ECLI:NL:RBOBR:2019:3992

Rechtbank Oost-Brabant

Datum uitspraak
5 juli 2019
Publicatiedatum
8 juli 2019
Zaaknummer
01/880460-18
Instantie
Rechtbank Oost-Brabant
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Heropening van het onderzoek naar de bijzondere voorwaarden voor een voorwaardelijke PIJ-maatregel na een zedendelict

Op 5 juli 2019 heeft de Rechtbank Oost-Brabant een tussenvonnis uitgesproken in een strafzaak tegen een verdachte die wordt beschuldigd van het plegen van een zedendelict. De rechtbank heeft besloten het onderzoek te heropenen om de reclassering in de gelegenheid te stellen verder onderzoek te doen naar de bijzondere voorwaarden waaraan de verdachte zich moet houden in het kader van een voorwaardelijke PIJ-maatregel. De zaak betreft een ernstig zedendelict dat op 6 september 2018 in Eindhoven heeft plaatsgevonden, waarbij het slachtoffer, een jonge vrouw, door meerdere jongens is verkracht. De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en de verklaringen van de verdachte en zijn medeverdachten. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig is en dat zij bevoegd is om van de zaak kennis te nemen. De rechtbank heeft ook de medische en gedragskundige rapporten van de verdachte in overweging genomen, waaruit blijkt dat hij lijdt aan een autisme spectrum stoornis en ADD. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er een risico op recidive bestaat en dat een klinische behandeling noodzakelijk is. De rechtbank heeft de reclassering opdracht gegeven om onderzoek te doen naar de bijzondere voorwaarden voor de PIJ-maatregel, en het onderzoek is voor onbepaalde tijd geschorst. De rechtbank heeft ook de voorlopige hechtenis van de verdachte gehandhaafd.

Uitspraak

tussenvonnis

RECHTBANK OOST-BRABANT

Strafrecht
Parketnummer: 01/880460-18
Datum uitspraak: 5 juli 2019
Tussenvonnis van de rechtbank Oost-Brabant, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:

[verdachte] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] ,
wonende te [postcode] , [straatnaam 1] ,
thans gedetineerd in: Het Keerpunt Opvang- en Behandelcentrum te Cadier en Keer.
Dit tussenvonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 4 februari 2019, 25 maart 2019 en 21 juni 2019.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht.

De tenlastelegging.

De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 4 januari 2019.
Nadat de tenlastelegging op de terechtzitting van 21 juni 2019 is gewijzigd is aan verdachte ten laste gelegd dat:
1. hij op of omstreeks 06 september 2018 te Eindhoven, althans in het arrondissement Oost-Brabant,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, door geweld of een of meer andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of een of meer andere feitelijkhe(i)d(en), [slachtoffer] (geboren op [geboortedatum slachtoffer] ) heeft/hebben gedwongen tot het ondergaan van een of meer handelingen die bestonden uit of mede bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer] immers heeft/hebben verdachte en/of zijn mededader(s) meermalen, althans eenmaal, onder meer:
- zijn/hun penis in de vagina van die [slachtoffer] geduwd en/of gebracht en/of gehouden en/of heen en weer bewogen en/of
- zijn/hun penis in de mond van die [slachtoffer] geduwd en zich aldus laten pijpen door die [slachtoffer] en/of - die [slachtoffer] gevingerd en/of
- zich afgetrokken boven het lichaam van die [slachtoffer] en/of (vervolgens) in de mond en/of over het gezicht en/of lichaam van die [slachtoffer] geëjaculeerd en/of
- die [slachtoffer] gezoend

en bestaande dat geweld of andere feitelijkhe)i)d(en) en/of bedreiging met geweld en/of een andere feitelijkhe(i)d(en) onder meer uit:

- het vastpakken van die [slachtoffer] en/of (vervolgens) die [slachtoffer] tegen een bankje aanduwen/aangooien en/of
- het vastpakken en/of vasthouden van de armen en/of benen van die [slachtoffer] en/of
- het meermalen slaan en/of schoppen van die [slachtoffer] en/of
- het uittrekken van de kleding en/of string van die [slachtoffer] en/of - het omlaag schuiven/trekken van zijn/hun eigen broek en/of onderbroek en/of zijn/hun penis ontbloot en/of
- het roepen van: 'de volgende ronde', althans woorden van gelijke aard en/of strekking,
en/of aldus een dusdanige situatie en/of intimiderende situatie heeft/hebben gecreëerd dat die [slachtoffer] zich daaraan niet kon en/of durfde te onttrekken en/of voorbij is/zijn gegaan aan het door die [slachtoffer] geuite verbale en/of non verbale en/of fysieke protest/verzet (waarbij die [slachtoffer] onder meer heeft geschreeuwd en/of geduwd en/of geschopt en/of geslagen en/of haar broek heeft geprobeerd op te trekken);

De formele voorvragen.

Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De rechtbank is bevoegd van het ten laste gelegde kennis te nemen en de officier van justitie kan in zijn vervolging worden ontvangen. Voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging.

Bewijs

Inleiding.
Op 7 september 2018 werd er vanuit Idris een zorgmelding gemaakt over [slachtoffer] . De begeleiding gaf aan dat er mogelijk sprake kon zijn van een zedendelict waarvan [slachtoffer] slachtoffer was geworden. Daarbij had zij zichtbaar blauwe plekken.
[slachtoffer] vertelde dat zij op 6 september 2018 in de Eindhovense wijk [wijknaam 1] op een bankje verkracht is door twee jongens en dat twee andere jongens hadden geprobeerd haar te verkrachten.
Het standpunt van de officier van justitie.
De officier van justitie acht het feit, medeplegen van verkrachting, wettig en overtuigend bewezen.
Het standpunt van de verdediging.
De raadsman bepleit vrijspraak. Verdachte en zijn medeverdachte hebben weliswaar seks gehad met aangeefster, maar deze seks vond plaats met wederzijdse instemming. De verklaringen van aangeefster, [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] zijn onbetrouwbaar.
Het oordeel van de rechtbank. [1]

Bewijsmiddelen:

Voorafgaand aan het weergeven van de bewijsmiddelen wordt het volgende overwogen.
In de verklaring van aangeefster spreekt zij over [verdachte] , [alias 1] , [medeverdachte 1] of [alias 2] en de andere jongen van wie zij de naam niet kent.
Niet in geschil is dat zij met [verdachte] bedoelt, met [alias 1] [medeverdachte 3] , met [alias 2] of [medeverdachte 1] en met die andere jongen [medeverdachte 2] . Hoewel genoemde personen ontkennen dat zij [slachtoffer] hebben verkracht verklaren zij wel dat zij op het betreffende tijdstip op de door [slachtoffer] aangewezen locatie aanwezig waren en dat zij ofwel betrokken waren bij, dan wel getuige waren van de seksuele handelingen die hebben plaatsgevonden.
De rechtbank baseert haar oordeel op de navolgende bewijsmiddelen:

Aangifte door [zus] namens [slachtoffer] , p. 30-47: [2]
[slachtoffer] was weggelopen op donderdag 6 september 2018, vanaf haar woongroep Idris in Gemert wegelopen. Zij is de volgende dag teruggekeerd.
Ze vertelde dat ze met jongens was geweest. Dat ze was gaan chillen in de buurt van [winkelcentrum] aan de [straatnaam 2] in Eindhoven. Ze vertelde dat haar zus [naam zus] en vriendin [naam vriendin] om 22.00 uur naar huis gingen. Er zouden vier jongens over zijn gebleven samen met [slachtoffer] . Ze had de bus willen pakken, maar ze was haar telefoon kwijt.
Ze vertelde dat ze in eerste instantie naar een speeltuintje waren geweest en dat de jongens zeiden dat ze haar telefoon terug zou krijgen voor een pijpbeurt. Ze vertelde dat die jongens dingen hadden gedaan bij haar die ze niet wilde. Ze vertelde dat twee jongens haar telefoon waren gaan zoeken en dat de andere twee jongens aan haar waren gaan zitten. Ze vertelde dat de twee jongens haar string kapot hadden getrokken. [slachtoffer] had de jongens van haar afgetrapt.
Ik heb [slachtoffer] vastgepakt en zij heeft heel hard staan huilen.
Toen vertelde ze dat die [verdachte] en [alias 1] bij haar binnengedrongen waren. De [alias 2] en die andere jongen hadden zich boven haar afgetrokken.
Ik heb zelf gezien op vrijdagavond dat ze blauwe plekken had op haar kaak. Daarop kon je duidelijk vingers zien. Op allebei haar armen waren blauwe plekken te zien. Haar borsten waren bont en blauw. Op haar linkerbeen vlak bij haar knie was het blauw en op haar rug zaten krassen.
[slachtoffer] vertelde dat ze was geslagen en geschopt in een steegje. Ze is op de grond gegooid en tegen een muur aan geduwd of iets dergelijks. Toen ze bij het bankje kwam waarop ze verkracht is werd ze door meerdere jongens vast gehouden.

Proces-verbaal van bevindingen van het studioverhoor van [slachtoffer] op 14 september 2018 , p. 56-63: [3]
- Zij toen het enige meisje was tezamen met vier jongens;
- Zij werd vastgepakt;
- “ [alias 1] ” zei dat hij met haar wilde praten;
- Zij aan haar arm werd meegetrokken naar een steegje;
- Zij nog verder het steegje werd ingeduwd;
- De jongens toen steeds harder aan haar begonnen te trekken;
- De jongens vervolgens aan haar gingen zitten;
- Zij van de jongens moest kiezen;
- Wanneer zij dit niet zou doen alle vier de jongens op haar zouden springen;
- Zij, omdat de jongens zeiden dat ze anders met zijn vieren iets met haar zouden doen, toen gezoend had met [alias 1] ;
- Zij toen bij een bankje in een andere speeltuin kwamen;
- Het toen was begonnen; dat
- De jongens haar begonnen te slaan en haar broek uit begonnen te trekken;
- De jongens haar string kapot hadden getrokken;
- Zij geprobeerd had de jongens weg te schoppen;
- Zij door “ [alias 1] ” en [verdachte] naar het bankje werd geduwd;
- Zij tegen het bankje werd gegooid;
- Zij haar broek en ook hun eigen broek uittrokken;
- [verdachte] en [alias 1] in haar waren gekomen;
- Zij hen ook had moeten pijpen;
- Zij ook werd geslagen door [verdachte] en [alias 1] ;
- Toen zij dacht dat het klaar was, zij haar broek opnieuw hadden uitgetrokken;
- Het toen weer van vooraf aan begon;
- Zij ook hard werd geslagen;
- [alias 1] toen zei dat hij wel zag dat zij niet wilde.
Op door de verhoorster gestelde vragen antwoordde [slachtoffer] vervolgens dat:
- Zij bedoelt met in haar gaan, dat [alias 1] en [verdachte] met hun geslacht in haar geslacht zijn gekomen;
- [verdachte] en [alias 1] beiden vaker dan 2 keer in haar zijn geweest die avond;
- Zij [verdachte] en [alias 1] beiden 1 keer had gepijpt;
- Zij op het bankje zat en in haar gezicht werd geslagen;
- [verdachte] haar benen vasthield;
- Iemand haar broek uittrok;
- [verdachte] haar in het begin had vastgehouden;
- [alias 1] haar schopte en vastpakte;
- Zij had geschreeuwd en geslagen;
- Zij op haar rug lag op het bankje en werd tegengehouden;
- Zij ook op de grond werd geduwd;
- Zij geschopt had;
- [alias 1] als eerste zijn geslachtsdeel in haar stopte;
- [alias 1] in haar was klaargekomen;
- Zij toen op het bankje lag;
- Zij in haar gezicht werd geslagen maar ook tegen haar benen, buik en armen;
- Zij hierna geprobeerd had om haar broek aan te trekken;
- [alias 1] toen had gezegd: nee, nee, we zijn toch met zijn drieën, heb je ooit al een trio gedaan?;
- [verdachte] vervolgens met zijn geslacht in haar was gegaan;
- [verdachte] bewoog met zijn geslachtsdeel;
- [alias 1] haar op dat moment vasthield bij haar borst en haar sloeg tegen haar gezicht;
- Het vervolgens nog een keer gebeurde;
- Er toen gezegd werd: de volgende ronde?;
- Zij bedoelt dat [alias 1] zijn geslacht in haar had gedaan;
- [verdachte] haar op dat moment had vastgepakt bij haar borst zodat zij niet overeind kon;
- Zij duidelijk had gezegd dat zij niet wilde;
- [alias 1] vermoedelijk in haar gezicht was klaargekomen;
- Zij ook in haar mond waren klaargekomen;
- [alias 1] hiertoe haar hoofd had vastgepakt waarna zij [alias 1] had moeten pijpen waarna
hij was klaargekomen in haar mond;
- Zij 2 a 3 keer waren klaargekomen;
- Zij hun broek ook hadden uitgetrokken naar beneden;
- [alias 1] ook al geprobeerd had om haar te zoenen;
- Er op dat moment nog twee jongens meer hadden gestaan waarvan ze niet weet hoe die heten;
- Een van de jongens [alias 2] wordt genoemd;
- De jongens stonden te kijken toen [alias 1] haar zoende;
- [alias 2] voor haar had gestaan toen de andere jongen haar naar achter trok;
- Er op dat moment 3 jongens bij haar stonden;
- Dit de [alias 2] , de jongen waarvan ze geen naam weet en [alias 1] waren;
- De onbekende jongen zijn vinger in haar mond had gestopt;
- Haar hoofd werd vastgehouden door deze jongen;
- [alias 2] met zijn broek naar beneden had gestaan;
- Zij had gezien dat [alias 2] zich af stond te trekken;

Studioverhoor van [slachtoffer] , geboren op [geboortedatum slachtoffer] , op 21 mei 2019: [4]
Het gebeurde in twee parkjes. Eerst een parkje toen een steegje toen een tweede parkje. Ik ben door alle vier de jongens geslagen. In park 2 stonden alle vier de jongens om mij heen. [medeverdachte 1] en die andere probeerden van alles. Hij stond voor mij, trok zijn kleren uit en probeerde mijn kleren uit te trekken. Maar die heb ik weggeschopt. [medeverdachte 1] begon zich af te trekken op mij, toen het niet lukte mij te verkrachten. [alias 1] en [verdachte] duwden mij op een bankje. Het lukte hen wel om mijn kleren uit de doen. Ik ben op het bankje door beiden verkracht. Vastgepakt, bij de benen. Twee keer door beiden. Ik ben daarna door beiden van achter genomen in de vagina.

Formulieren forensisch medisch onderzoek, p.70-87: [5]
Slachtoffer [slachtoffer] ;
Datum onderzoek: 11-9-2018;
Datum delict: 7-9-2018;
1.Bovenarm rechts haematoom;
2.Bovenarm links haematoom;
3.Bovenbeen rechts haematoom
4.2x verticale krasverwondingen onderkant rug
5.Haematoom rechterborst;
6.Haematoom linkerborst.

Verhoor getuige [getuige 1] , p. 106-117: [6]
De groep had gebeld dat [slachtoffer] die nacht niet was thuis gekomen en toen zijn we haar in Eindhoven gaan zoeken.
We zagen haar ( [slachtoffer] ) lopen met vier jongens.
Ze zei: “Ohh ik ben zo blij dat jullie me hebben gevonden”.
Ze zag er heel vermoeid uit en droeg vieze kleren.
Ze had een witte trui aan en die was helemaal zwart. Van het zand. En aan haar broek, gewoon een paar plekken en ze had een blauw plekje op haar wang, want ze zei: “Ja ze hebben me ook geslagen”.
Ik zeg: “Ben eens eerlijk, hebben ze jou aangeraakt”? Zei ze: “Ja”. Ik vroeg aan haar “Ben eens eerlijk, hebben ze jou verkracht”? Zei ze “Ja” en dat ze zich vies voelde.
Ik zag dat het niet goed was. Het ging gewoon niet goed met haar. Ze zag er zo slecht uit.
Ze heeft alleen gezegd “Ze hadden me geslagen”.
Ze wou een nieuwe string en een nieuwe trui. Die was ze kwijt. Ze zei: “die hebben ze bij mij uitgetrokken en dat wilde ik niet”.

Verhoor getuige [getuige 2] , p. 118-131: [7]
We reden de straat in en daar liep ze. Dus ze keek me echt zo aan zo van ooooooch gelukkig, gelukkig dat je me hier komt weghalen.
Ze had zand hier in haar nek zitten en overal make-up en ze had een blauwe plek
op haar dijbeen of zo en krassen hier zo had ze allemaal zitten en ze had geen
ondergoed aan in haar broek.
Ze zag er gewoon niet meer uit. Die make-up was gewoon helemaal uitgelopen ja. Ze had hier twee (getuige wijst hierbij naar haar nek) net of ze haar hier
hadden vastgegrepen of zo. Zo van die plekken weet je wel. Ja die vingertopjes zaten hier.

Verhoor getuige [getuige 3] , persoonlijk begeleidster van [slachtoffer] , p.141-145. [8]
Toen [slachtoffer] thuis kwam was ze verward. Zag er verwaarloosd uit. Ze zag er altijd heel verzorgd uit.

Proces-verbaal van bevindingen met betrekking tot horen van [slachtoffer] en haar zus [zus] , p.177-180: [9]
Op de vraag waar de aanranding cq verkrachting had plaats gevonden gaf [slachtoffer] aan dat dit het gele speeltuintje betrof in de wijk [wijknaam 2] te Eindhoven. We zijn gaan zoeken op de kaart. Na enige tijd kwamen we, op aanwijzen van [slachtoffer] , uit op een speelplaats aan de [straatnaam 2] te Eindhoven.
Ik hoorde [slachtoffer] verklaren dat indien men vanuit deze zijde de speeltuin zou betreden, er direct aan de linkerzijde een bankje stond geplaatst. [slachtoffer] verklaarde verder dat haar zwarte, kapot getrokken string, achter was gebleven ter hoogte van dit bankje, welke scheef zou staan. Het bankje zou aan 1 zijde hoger zijn dan aan de andere kant.
De politie heeft aan de hand van bovengenoemde aanwijzingen, een zwarte string aangetroffen.

Proces-verbaal van verhoor verdachte [verdachte] d.d. 23 november 2018, p.481-491:
Die avond had ik mijn vriendin naar de bushalte gebracht. Toen ik daarvan terugkwam vond ik het wel raar dat [slachtoffer] als enige meisje was achtergebleven met drie jongens.
Wij zaten toen nog op het bankje bij het rode speeltuintje. [alias 1] vroeg haar op een gegeven moment om met hem mee te gaan naar een gangetje.
[medeverdachte 1] ging hen vervolgens achterna het gangetje in. Toen zag ik dat het minder goed ging en dat [medeverdachte 1] [slachtoffer] sloeg in het gangetje, omdat zij iemand moest kiezen. [medeverdachte 1] sloeg [slachtoffer] op verschillende manieren. Met platte hand en met de vuist.
[alias 1] zat overal aan. Haar tieten en geslachtsdeel overal eigenlijk. Hierop gingen ook [medeverdachte 2] en ik het gangetje om te kijken. Zij waren ondertussen bezig om het voor elkaar te krijgen om met [slachtoffer] te zoenen. Als je het gangetje uitkomt kom je op een plek tussen twee flats in. [medeverdachte 1] en [alias 1] wilden dat [slachtoffer] hen pijpte. [medeverdachte 1] werd weer boos en hij sloeg haar nog een keer. Vervolgens hebben wij ( [alias 1] en [verdachte] ) seks gehad.
Rond 04.00 uur in de nacht liepen wij naar het huis van [alias 1] .
Zij heeft mij gepijpt en ik heb haar ook geneukt.
Vaginaal met mijn piemel. Onbeschermd.
Ik weet niet meer of ik klaar kwam in haar of buiten haar.
[alias 1] deed hetzelfde, maar hij had veel meer soorten standjes. Dat heb ik wel
meegekregen. Doggy, alles eigenlijk. Ik was twee keer klaargekomen.
Soms stopten we met de seks en rookten wij een joint en daarna ging het weer
verder. [slachtoffer] pijpte mij toen [alias 1] haar neukte.

Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 3] d.d. 19 november 2018, p.590-599: [10]
Ik heb die dag seks gehad.
Ik en [verdachte] hebben samen seks gehad.
Ik ben klaargekomen?
Ik en [verdachte] zijn gewoon omgedraaid. Eentje stopte er onder in en eentje in haar mond. Toen wij seks met haar hadden zat en lag [slachtoffer] op een bank.

Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] d.d. 14 november 2018, 13.02 uur, p.538-543: [11]
Het begon met [medeverdachte 3] . Hij had een paar jointjes gerookt en begon aan [slachtoffer] te zitten. [verdachte] en [alias 1] zaten te zuipen met [slachtoffer] . [alias 1] trok haar mee het gangetje in en ging aan haar zitten. Zij zei: “hou op, hou op”. Hij zat aan haar op plekken waar hij haar niet aan hoort te raken. Zij zei “niet doen” en begon harder te schreeuwen. Later ging [verdachte] ook aan haar zitten. Ik heb gezien dat [verdachte] en [alias 1] [slachtoffer] sloegen. Ik was bij [medeverdachte 2] . Wij, [medeverdachte 2] en ik, gingen ook steeds verder het gangetje in.
Ik heb gezien dat [verdachte] [slachtoffer] meetrok. [alias 1] duwde [slachtoffer] . [slachtoffer] kwam toen op een bankje terecht. Ik heb gezien dat [alias 1] de broek van [slachtoffer] heeft uitgetrokken. [verdachte] hield op dat moment haar handen vast. Toen [alias 1] , [verdachte] en [slachtoffer] bij het bankje waren stonden [medeverdachte 2] en ik een paar meter van bij dit bankje vandaan. [verdachte] hield haar vast. [slachtoffer] zei: “laat me los”. De onderbroek van [slachtoffer] is door [verdachte] uitgetrokken. [medeverdachte 3] trok dus haar broek uit en heeft gedaan wat hij heeft gedaan. [verdachte] heeft dit ook gedaan. Eerst deed [medeverdachte 3] het, daarna [verdachte] .
[medeverdachte 2] en ik zijn toen weggerend.
De volgende dag kwam ik [alias 1] tegen. Hij zei: “toen jullie weg waren heb ik nog een ronde met haar gedaan”.
Zij zaten aan haar billen en borsten. [slachtoffer] probeerde hen de hele tijd weg te duwen en riep dat ze haar niet aan moesten raken.
De broek en string werden pas bij haar uitgedaan op het bankje. Op dit bankje deden [verdachte] en [alias 1] wat ik net heb gezegd. [alias 1] trok haar broek uit. [verdachte] hield haar handen vast. Hij begon haar daarna te verkrachten. Toen [alias 1] klaar was ging [verdachte] haar verkrachten. [slachtoffer] lag op haar rug op het bankje. Ik zag dat [slachtoffer] huilde en haar handen op haar ogen hield.
[alias 1] riep: “wil jij ook nog een keer”.

Proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 2] d.d. 15 november 2018, 14.05 uur, p.563-575: [12]
[slachtoffer] was toen alleen met vier jongens.
- Er was een jongen die de arm over [slachtoffer] heen sloeg. Toen kwamen die twee anderen er nog bij en gingen ze ver de bossen in. Daar was een houten bankje en daar was het gebeurd.
- Vanmorgen vertelde de politie dat dit op 6/7 september was.
Ik kwam hun gewoon tegen. In [wijknaam 3] bij een speeltuintje. [medeverdachte 1] , [verdachte] en [alias 1] .
Wij gingen vanuit de rode speeltuin naar de [straatnaam 2] . En daar is een bankje. [alias 1] en [medeverdachte 1] , die zaten aan [slachtoffer] . [medeverdachte 1] trok de broek omlaag van [slachtoffer] en begon. De broek ging omlaag. [alias 1] zat aan haar borsten en toen kwam [verdachte] er op af lopen.
Ik zag [slachtoffer] op haar rug liggen op de bank. Ik zag [alias 1] naast [slachtoffer] zitten op het bankje.
[medeverdachte 1] was bezig met seks.
- De broek van [slachtoffer] was omlaag, de onderbroek ook. De trui was toen nog wel aan. [medeverdachte 1] had wel zijn broek naar beneden.
- Die anderen kwamen naar mij toe om een verhaal te maken. Zodat de verhalen allemaal hetzelfde waren. Ik zag dat [slachtoffer] werd geslagen met de platte hand. [alias 1] , [verdachte] en [medeverdachte 1] sloegen haar.
Zij moest kiezen met wie zij het moest doen.
Ik hoorde dat [medeverdachte 1] zei tegen [slachtoffer] dat zij moest kiezen. Eerst had ze de broek tot de helft naar beneden en zij trok steeds haar kleding omhoog. Ze hield haar kleding stevig vast. Zij wilde niet dat haar kleding naar beneden werd getrokken.
Op het moment dat [verdachte] en ik daar aan kwamen liepen [verdachte] en ik er op af. Zij waren bezig en ik stopte mijn duim in haar mond. Zij schreeuwde en ik deed mijn vinger in haar mond. Zij kreunde en er kwamen mensen langs en ze maakte te hard geluid. Voor mij is kreunen en schreeuwen hetzelfde.

Bewijsoverweging over de betrouwbaarheid van de verklaring van aangeefster.

De rechtbank gaat bij de bewezenverklaring uit van de verklaring van [slachtoffer] . Haar verklaring is niet op alle onderdelen even consistent, maar wel op de hoofdlijnen. Zij verklaart ook over bijzondere details, zoals over de string die kapot is getrokken, over dat ze van de jongens moest kiezen tussen een van hen, dat getuige [medeverdachte 2] een hand op haar mond legde toen ze schreeuwde, dat [verdachte] en [medeverdachte 3] meerdere keren gelijktijdig seks met haar hadden, dat zij ook van achter in haar vagina is genomen. Deze feiten worden bevestigd in andere bewijsmiddelen. De string is aangetroffen op de plaats die [slachtoffer] heeft aangewezen, [medeverdachte 2] bevestigt dat hij een hand voor de mond van [slachtoffer] deed. [medeverdachte 3] verklaart uitgebreid over de verschillende seksuele handelingen. [verdachte] over dat [slachtoffer] moest kiezen en dat [medeverdachte 3] seks heeft gehad op de “doggy” manier.
Er is ook overigens voldoende steunbewijs voor haar verklaring.
Dat er geweld is gebruikt wordt bevestigd door de medische verklaring en de verklaringen van haar zus en vriendinnen dat [slachtoffer] onder de blauwe plekken zat toen ze haar de middag en avond nadat zij was verkracht aantroffen en dat ze er vies en onverzorgd uit zag, maar ook uit de verklaringen van de verdachten onderling.
Ook het feit dat [slachtoffer] in het eerste gesprek met haar zus [zus] erg emotioneel was en dat ze erg blij was toen zij haar vriendinnen zag past bij hetgeen haar die nacht daarvoor is overkomen.
Ten aanzien van de verklaringen van [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] is de rechtbank van oordeel dat ondanks kleine tegenstrijdigheden of het verzwijgen van eigen aandeel voor wat betreft de tot bewijs gebezigde delen deze verklaringen voldoende betrouwbaar en geloofwaardig zijn. Verschillen zijn te verklaren uit het feit dat er drank en drugs zijn gebruikt, het een aaneenschakeling van gebeurtenissen is geweest waardoor kleine vergissingen voor de hand liggen en [medeverdachte 1] en [medeverdachte 2] belang hadden om zichzelf vrij te pleiten waardoor zij op punten afwijkend verklaren.
Ten aanzien van het verweer van verdachte [medeverdachte 3] en [verdachte] dat [slachtoffer] heeft ingestemd met de seks nog het volgende. De verdachten zeggen dat de vrijwilligheid met name kan worden afgeleid uit de omstandigheid dat [slachtoffer] nadat zij met de jongens seks heeft gehad is meegegaan naar de ouderlijke woning van [medeverdachte 3] en dat zij daar is blijven slapen en dat zij er tot ver in de volgende dag is gebleven. Bovendien had zij in de loop van de avond en nacht er voor kunnen kiezen om naar huis te gaan.
[slachtoffer] heeft als verklaring voor haar gedrag gegeven dat zij van plan was om met haar vriendin met de bus naar huis te gaan. Zij had echter haar telefoon verloren en is gebleven om de telefoon te zoeken. Zij heeft daardoor haar bus gemist. Zij had toen geen vervoer, geen telefoon en durfde niet bij willekeurige vreemden midden in de nacht aan te bellen.
De rechtbank overweegt dat het bevreemding kan wekken dat [slachtoffer] , wanneer zij is verkracht, niet is weggegaan of hulp heeft gezocht en met haar belagers is meegegaan en met hen de nacht heeft doorgebracht. Daartegenover staat dat op het moment dat zij besloot niet met haar vriendin mee te gaan om haar telefoon te zoeken er nog geen sprake was van een dreigende situatie. Verder wordt overwogen dat de omstandigheid dat zij is meegegaan naar de ouderlijke woning van [medeverdachte 3] niet uitsluit dat zij daarvóór is verkracht. Zij was een jonge vrouw van 17 jaar, alleen in een grote stad, had geen vervoer, geen telefoon en het was midden in de nacht. Bovendien blijkt uit de gegevens uit het dossier dat [slachtoffer] functioneerde op een niveau ver onder het niveau van haar kalenderleeftijd. Zij moet dan ook minder dan gemiddeld in staat worden geacht een problematische situatie te overzien en een adequate oplossing te zoeken.
Tenslotte betrekt de rechtbank daarbij dat uit de hiervoor opgenomen bewijsmiddelen voldoende blijkt [slachtoffer] is gedwongen tot het ondergaan van vergaande seksuele handelingen.
Verwezen wordt naar het geconstateerde letsel, de verklaringen van de vriendinnen over haar gedrag, haar kleding, de psychische staat waarin zij is aangetroffen en de verklaringen van de verschillende verdachten waarin zij elkaar betichten van het gebruik van geweld.
Tenslotte acht de rechtbank het volstrekt onaannemelijk dat [slachtoffer] , nadat zij, zoals [medeverdachte 3] en [verdachte] verklaren, door [medeverdachte 1] is geslagen en verkracht, vervolgens het initiatief heeft genomen om met twee jongens tegelijkertijd zowel orale als vaginale seks te hebben op een bankje in de openbare ruimte.
Het verweer inhoudende dat voor verdachte niet kenbaar was dat aangeefster zich tot seks voelde gedwongen en dat hij daarom moet worden vrijgesproken omdat van opzet geen sprake was, wordt door de rechtbank verworpen. De verklaring van verdachte is op dit onderdeel volstrekt ongeloofwaardig gelet op het geweld en de dreiging en intimidatie die van hem en zijn mededader(s) uitgingen.

De bewezenverklaring.

Op grond van de feiten en omstandigheden die zijn vervat in de hierboven uitgewerkte bewijsmiddelen komt de rechtbank tot het oordeel dat wettig en overtuigend bewezen is dat verdachte
1. op of omstreeks 06 september 2018 te Eindhoven,
tezamen en in vereniging met een ander, door geweld,
[slachtoffer] geboren op [geboortedatum slachtoffer] hebben gedwongen tot
het ondergaan van handelingen die mede bestonden uit het seksueel
binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer]
immers hebben verdachte en zijn mededader meermalen:
- hun penis in de vagina van die [slachtoffer] geduwd en/of gebracht en/of gehouden en/of heen en weer bewogen en
- hun penis in de mond van die [slachtoffer] geduwd en zich aldus laten pijpen door die [slachtoffer] en - vervolgens in de mond en/of over het gezicht en/of lichaam van die [slachtoffer]

geëjaculeerd en

- die [slachtoffer] gezoend en bestaande dat geweld onder meer uit:
- het vastpakken van die [slachtoffer] en vervolgens die [slachtoffer] tegen een bankje aanduwen/aangooien en
- het vastpakken en/of vasthouden van de armen en benen van die [slachtoffer] en
- het meermalen slaan en schoppen van die [slachtoffer] en
- het uittrekken van de kleding en string van die [slachtoffer] en - het omlaag schuiven/trekken van hun eigen broek en onderbroek en hun penis ontbloot en
- het roepen van: 'de volgende ronde', althans woorden van gelijke aard en/of strekking,
en aldus een dusdanige situatie en intimiderende situatie hebben gecreëerd dat die [slachtoffer] zich daaraan niet kon en/of durfde te onttrekken en voorbij zijn gegaan aan het door die [slachtoffer] geuite verbale en non verbale en fysieke protest waarbij die [slachtoffer] onder meer heeft geschreeuwd en geduwd en geschopt en geslagen en haar broek heeft geprobeerd op te trekken;
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.

De strafbaarheid van het feit.

Het bewezen verklaarde levert op het in de uitspraak vermelde strafbare feit.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.

De strafbaarheid van verdachte.

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluiten. Verdachte is daarom strafbaar voor hetgeen bewezen is verklaard.

Heropening en schorsing van het onderzoek.

De rechtbank is van oordeel dat het onderzoek niet volledig is geweest. Daarom zal dit worden heropend.
Over verdachte zijn gedragskundige rapporten opgesteld door drs. A.X. Rutten, psychiater, en door drs. K.T.E. Záslós, psycholoog.
Beide gedragsdeskundigen concluderen in hun rapport dat bij verdachte sprake is van een bedreigde persoonlijkheidsontwikkeling met antisociale trekken waaraan een autisme spectrum stoornis en aandachtstekortstoornis (ADD) ten grondslag liggen. Verdachte ontkent, maar indien bewezen beïnvloedden de autisme spectrum stoornis en ADD gedeeltelijk verdachtes gedragskeuzes en gedragingen ten tijde van het plegen van het tenlastegelegde. Het risico op recidive van gewelddadig gedrag is (matig tot) hoog indien verdachte geen adequate behandeling krijgt.
Met behulp van de wegingslijst voor jong volwassenen wordt geadviseerd om het strafrecht voor minderjarigen toe te passen. De handelingsvaardigheden van verdachte zijn beperkt, er zijn beperkingen in zijn cognitief functioneren, hij heeft moeite met het organiseren van zijn gedrag, hij handelt zonder nadenken en in het contact komt hij jonger over dan zijn kalenderleeftijd. Een pedagogische aanpak is nog mogelijk. Continuering van scholing is gewenst en een groepsgericht leefklimaat is nodig.
Geadviseerd wordt om verdachte een klinische behandeling op te leggen in een instelling waar ervaring is met autisme- en zedenproblematiek, zoals de forensische jeugdpsychiatrische kliniek Catamaran, onderdeel van de GGzE of de zedenafdeling van RIJ Den Hey-Acker (indien een onvoorwaardelijke PIJ maatregel zou worden opgelegd). Er zou gestart moeten worden met een behandeling gericht op autisme en ADD, hetgeen bestaat uit psycho-educatie (uitleg over de stoornis en wat deze impliceert voor het dagelijks leven), psychotherapie en eventueel farmacotherapie. Ook dient het middelengebruik, waarvan jarenlang sprake is geweest, aandacht te krijgen. Het zo snel mogelijk vinden van een passende woonvorm voor na de klinische behandeling alsmede een vorm van dagbesteding heeft prioriteit. Ouders dienen hij de behandeling betrokken te worden.
Er is een stevige stok achter de deur nodig om verdachte aan de gewenste behandeling te laten deelnemen, omdat behandeling niet op andere wijze kan worden georganiseerd. Er wordt geadviseerd om aan verdachte een voorwaardelijke PIJ-maatregel op te leggen met als bijzondere voorwaarden dat verdachte meewerkt aan een behandeltraject bij een forensische jeugd en ortho-psychiatrische instelling zoals de Catamaran of een soortgelijke instelling. Verder is voortzetting van begeleiding door de jeugdreclassering wenselijk.
Toepassing jeugdstrafrecht
De rechtbank ziet zich bij de strafoplegging voor de vraag gesteld of het sanctierecht voor volwassenen of jeugdigen toegepast dient te worden. Op grond van artikel 77c van het Wetboek van Strafrecht is het mogelijk om het jeugdstrafrecht toe te passen op jongeren in de leeftijd van achttien tot drieëntwintig jaar als de rechter daartoe grond vindt in de persoonlijkheid van verdachte of de omstandigheden waaronder het feit is begaan.
De rechtbank neemt het advies van de gedragsdeskundigen over en zal het jeugdstrafrecht toepassen. Voor de motivering van dit besluit wordt verwezen naar bovenstaand citaat uit de gedragskundige rapportages.
Bij het jeugdstrafrecht gelden lagere richtlijnen voor de straftoemeting. Verder wordt bij het bepalen van een passende straf veel belang gehecht aan wat de straf betekent voor de persoonlijke ontwikkeling van de jeugdige. Er wordt veel meer dan bij volwassenen rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van verdachte.
PIJ-maatregel
De deskundigen adviseren tot het opleggen van een voorwaardelijke PIJ-maatregel.
De gedragsdeskundigen vinden deze maatregel het meest passend, omdat verdachte een strafrechtelijk kader nodig heeft waarbij zijn medewerking aan de noodzakelijke behandeling kan worden afgedwongen. Klinische behandeling is noodzakelijk om invloed te kunnen uitoefenen op het gedrag van verdachte en om recidive te voorkomen. Uit de verschillende rapportages blijkt dat in het verleden minder beperkende maatregelen niet hebben geleid tot verandering in het gedrag van verdachte.
De rechtbank overweegt dat is voldaan aan de formele voorwaarden om de PIJ-maatregel op te leggen.
De psychiater en de psycholoog hebben vastgesteld dat er bij verdachte sprake is van een bedreigde persoonlijkheidsontwikkeling met antisociale trekken waaraan een autisme spectrum stoornis en ADD stoornis ten grondslag liggen. Verdachte leed ook ten tijde van het tenlastegelegde feit aan deze stoornis.
De rechtbank stelt vast dat het feit een misdrijf is waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van vier jaar of meer is gesteld en die gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
De rechtbank stelt verder vast dat er geen rapport van de reclassering voorhanden is waarin de reclassering de rechtbank adviseert over de te stellen bijzondere voorwaarden bij een mogelijk op te leggen voorwaardelijke PIJ-maatregel. De officier van justitie heeft ter terechtzitting verklaard dat zij de reclassering opdracht heeft gegeven tot het instellen van een onderzoek naar de bijzondere voorwaarden, maar dat de reclassering onvoldoende tijd heeft gehad om dit rapport vóór de zitting van 21 juni 2019 af te leveren.
De rechtbank ziet zich genoodzaakt om in afwachting van het onderzoek van de reclassering het onderzoek te heropenen en te schorsen voor onbepaalde tijd. De reclassering wordt opdracht gegeven de rechtbank te informeren over de te stellen bijzondere vooraarden. Bij haar onderzoek dient de reclassering in eerste instantie te onderzoeken of verdachte kan worden geplaatst bij de Catamaran of een soortgelijke instelling. Ter terechtzitting heeft [naam jeugdreclasseerder] en in het kader van een eerdere strafoplegging betrokken bij de begeleiding van verdachte, verklaard dat verdachte al in maart jongstleden een intake heeft gehad bij de Catamaran, maar dat hij toen is afgewezen, omdat hij een ontkennende verdachte was. Verdachte zou opnieuw kunnen worden aangemeld. Volgens [naam jeugdreclasseerder] is haar te kennen gegeven dat de eerdere afwijzing niet in de weg staat aan een nieuwe aanmelding na bewezenverklaring.
De raadsman heeft verzocht het onderzoek op te dragen aan [naam jeugdreclasseerder] . Omdat de reclassering al bezig is met het onderzoek zal de rechtbank dit verzoek afwijzen. De rechtbank gaat er daarbij van uit dat [naam jeugdreclasseerder] zal worden betrokken bij het onderzoek. Zij is daartoe ook bereid. Het verzoek om opheffing van de voorlopige hechtenis van verdachte zal worden afgewezen. De ernstige bezwaren en de gronden die aan het bevel ten grondslag liggen zijn onverkort aanwezig.
DE UITSPRAAK
De rechtbank:
Heropent het onderzoek;
Schorst het heropende onderzoek voor onbepaalde tijd. (nader te appointeren op een zitting in ieder geval vóór 19 september 2019 van mrs. A.M. Kooijmans-de Kort, J.H. Vos en A.M. Bossink);
Stelt de termijn op langer dan een maand na heden, maar een termijn van drie maanden niet te boven gaand, om de klemmende redenen dat het niet te verwachten is dat het nog te verrichten onderzoek binnen een maand is voltooid;
Gelast de officier van justitie om de reclassering te bevelen verder onderzoek te doen naar de bijzondere voorwaarden waaraan verdachte zich in het kader van een voorwaardelijke PIJ-maatregel zou moeten houden;
Beveelt de oproeping van verdachte tegen het tijdstip van de nadere zitting met kennisgeving van dat tijdstip aan de raadsman van verdachte, mr. P.C. Saris;
Beveelt de kennisgeving van dat tijdstip aan de benadeelde partij [slachtoffer] ;
Beveelt de oproeping van de deskundige [naam jeugdreclasseerder] of haar vervanger tegen het tijdstip van de nadere ter terechtzitting;
Beveelt de oproeping van de medewerker van de reclassering die het onderzoek heeft verricht of een plaatsvervanger:
Stelt daartoe de stukken in handen van de officier van justitie.
Wijst het verzoek tot opheffing van de voorlopige hechtenis af.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. A.M. Kooijmans-de Kort, voorzitter,
mr. J.G. Vos en mr. A.M. Bossink, leden,
in tegenwoordigheid van mr. A.H.C. Persoons, griffier,
en is uitgesproken op 5 juli 2019.

Voetnoten

1.Wanneer hierna wordt verwezen naar een proces-verbaal, wordt – tenzij anders vermeld – bedoeld een proces-verbaal, opgemaakt in de wettelijke vorm door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. Waar wordt verwezen naar bijlagen betreffen dit de bijlagen bij het proces-verbaal van de politie Oost-Brabant, zeden Eindhoven, genummerd 2018180239, aantal doorgenummerd bladzijden: 610.
2.proces-verbaal van aangifte door [zus] [slachtoffer] , namens [slachtoffer] , p.31, 32, 33 van voormeld proces-verbaal.
3.proces-verbaal van bevindingen, p. 57, 58, 59, 60, 61 van voormeld proces-verbaal.
4.Verbatim studioverhoor, p.24 tot en met 33, gevoegd bij voormeld proces-verbaal.
5.verklaring onderzoek zedendelicten, p.70, 71,77, 78, 81 van voormeld proces-verbaal.
6.proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 1] , p.109, 110, 111 van voormeld proces-verbaal.
7.proces-verbaal van bevindingen van verhoor getuige [getuige 2] , p.122, 124 van voormeld proces-verbaal.
8.proces-verbaal van verhoor getuige [getuige 3] p.143 van voormeld proces-verbaal
9.proces-verbaal van bevindingen met betrekking tot verhoor [slachtoffer] en Sake [slachtoffer] , p.180 van voormeld proces-verbaal.
10.proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 3] , p. 593, 594, 596 van voormeld proces-verbaal.
11.proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 1] , p. 539, 540, 541 van voormeld proces-verbaal.
12.proces-verbaal van verhoor verdachte [medeverdachte 2] , p. 567, 568, 569, 570, 571, 572, 573 en 574 van voormeld proces-verbaal.