ECLI:NL:RBOBR:2019:5006
Rechtbank Oost-Brabant
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Verkeersongeval met dodelijke afloop door roekeloos rijgedrag
Op 29 september 2018 vond een verkeersongeval plaats in Gemert, waarbij de verdachte als bestuurster van een personenauto betrokken was. De rechtbank sprak de verdachte vrij van het primair ten laste gelegde, maar achtte het subsidiair ten laste gelegde wettig en overtuigend bewezen. De verdachte had onvoldoende aandacht en zicht voor het overige wegverkeer, wat leidde tot een aanrijding met een fietser, die later aan zijn verwondingen overleed. De rechtbank oordeelde dat er sprake was van gevaarzetting in de zin van artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994, maar dat de schuld in de zin van artikel 6 niet kon worden vastgesteld. De rechtbank legde een geldboete van € 1.500 en een voorwaardelijke ontzegging van de rijbevoegdheid van zes maanden op, met een proeftijd van twee jaar. De uitspraak is gedaan na een onderzoek ter terechtzitting op 15 augustus 2019, waarbij de rechtbank de vordering van de officier van justitie en de verdediging heeft gehoord. De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en de impact van het ongeval op de nabestaanden.