Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 29 november 2019 in de zaak tussen
[eiser] te [woonplaats] , eiser
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oss, verweerder
Procesverloop
Overwegingen
- Sinds 2009 is het perceel [adres] in eigendom van eiser. De locatie bestaat uit een buitenterrein en een loods. Het terrein is via een lange toegangsweg bereikbaar.
- Het perceel [adres] heeft een oppervlakte van 1.615 m2. In het bestemmingsplan “Kernen Maasdonk” heeft het perceel de bestemming “Bedrijven”
- Op 5 januari 2017 heeft verweerder aan eiser een last onder dwangsom opgelegd in verband met gebruik in strijd met het bestemmingsplan van zijn perceel., [adres] . De last onder dwangsom is gericht op het beëindigen en beëindigd houden van bedrijfsactiviteiten met een milieucategorie hoger dan 2. Deze last onder dwangsom is later gewijzigd en aangegeven is dat, indien de feitelijke bedrijfsoppervlakte wordt beperkt tot 500 m2 of minder, een hoveniersbedrijf op dit perceel wel is toegestaan. De last is onherroepelijk.
- Op 20 november 2017 heeft een ambtenaar van de gemeente Oss een mail gestuurd aan eiser (toen handelend onder de naam [naam] ).
- Op 14 juni 2018 is aan eiser een last onder dwangsom opgelegd omdat hij nog steeds geen milieumelding heeft ingediend voor zijn bedrijf.
- Op 6 november 2018 is namens eiser een aanvulling ingediend op een eerder ingediende melding op basis van het Activiteitenbesluit milieubeheer (Abm) met een akoestisch onderzoek. Hierin is onder andere de geluidsbelasting vanwege het gebruik van een elektrische kettingzaag beschreven.
- Op 30 november 2018 en 3 januari 2019 heeft verweerder ter plaatse controles laten uitvoeren waarvan het verslag is neergelegd in een tweetal Rapporten van Bevindingen. Tijdens de controles is vastgesteld dat op het buitenterrein bij de loods een grote stapel houtstronken lag. In het tweede rapport is ook geconstateerd dat er stammen werden gekloofd die even te voren op maat waren gezaagd met een kettingzaag. In beide rapporten is niet geconstateerd dat er een bedrijfsoppervlakte van meer dan 500 m² in gebruik was.
- Op het perceel [adres] was op grond van het bestemmingsplan “Kernen Maasdonk” een bedrijf toegestaan behorende tot categorie 2 volgens de Staat van Bedrijfsactiviteiten. Een hoveniersbedrijf was niet opgenomen in de Staat van Bedrijfsactiviteiten maar dit stond wel in de milieuzoneringslijst van het nieuwe in voorbereiding zijnde bestemmingsplan “Kom Geffen 2016”.
- Tussen partijen is niet in geschil is dat de bedrijfsactiviteiten van eiser op het perceel zich beperken tot een oppervlakte van niet meer dan 500 m2.
- In het bestreden besluit stelt verweerder zich nadrukkelijk op het standpunt dat er is gekloofd en gezaagd op 30 november 2018 en 3 januari 2019 (ook al was er op 30 november 2018 niemand op het perceel aanwezig). Dit standpunt heeft eiser in het beroepschrift niet langer betwist en de rechtbank gaat er dan ook van uit dat op beide data is gekloofd en gezaagd.
- Tot slot gaat de rechtbank er van uit dat het hout op de percelen afkomstig is van hovenierswerkzaamheden, omdat verweerder dit ook niet langer heeft weersproken.
zelfstandighoutverwerkingsbedrijf in milieucategorie 3. Dit heeft verweerder ook voldoende toegelicht in het bestreden besluit. De omvang van het bedrijf en de herkomst van het hout vindt de rechtbank niet relevant. Het gaat vooral om de ruimtelijke uitstraling van de werkzaamheden zelf. Vooral het zagen van hout heeft veel geluidsoverlast als gevolg. De rechtbank vindt steun voor dit oordeel in de uitspraak van de Afdeling van
.Dit betekent dat eiser de last heeft overtreden en dwangsommen heeft verbeurd.
Ik heb u geïnformeerd dat u geen kettingzaag mag gebruiken op uw perceel. U heeft mij toegezegd dat u niet opnieuw een kettingzaag zal gebruiken op uw perceel [adres] . Daar vertrouw ik op. Als u zich niet aan de afspraak houdt, zal ik verdere handhavingsmaatregelen treffen.” Verder staat in de e-mail dat als eiser toch een kettingzaag wil gebruiken, hij een milieumelding moet indienen en een akoestisch onderzoek. Pas als de melding en het akoestisch onderzoek zijn goedgekeurd mag eiser een kettingzaag gebruiken. Ook als eiser andere activiteiten gaat uitvoeren met geluid richting omwonenden, geldt volgens de betreffende ambtenaar dat een milieumelding met een akoestisch onderzoek moet worden ingediend.
Beslissing
mr. J.F.M. Emons, griffier. De uitspraak is in het openbaar geschied op 29 november 2019.