Op 18 december 2019 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een aantal zaken waarbij een natuurvergunning is verleend met verwijzing naar de passende beoordeling in het Programma Aanpak Stikstof (PAS). In deze zaken hebben milieuverenigingen en organisaties beroep ingesteld tegen de verleende vergunningen. De rechtbank heeft gelet op de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 29 mei 2019, ECLI:NL:RVS:2019:1603, het bestreden besluit vernietigd.
De rechtbank heeft vastgesteld dat verweerder bij besluit van 7 maart 2017 een vergunning heeft verleend voor het uitbreiden/wijzigen van een veehouderij, wat stikstofdepositie veroorzaakt op stikstofgevoelige natuurwaarden in Natura 2000-gebieden. De rechtbank oordeelt dat de vergunning niet kon worden verleend onder verwijzing naar de passende beoordeling die voor het PAS is gemaakt, omdat deze niet voldoet aan de eisen van artikel 6 van de Habitatrichtlijn. Dit betekent dat het bestreden besluit in strijd is met artikel 2.8 van de Wet natuurbescherming (Wnb).
De rechtbank verklaart het beroep gegrond, vernietigt het bestreden besluit en draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 333,00 aan eisers te vergoeden. Tevens veroordeelt de rechtbank verweerder in de proceskosten van eisers, vastgesteld op € 768,00. De uitspraak is openbaar gedaan en partijen zijn op de hoogte gesteld van hun rechtsmiddelen.