Op 11 juni 2020 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een medewerkster finance die gedurende meer dan vijf jaar geld heeft verduisterd van haar werkgever. De verdachte, geboren in 1962 en preventief gedetineerd, heeft in totaal ongeveer 2,5 miljoen euro verduisterd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte opzettelijk geldbedragen, die toebehoorden aan haar werkgever, wederrechtelijk heeft toegeëigend. Dit gebeurde door haar eigen rekeningnummer toe te voegen aan de crediteurenadministratie, waardoor zij de gelden naar haar eigen rekening kon overboeken. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan verduistering in dienstbetrekking, meermalen gepleegd, en heeft een gevangenisstraf van drie jaar opgelegd, met aftrek van het voorarrest. Daarnaast is de tenuitvoerlegging gelast van een eerder voorwaardelijk opgelegde gevangenisstraf van 13 weken. De benadeelde partij is niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering tot schadevergoeding, omdat nader onderzoek nodig is om de omvang van de schade vast te stellen. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de recidive van de verdachte, die eerder voor soortgelijke feiten was veroordeeld.