In deze beschikking van de Rechtbank Oost-Brabant, gedateerd 14 februari 2019, is het wrakingsverzoek van verzoeker behandeld. Verzoeker had een verzoek ingediend tot wraking van mr. M.H. Dworakowski-Kelders, de rechter die belast was met de behandeling van zijn zaak betreffende toelating tot de masteropleiding Chemical Engineering aan de Technische Universiteit Eindhoven (TUE). Verzoeker stelde dat de rechter niet op de juiste zaken was gefocust en dat zij niet luisterde naar zijn argumenten. De wrakingskamer heeft vastgesteld dat de rechter alleen gewraakt kan worden als er objectieve aanwijzingen zijn voor partijdigheid. De wrakingskamer oordeelde dat verzoeker niet-ontvankelijk was in zijn verzoek, omdat de gronden voor wraking niet tijdig waren aangevoerd. De rechter had de zitting benut om de procedure te verduidelijken en had niet de schijn van vooringenomenheid gewekt. De wrakingskamer wees het verzoek af, omdat er geen bijzondere omstandigheden waren die de objectieve schijn van partijdigheid konden rechtvaardigen. De beschikking werd openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.