Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 27 augustus 2019 in de zaak tussen
[naam] , te [woonplaats] , eisers
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oss, verweerder
Als derde-partijen hebben aan het geding deelgenomen: Parkstaete Oss B.V. te Oss,
Stichting Amarant, te Best
Procesverloop
Overwegingen
16 en 22 jaar met een licht verstandelijke beperking en kantoorruimte voor zorginstelling Amarant. Het kantoorgedeelte van Amarant komt op de begane grond van het voormalige kantoorgebouw. Op de eerste en tweede verdieping zijn de wooneenheden voor de jongeren en enkele gemeenschappelijke ruimtes voorzien. Eisers wonen aan het adres [adres] te [woonplaats] . Dit is tegenover het voormalige kantoorgebouw. Eisers kijken vanuit hun woning uit op de zijgevel van het kantoorgebouw.
3.2 Verweerder stelt dat het vergunde kantoorgedeelte van Amarant op werkdagen tussen 8:00 en 18:00 uur in gebruik is en dat de jongeren op werkdagen vanaf 16:00 uur en in het weekend in het pand aanwezig zullen zijn. Volgens verweerder is de bezetting van het voormalige kantoorgebouw in de vergunde situatie dan ook beduidend lager dan toen het nog als kantoor in gebruik was en er zo’n 60 mensen werkzaam waren. Weliswaar is de bezetting van het kantoorgebouw in de avonduren en in het weekend toegenomen, maar dit betekent volgens verweerder niet dat de omgevingsvergunning niet verleend had kunnen worden. Wat betreft de gestelde geluidsoverlast heeft verweerder toegelicht dat de jongeren de afgesloten buitenruimte gebruiken als rookruimte. Voor zover geluidsoverlast wordt ervaren kunnen klachten bij Amarant worden ingediend. Ook wijst verweerder er op dat de groepsleiding
24 uur per dag aanwezig is om ervoor te zorgdragen dat geluidsoverlast zoveel mogelijk wordt voorkomen. Met betrekking tot de privacy van eisers stelt verweerder dat de woning van eisers op de derde en vierde verdieping zijn gelegen en dat de daar tegenover gelegen wooneenheden van de jongeren zijn voorzien van matterende folie, glasgordijnen en overgordijnen. Gelet op de afstand tussen het voormalige kantoorpand en de woning van eisers is geen sprake van een zodanige inbreuk op de privacy van eisers dat hierin aanleiding had moeten worden gezien de aangevraagde omgevingsvergunning te weigeren, aldus verweerder. Hij brengt in dit verband tevens naar voren dat de woning van eisers deels hoger gelegen is dan het voormalige kantoorgebouw en dat ook al sprake was van inkijk toen het gebouw nog als kantoor werd gebruikt. Volgens verweerder is de mogelijkheid van inkijk in een woning niet uniek voor binnenstedelijke begrippen. De uitspraak van de Afdeling waar eisers naar verwijzen is volgens verweerder niet toepasselijk, omdat het daarin ging om het realiseren van een bedrijfswoning op een achterterrein op korte afstand van vrijstaande woningen. Die situatie is niet vergelijkbaar met onderhavige situatie, aldus verweerder. Ook heeft verweerder nog naar voren gebracht dat de verleende omgevingsvergunning tegemoet komt aan de wens van de gemeente Oss om leegstaande panden in het centrum van Oss zo nuttig mogelijk te gebruiken en leegstand zoveel mogelijk te voorkomen.
verkrijgen van de omgevingsvergunning dan aan de door eisers gestelde belangen. Uit de stukken en het verhandelde ter zitting is gebleken dat er in het centrum van Oss, in de omgeving van het Raadhuisplein, veel kantoren leegstaan. De rechtbank volgt verweerder in zijn standpunt dat het de leefbaarheid van een stadscentrum ten goede komt als leegstand van panden zoveel mogelijk wordt voorkomen. Daarnaast heeft verweerder, aangevuld door Amarant, toegelicht dat er behoefte bestaat aan de huisvesting van jongeren met een verstandelijke beperking. Gelet hierop krijgt het leegstaande kantoorpand een zinnige functie. Naar het oordeel van de rechtbank wordt het woon- en leefklimaat van eisers door het verlenen van de omgevingsvergunning niet zodanig aangetast dat verweerder hierin aanleiding had moeten zien de aanvraag af te wijzen. Wat betreft de gestelde geluidsoverlast, geldt in de eerste plaats dat er 24 uur per dag begeleiding voor de jongeren aanwezig is om ervoor te zorgdragen dat zij zo min mogelijk overlast veroorzaken voor de omgeving. Ter zitting is door Amarant toegelicht dat er tot 22:30 uur drie begeleiders aanwezig zijn en dat er in de nacht één begeleider is. Daarnaast heeft Amarant te kennen gegeven dat klachten over geluidsoverlast of andere vormen van overlast bij haar kunnen worden gemeld. Gelet hierop worden er naar het oordeel van de rechtbank dan ook voldoende maatregelen getroffen om geluidoverlast van jongeren zoveel mogelijk te voorkomen en, voor zover daar wel sprake van is, dit op te lossen. Ter zitting is ook gebleken dat eisers al eens een klacht over geluidsoverlast bij Amarant hebben ingediend en dat er toen is ingegrepen. In de door eisers gestelde inbreuk op hun privacy heeft verweerder evenmin aanleiding hoeven zien om de omgevingsvergunning te weigeren. Op basis van google maps, waar ter zitting gezamenlijk naar gekeken is, de luchtfoto en overige foto’s in het dossier stelt de rechtbank vast dat de woning van eisers is gelegen op de derde en vierde woonlaag van het pand dat uitkijkt op de zijgevel van het voormalige kantoorgebouw. De wooneenheden van de jongeren met een verstandelijke beperking en hun gemeenschappelijke ruimtes zijn gelegen op de eerste en tweede verdieping van het voormalige kantoorgebouw. Verder is ter zitting vastgesteld dat de slaapkamer van eisers op de derde woonlaag is gelegen en dat zij op de vierde woonlaag hun woonkamer hebben. Tevens is op de foto’s te zien dat voor hun woonkamer een balkon ligt. Naar het oordeel van de rechtbank is de inkijk vanuit het voormalige kantoorgebouw in de woonkamer van eisers, nu de vierde woonlaag van het pand waarin zij wonen deels boven het kantoorgebouw uitkomt en voor hun woonkamer nog een balkon is gelegen, dan ook minimaal. Inkijk in hun slaapkamer is weliswaar niet uit te sluiten, maar, gelet op het feit dat men over het algemeen uitsluitend in een slaapkamer aanwezig is om te slapen met de gordijnen dicht, heeft verweerder in de mogelijke inkijk in de slaapkamer van eisers geen aanleiding hoeven zien de aangevraagde omgevingsvergunning te weigeren. Daarbij neemt de rechtbank in aanmerking dat de ramen van de wooneenheden van de jongeren zijn voorzien van matterende folie en glasgordijnen, zodat ook de inkijk in de slaapkamer van eisers beperkt zal zijn. De verwijzing van eisers naar de uitspraak van de Afdeling van
6 september 2017 biedt geen grond voor een ander oordeel. In die uitspraak heeft de Afdeling overwogen dat het bestuursorgaan het verlies van privacy van omwonenden terecht bij de besluitvorming had betrokken, nu dit aspect invloed heeft op het bestaande woon- en leefklimaat en als zodanig onderdeel uitmaakt van de belangenafweging in het kader van de vraag of sprake is van een goede ruimtelijke ordening. Verweerder heeft in onderhavige zaak in de gemaakte belangenafweging de mogelijke inbreuk op privacy ook betrokken. In dit geval heeft de gemaakte belangenafweging echter een andere uitkomst gehad dan in de door eisers aangehaalde uitspraak. Naar het oordeel van de rechtbank betekent dit echter niet dat verweerder in dit geval meer waarde had moeten toekennen aan de door eisers gestelde inbreuk op hun privacy dan aan het belang bij het verlenen van de omgevingsvergunning. Van gelijke gevallen is naar het oordeel van de rechtbank geen sprake. Gelet op het vorenstaande heeft verweerder naar het oordeel van de rechtbank gebruik mogen maken van de in artikel 2.12, eerste lid, aanhef, sub a, onder 2º, van de Wabo in samenhang gelezen met artikel 4, aanhef en onder 1 en 9, van Bijlage II bij het Bor neergelegde afwijkingsmogelijkheid en kon verweerder deze omgevingsvergunning in redelijkheid verlenen.
Beslissing
R.G. van der Korput, griffier. De uitspraak is in het openbaar geschied op 27 augustus 2019.