Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.[eiser 1] ,
2. [eiseres 2] ,
4. [eiseres 4] ,
1.Het verloop van het geding
2.De feiten
Sturgeonen
Nelsonrecht op financiële compensatie van € 400,00 per passagier. Van een buitengewone omstandigheid was geen sprake. Transavia is vanaf 4 april 2018 wettelijke rente verschuldigd omdat zij vanaf die datum in verzuim verkeert. Tevens is Transavia een bedrag van € 240,00 aan buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd.
OCC Management rapportis een intern bericht en geen objectieve onderbouwing. Dit bericht heeft geen bewijskracht. Vóór de sluiting om 17:00 UTC hebben er gewoon vluchten kunnen landen en vertrekken. De vlucht van [eiser c.s.] c.s. had dus ook kunnen vertrekken.
Pešková-zaak (C-315/15,
4.De beoordeling
METAR-gegevens (productie 4 conclusie van antwoord) voldoende aannemelijk gemaakt dat er omstreeks het "nieuwe" tijdstip van vertrek (16:25 UTC) sprake was van verminderd dan wel geen zicht; dat blijkt onder meer uit de gebruikte codes (OVC000) in de METAR-rapportage. Uit de overgelegde e-mail van 22 december 2017 van de Airport Operations Manager van Eindhoven Airport (productie 7 conclusie van antwoord) volgt verder dat
“Due to heavy fog EIN is closed and no inprovement insight for the next hours”. Met deze e-mail, in samenhang met de METAR-rapportages, heeft Transavia voldoende aangetoond dat het vliegtuig niet om 16:25 UTC kon vertrekken vanwege de weersomstandigheden. Dat er, zoals [eiser c.s.] c.s. aanvoeren, om 15:25 UTC geen sprake was van slecht zicht doet verder niet ter zake nu tussen partijen niet in discussie is dat het vliegtuig pas om 16:25 UTC klaar was voor vertrek vanwege het van boord gaan van de passagiers. [eiser c.s.] c.s. hebben niet gesteld, laat staan onderbouwd, dat er tussen 16:25 UTC en 17:00 UTC (tijdstip sluiting) nog vluchten zijn vertrokken.
Pešková(4 mei 2017, C-315/15 ) heeft het HvJ EU geoordeeld dat de vertraging die valt toe te rekenen aan eerstgenoemde omstandigheden moet worden afgetrokken van de totale duur van de aankomstvertraging van de betrokken vlucht om te kunnen beoordelen of voor de aankomstvertraging van die vlucht compensatie moet worden betaald overeenkomstig art. 7 van de Verordening.
5.De beslissing
donderdag 8 augustus 2019 te 09.00 uurvoor het indienen van een akte door Transavia over hetgeen hierboven in randnummer 4.7 is omschreven;