbaarheid van deze maatregel.
- Toewijzing van de civiele vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 3] tot een bedrag van € 537,44 + wettelijke rente + schadevergoedingsmaatregel zonder vervangende gijzeling en voor het overige niet-ontvankelijk verklaring van de benadeelde partij in de vordering.
- Toewijzing van de civiele vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2] tot een bedrag van € 7.409,79 + wettelijke rente + schadevergoedingsmaatregel zonder vervangende gijzeling en voor het overige niet-ontvankelijk verklaring van de benadeelde partij in de vordering.
- Toewijzing van de civiele vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij] tot een bedrag van € 500,00 + wettelijke rente + schadevergoedingsmaatregel zonder vervangende gijzeling en voor het overige niet-ontvankelijk verklaring van de benadeelde partij in de vordering.
- Gehele toewijzing van de vordering tenuitvoerlegging (abusievelijk opgenomen op de schriftelijke vordering in de zaak met het parketnummer 01/855019-19).
Het oordeel van de rechtbank.
Opname in een open leefgroep van Bijzonder Jeugdwerk Brabant (BJB) en opstarten van behandelmodules voor de duur van 12 maanden (EQUIP, EMDR en emotie regulatie training).
Continuering van dagbehandeling bij Steur Trainingen (werk, sport, individuele begeleiding).
Elektronisch Toezicht (noodzakelijk om weekendverlof te realiseren).
Begeleiding vanuit ITB-HKA van de jeugdreclassering voor alle uren buiten de leefgroep. In samenspraak met de behandelaars is een nauwgezet plan voor juist die uren – los van de woning/ groep – noodzakelijk om recidive in te perken.
Zich houden aan de afspraken en aanwijzingen van de ITB-er, de behandelaars en de begeleiders van Steur Trainingen. (…)
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2] . De rechtbank acht toewijsbaar, als rechtstreeks door het bewezen verklaarde feit toegebrachte schade, de immateriële schadevergoeding (smartengeld geschat op € 1.250,00) en materiële schadevergoeding (€ 441,04 posten: verlies van arbeidsvermogen, tegemoetkoming opname verlofuren, stomerijkosten en reiskosten), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 december 2019 tot aan de dag der algehele voldoening.
Motivering van de hoofdelijkheid.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij] . De rechtbank acht toewijsbaar, als rechtstreeks door het bewezen verklaarde feit toegebrachte schade, de gevorderde immateriële schadevergoeding tot een geschat bedrag van € 750,00, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 december 2019 tot aan de dag der algehele voldoening.
Motivering van de hoofdelijkheid.
De vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 3] . De rechtbank acht toewijsbaar, als rechtstreeks door het bewezen verklaarde feit toegebrachte schade, de gevorderde materiële schadevergoeding en de gevorderde immateriële schadevergoeding tot een geschat bedrag van € 500,00, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 8 december 2019 tot aan de dag der algehele voldoening.
Motivering van de beslissing na voorwaardelijke veroordeling 01.139160.18.
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
De rechtbank:
jeugddetentievoor de duur van 100 dagen waarvan 65 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren.