Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
[verdachte] ,
De tenlastelegging.
[slachtoffer] en/of
[slachtoffer] ;
van die [slachtoffer] en/of
van die [slachtoffer] .
De formele voorvragen.
De bewezenverklaring.
[slachtoffer] en:
[slachtoffer] ;
van die [slachtoffer] en/of
Deze aanvulling wordt dan aan het verkort vonnis gehecht.
De strafbaarheid van het feit.
De strafbaarheid van verdachte.
Oplegging van straf en/of maatregel.
De eis van de officier van justitie.
Het oordeel van de rechtbank.
De vordering van de benadeelde partij. Voor aanvang van de terechtzitting heeft het slachtoffer – daartoe vertegenwoordigd door haar vader – zich als benadeelde partij in dit geding gevoegd en een vordering ingediend tot vergoeding van materiële en immateriële schade ten gevolge van de aan verdachte tenlastegelegde feiten. De hoogte van die materiële schade wordt door de benadeelde partij begroot op een bedrag van € 477,51. De hoogte van die immateriële schade wordt door de benadeelde partij begroot op een bedrag van € 25.000,--.
Toepasselijke wetsartikelen.
DE UITSPRAAK
T.a.v. feit 1:met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die bestaan uit of mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, en:
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen, meermalen gepleegd.Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
gevangenisstrafvoor de duur van 24 maanden met aftrek overeenkomstig artikel 27 van
maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid, inhoudende dat de
vijf jaren.
maatregel van schadevergoedingvan € 5.477,51 subsidiair 62 dagen hechtenis.