Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
Q-Park Operations Netherlands B.V.,
Rechtbank Oost-Brabant
In deze zaak vorderde Q-Park Operations Netherlands B.V. betaling van een bedrag van € 377,20 van [gedaagde], die als kentekenhouder van een voertuig de parkeergarage van Q-Park had verlaten zonder te betalen. De procedure begon met een dagvaarding op 19 augustus 2019, gevolgd door mondelinge antwoorden van [gedaagde]. Q-Park stelde dat [gedaagde] in verzuim was omdat hij de parkeergarage had verlaten zonder de bij het inrijden verstrekte parkeerkaart in de uitrijterminal te stoppen. Dit werd aangeduid als 'treintje rijden', een praktijk die gevaarlijke situaties kan veroorzaken en die Q-Park wilde bestrijden met een boetebepaling in haar algemene voorwaarden. De kantonrechter oordeelde dat [gedaagde] tekort was geschoten in zijn verplichtingen en dat de boetebepalingen niet onredelijk bezwarend waren. De vordering van Q-Park werd toegewezen, inclusief de wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De totale vordering kwam uit op € 377,20, en [gedaagde] werd veroordeeld in de proceskosten.