Uitspraak
1.Procesverloop
2.De beoordeling van het wrakingsverzoek
3.De beslissing
geenvoorziening open (artikel 39 lid 5 Rv)
Rechtbank Oost-Brabant
In deze zaak heeft verzoekster, na een eerdere uitspraak van de rechter, een wrakingsverzoek ingediend. De Stichting Jeugdbescherming Brabant had verzoekster op 4 september 2019 een schriftelijke aanwijzing gegeven met betrekking tot de verzorging en opvoeding van haar zoon. Verzoekster heeft de rechtbank verzocht deze aanwijzing te laten vervallen, wat op 15 november 2019 door de rechter is afgewezen en de aanwijzing is bekrachtigd. Vervolgens heeft verzoekster op 2 december 2019, na de einduitspraak, de rechter gewraakt. De wrakingskamer heeft geoordeeld dat het wrakingsverzoek niet ontvankelijk is, omdat de wet geen mogelijkheid biedt voor wraking na een eindbeslissing. De wrakingskamer heeft besloten dat er geen reden is voor een mondelinge behandeling, aangezien het verzoek niet in behandeling kan worden genomen. De beslissing is openbaar uitgesproken op 12 december 2019.