ECLI:NL:RBOBR:2019:5765
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- L.G.J.M. van Ekert
- R. van den Munckhof
- L.J. Bronkhorst
- Rechtspraak.nl
Verantwoordelijkheid van kraanmachinist bij dodelijk ongeval door onvoorzichtigheid
Op 8 oktober 2019 heeft de Rechtbank Oost-Brabant uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een kraanmachinist die verantwoordelijk werd gehouden voor de dood van een ander. Het ongeval vond plaats op 15 augustus 2017, toen het slachtoffer, zonder veiligheidshelm en valbescherming, op het dak van een portacabin stond. De kraanmachinist, die de hijskraan bediende, heeft een hijsbeweging ingezet zonder dat het slachtoffer daar toestemming voor had gegeven. Hierdoor raakte het slachtoffer met een ketting die aan de katrol van de kraan was bevestigd, en viel van een aanzienlijke hoogte naar beneden. Het slachtoffer overleed een dag later aan de verwondingen die hij bij de val had opgelopen.
De rechtbank oordeelde dat de kraanmachinist verwijtbaar onvoorzichtig en onachtzaam had gehandeld. Hij had moeten inzien dat het ongeval voorkomen had kunnen worden door zijn werkzaamheden te staken op het moment dat hij zag dat het slachtoffer zich zonder valbescherming op de portacabin bevond. De rechtbank legde een taakstraf van 120 uren op, subsidiair 60 dagen hechtenis, en oordeelde dat de kraanmachinist strafbaar was voor het feit dat hij aan zijn schuld de dood van een ander had te wijten.
De rechtbank nam in haar overwegingen mee dat de kraanmachinist geen eerdere veroordelingen had en dat het ongeval ook een grote impact op hem had gehad. De rechtbank benadrukte de verantwoordelijkheid van de kraanmachinist om de veiligheid te waarborgen tijdens het hijsen en het belang van het naleven van veiligheidsmaatregelen op de werkvloer.