Uitspraak
RECHTBANK OOST-BRABANT
1.De procedure
- het verzoekschrift van de vader, ontvangen ter griffie op 23 mei 2019;
- het verweerschrift van de moeder, tevens inhoudende zelfstandige verzoeken;
- een F9-formulier met bijlagen van mr. Stoelhorst, gedateerd op 8 juli 2019;
- een F9-formulier met bijlagen van mr. Stoelhorst, gedateerd op 10 juli 2019;
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De beoordeling
- de noodzaak om te verhuizen;
- de mate van voorbereiding van de verhuizing;
- de door de verhuizende ouder geboden alternatieven en maatregelen om de gevolgen van de verhuizing voor de minderjarige en de andere ouder te verzachten en/of te compenseren;
- de mate waarin de ouders in staat zijn tot onderlinge communicatie en overleg;
- de rechten van de andere ouder en de minderjarige op onverminderd contact met elkaar in een vertrouwde omgeving;
- de verdeling van de zorgtaken en de continuïteit van de zorg;
- de frequentie van het contact tussen de minderjarige en de andere ouder voor en na de verhuizing;
- de leeftijd van de minderjarige en zijn mening;
- de mate waarin de minderjarige geworteld is in zijn omgeving;
- de (extra) kosten van de omgang na de verhuizing.
5.De beslissing
a. door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak
b. door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking hun op
andere wijze bekend is geworden.