ECLI:NL:RBOBR:2020:2726
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- mr. J.H.P.G. Wielders
- mr. I.J. Peskens
- mr. T. van de Woestijne
- Rechtspraak.nl
Medeplegen van het vervoeren en voorhanden hebben van chemicaliën voor synthetische drugsproductie
Op 27 mei 2020 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan het medeplegen van het vervoeren en voorhanden hebben van grote hoeveelheden chemicaliën, die gebruikt kunnen worden bij de productie van synthetische drugs. De rechtbank achtte wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte in de periode van 22 mei 2018 tot en met 31 mei 2018, samen met anderen, handelingen heeft verricht die gericht waren op de vervaardiging van amfetamine en MDMA. De verdachte heeft bekend dat hij op 25 mei 2018 chemicaliën in jerrycans van een loods in Nuenen heeft vervoerd. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met eerdere veroordelingen van de verdachte voor soortgelijke feiten en de ernst van het delict. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van vijf maanden, waarvan vier maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren. Daarnaast is een gedeelte van een eerdere voorwaardelijke veroordeling ten uitvoer gelegd, wat resulteert in een bijkomende gevangenisstraf van één maand. De rechtbank heeft de straf bepaald op basis van de aard en ernst van het bewezen verklaarde, evenals de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.